Toetsvragen mens en activiteit

• Zorg en Welzijn
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

Wat is een subjectieve mening?

1. een mening gebaseerd op feiten
2. een mening die achteraf gegeven wordt
3. een mening die je voor jezelf houdt
4. een mening met een persoonlijk oordeel

Ruis
Storing in communicatie

1. Juist
2. Onjuist

Non-verbale communicatie

1. Hard op praten en met verschillende gezichtsuitdrukking
2. Geen woorden gebruiken maar je lichaamshouding en gezichtsuitdrukking
3. Geen woorden gebruiken maar ignoreren
4. Fluisteren

Verbale communicatie

1. Dit is door middel van geen woorden te gebruiken
2. Dit is door middel van je handen te gebruiken
3. Dit is door middel van observeren
4. Dit is door middel van gesproken of geschreven woorden

Zelfredzaamheid

Wat is zelfregie

1. zelf bepalen over de hoeveelheid zorg die je wilt krijgen
2. regie over eigen leven laten behouden war mogelijk, zorgvrager is de vormgever aan zijn eigen leven
3. beide
4. geen van beide

Zelfredzaamheid is afhankelijk van:

Lichamelijk functioneren:  de cliënt moet de handeling aankunnen. 

Verstandelijk functioneren: de cliënt moet beschikken over inzicht in en kennis over de handeling die hij moet uitvoeren. 

Psychisch functioneren: de cliënt moet het nut van een handeling inzien en het vertrouwen hebben dat hij die handeling kan uitvoeren. 

Zelfredzaamheid: 

Betekent dat iemand zichzelf kan redden.

Voor zorgvragers in verpleeghuis, verzorgingshuis en thuiszorg betekent dit:

Het vermogen van mensen om zichzelf te redden op alle levensverrichtingen met zo min mogelijk professionele ondersteuning en zorg. 

Waarom is hygiëne in de keuken belangrijk?

1. Wanneer je met eten werkt is dit altijd belangrijk, anders kan je ziek worden
2. Anders smaakt het eten vies
3. Je hoeft alleen voor schone handen te zorgen, de rest is niet belangrijk.
4. Dat is helemaal niet belangrijk.

Voor ik ga koken moet ik:

1. Mij handen wassen
2. Mijn handen wassen en lange haren in een staart
3. Alleen handen wassen als ik iets maak wat niet warm wordt.
4. Niets, ik kan meteen beginnen

Welke kleur plank gebruik ik voor

1. 
2. 
3. 
4. 

receptionist

Back- frontoffice

Backoffice

Geen direct contact 

Op de achtergrond van het kantoor/bedrijf

Frontoffice 

Veel en direct contact 

Op de voorgrond van het kantoor/bedrijf

Verbale communicatie

1. Dit is door middel van geen woorden te gebruiken
2. Dit is door middel van je handen te gebruiken
3. Dit is door middel van observeren
4. Dit is door middel van gesproken of geschreven woorden

Democratische opvoedstijl

• Kost veel tijd/energie
• Iedereen heeft inbreng
• In gesprek (wensen)
• Kind en zelfontplooing
• Duidelijke regels
• Autoritatief/ vanuit gezag niet macht.
  

Wat zou het gevaar van deze opvoedstijl kunnen zijn?

Autoritaire opvoedstijl

• Als basis; regels
• Ouders bepalen
• Verwachtingen kind
• Straf
• Machtpositie;
  Gehoorzamen, aanpassen en  luisteren
  
• Geen onderhandeling
• Geen keuzes, geen mening
  

Wat zou het gevaar van deze opvoedstijl kunnen zijn?

Wat is een formele leider

Wat is een informele leider?