Fabrikanten wilden zoveel mogelijk winst maken -> lage lonen, slechte omstandigheden, lange werktijden.
Sociale onrust: woningnood, werkeloosheid en ziekte.
Markiezin de Pompadour - François Boucher
Adolf von Menzel, “Staalwalserij”, 1875
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
KunstMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4
In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Realisme
1840-1880
Realisme bestaat naast Romantiek.
19e eeuw: Industriële Revolutie
Trek van platteland naar de steden.
Fabrikanten wilden zoveel mogelijk winst maken -> lage lonen, slechte omstandigheden, lange werktijden.
Sociale onrust: woningnood, werkeloosheid en ziekte.
Markiezin de Pompadour - François Boucher
Adolf von Menzel, “Staalwalserij”, 1875
Slide 1 - Tekstslide
Maatschappelijk betrokken
Karl Marx, “Das Kapital”, 1849 “Proletariërs aller lande, verenigt u” zorgt voor een klassenstrijd.
Honoré Daumier levert met spotprenten kritiek op sociale verhoudingen.
Honoré Daumier: "Gargantua", 1931
Slide 2 - Tekstslide
Schilderkunst
Het Realisme is voornamelijk zichtbaar in de schilderkunst.
Sociaal betrokken bij hardwerkende onderklasse: aandacht voor de gewone mens.
Courbet wordt vanwege deze onderwerpskeuze afgewezen door de Salon.
1855: Salon van het realisme.
Gustave Courbet, “De steenbrekers”, 1849
“Echte kunstenaars zijn zij, die hun tijd kennen,
het moment waar zij door voorgaande tijden zijn heengevoerd.”
Slide 3 - Tekstslide
Ilya Repin, "Wolgaslepers", 1873
Slide 4 - Tekstslide
School van Barbizon
Kunstenaarsgroep die het platteland rond Parijs schildert met daarin de landarbeider.
Plein-air dankzij fabrieksmatig vervaardigde verfstoffen in tubes.
Daarmee voorlopers impressionisme.
Eenvoud en actualiteit.
Sober kleurgebruik in overeenstemming met grauwe, kleurloze bestaan van de mensen.
Monumentaal: groot formaat, laag standpunt.
Jean-François Millet, "De arenleesters", 1857
Slide 5 - Tekstslide
In dit werk herken je het Realisme door:
A
de precieze manier van schilderen
B
de fantasie die erin verwerkt is
C
de natuur in de hoofdrol
D
Het zware leven dat verbeeld is
Slide 6 - Quizvraag
Wat hoort er NIET bij het Realisme?
A
Aandacht voor de werkende mens, arbeiders als onderwerp
B
Verzet tegen de regels van de salon
C
Schilderen plein air
D
Geïdealiseerde weergave van de werkelijkheid
Slide 7 - Quizvraag
Beeldhouwkunst
Weinig beeldhouwkunst: financieel afhankelijk van opdrachtgevers, waar de kunstenaars juist kritiek op hadden.
Geen glad afgewerkte beelden, maar zichtbare ‘toets’.
Sokkel onderdeel van het beeld.
Waardige uitbeelding van arbeidersklasse.
Realistische weergave van het menselijk lichaam.
Constantin Emile Meunier, “Mijnwerker met bijl”, 1903
Slide 8 - Tekstslide
Leg uit waarom het Realisme een reactie was op de Salonkunst.
A
Het toont de wereld zoals de kunstenaars die graag zagen.
B
Het toont de wereld buiten de grote stad.
C
Het toont de werkelijkheid van gewone mensen en niet die van de elite.
D
Het toont waar de elite in geïnteresseerd was, dus niet persé hun wereld.
Slide 9 - Quizvraag
Architectuur
Uitvinding gietijzer: 1840
Langzaamaan toegepast in industriële bouwwerken, zoals spoorbruggen, viaducten en fabrieken, niet in gebouwen.
Traditionele vormgeving: dunne metalen pilaartjes met cannelures en kapitelen.
Neo-Renaissance duidelijk in exterieur dat de constructie verhult.
Henri Labrouste, “Bibliotheek Sainte-Geneviève” te Parijs, 1843-1850, interieur
Slide 10 - Tekstslide
Crystal Palace
Gebouwd voor de eerste wereldtentoonstelling in 1851.
Gigantisch gietijzeren bouwwerk, met ca. 80.000 m2 glas.
Toepassing systeembouw: prefab
Voor het eerst zichtbaarheid van de constructie.
Joseph Paxton, “Crystal Palace” te Londen 1851, exterieur
Slide 11 - Tekstslide
Eiffeltoren
Eiffeltoren gebouwd voor wereldtentoonstelling van 1889.
Gietijzer door speciale behandeling veranderd in staal (lichter en buigzamer).
Staal zorgde voor onbegrensde mogelijkheden.
Op dat moment hoogste bouwwerk ter wereld (317 m).
Op wereldtentoonstellingen werden ook andere volken "tentoongesteld". Europa beschouwde zichzelf als superieur.
Gustave Eiffel, “Eiffeltoren en tentoonstellingscomplex” Parijs, 1889
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Neo-Classicisme
Romantiek
Realisme
Slide 14 - Sleepvraag
Arts and Crafts Movement
Tegen de industrialisering en tegen de massaproductie
Ambachtelijk, afwijzing van vooruitgang van de mechanisatie
Gedecoreerd met vormen uit de natuur. Gestileerde plant- en diervormen
Morris & co: voor iedereen betaalbare, handgemaakte producten voor in huis maken en verkopen
William Morris
Slide 15 - Tekstslide
Arts & Crafts
Bedoeld voor het gewone volk. Betaalbaar en moet goede smaak stimuleren. Maar handgemaakte producten zo duur dat alleen de rijken het zich kunnen veroorloven.
Slide 16 - Tekstslide
Jugendstil
Jugendstil: Duits
Art Nouveau: Frans
Slaoliestijl: Nederlands
Affiche Delftsche Slaolie, Jan Toorop, 1894
Slide 17 - Tekstslide
Jugendstil
Massaproductie en nieuwe materialen zoals gietijzer ingezet om de werken te vervaardigen en verspreiden. Maar in praktijk alleen met de hand te maken --> uniek --> duur.
Historische stijlen nu juist afgewezen.
Compleet nieuwe stijl, met name op gebied van toegepaste kunst.
Organische, gestileerde vormen
Onderwerpen uit de natuur
Vrouwfiguren; sierlijk en gestileerd
Slide 18 - Tekstslide
Vragen
Verklaar de naam “slaolie-stijl” aan de hand van de voorstelling.
Verklaar de naam “slaolie-stijl” aan de hand van de vormgeving.
De vrouwen zijn gestileerd weergegeven. Wat wordt daarmee bedoeld?
Slide 19 - Tekstslide
Vragen
Verklaar de naam “slaolie-stijl” aan de hand van de voorstelling.
Er werd reclame gemaakt voor de slaolie; je ziet een slaoliefles met sla.
Verklaar de naam “slaolie-stijl” aan de hand van de vormgeving.
Het lineaire van de slaolie en de gelige slaoliekleur zijn toegepast.
De vrouwen zijn gestileerd weergegeven. Wat wordt daarmee bedoeld?
Er is sprake van vereenvoudiging: egale vlakken, contouren en het haar is een lijnenspel.
Slide 20 - Tekstslide
Jugendstil architectuur
België, Duitsland en Nederland:
Asymmetrische gevels met daarin decoraties geïnspireerd op de natuur
Er wordt veel gebruik gemaakt van beschilderde tegels
Grote, in de decoratie van de gevel opgenomen ramen