KNM 22-11-2024

• Mens & Maatschappij
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 4

Feestdagen

KNM Hoofdstuk 2.2

Datum: 22-11-2024

Lesdoelen

Aan het einde van de les heb je geleerd:

• Welke feestdagen Nederland heeft 
• Wanneer deze feestdagen zijn  

Oudjaarsdag 

• 31 december 
• Vuurwerk en feest 
• Oliebollen en champagne  

Nieuwjaarsdag 

• 1 januari 
• Mensen wensen elkaar 'een gelukkig nieuwjaar'
•  Oudjaarsdag en nieuwjaarsdag samen: oud en nieuw

Koningsdag 

• 27 april 
• De verjaardag van koning Willem-Alexander
• Spelletjes, rommelmarkten en feesten 

Dodenherdenking

• 4 mei
• om 20:00 is er 2 minuten stilte  
• Herdenken van alle slachtoffers van de oorlog 

Bevrijdingsdag

• 5 mei
• 5 mei 1945 was het einde van de tweede wereldoorlog
• De vrijheid wordt gevierd
• Vaak festivals en feesten 

Sinterklaas

• 5 december 
• Feest voor kinderen 
• Cadeautjes in de schoen, gedichten en pakjesavond 

Christelijke feestdagen

• Nederland was een christelijk land 
• Ieder jaar op een andere datum (behalve kerst)
• De meeste mensen zijn vrij  

Kerst

• 25 en 26 december 
•  De geboorte van Jezus wordt gevierd
• Kerstbomen en lampjes 
• Uitgebreid eten 

Pasen

•  Zondag en maandag in maart of april 
• Er wordt gevierd dat Jezus is opgestaan uit de dood 
• Veel mensen eten eieren 
• Kinderen gaan eieren zoeken en verven 

Hemelvaart

• Donderdag in mei 
• 40 dagen na Pasen
• Er wordt gevierd dat Jezus naar de hemel ging 
• Veel muziekfestivals en markten 

Pinksteren

• Zondag en maandag in mei of juni 
• 50 dagen na Pasen 
• Het begin van de kerk wordt gevierd  

Andere feestdagen

Op veel feestdagen is iedereen vrij, maar niet op alle feestdagen.

Als je deze feestdag wil vieren moet je zelf vrij vragen op school of je werk. 

• Chinees nieuwjaar 
• het Suikerfeest
• Dag van de Arbeid 

Afsluiting 

• Welke feestdagen vieren jullie?
• Hebben jullie een van de Nederlandse feestdagen gevierd?

Tot de volgende les :) 

Antwoorden:

1. Verenigde Naties en Europese Unie

2. Gastarbeiders 

3. Italië, Spanje, Portugal, Marokko en Turkije

4. Studeren, stemmen, werken en zelf beslissingen maken