In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Wie spät ist es? Hoe laat is het?
Es ist ... Uhr. Het is .... uur.
Es ist viertel vor/nach ... . Het is kwart voor/over...
Es ist halb ... . Het is half....
Es ist 10/20 vor/nach ... . Het is 10/20 voor/over....