Les 23 (Week 41, 24/10 - Periode 1) - V2G/V2Z

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Dagopening: "Geluk op bestelling"

  • Kan je een voorbeeld geven van pech of geluk dat jou is overkomen?

Slide 3 - Tekstslide

1HV1 Première leçon
Les objectifs :
  • Ik kan de regels van het bezittelijk voornaamwoord uitleggen en toepassen. 

Le programme :
  • Het bv in het Frans
  • Apprendre G 
  • Oefen toets Chapitre 1
Jeudi 12 Octobre

Slide 4 - Tekstslide

Wat geeft een bezittelijk voornaamwoord aan?

Slide 5 - Open vraag

Als het zelfstandig naamwoord begint met een klinker of een stomme h, wat gebeurt dan?

Slide 6 - Open vraag

Dans _____ (onze) famille, il y a des chiens.
A
notre
B
votre
C
leur
D
ma

Slide 7 - Quizvraag

____ (hun) chats sont dans le jardin.
A
leurs
B
mes
C
tes
D
nos

Slide 8 - Quizvraag

______ (jullie) enfants sont en vacances?
A
nos
B
mes
C
tes
D
vos

Slide 9 - Quizvraag

Comment est ____ mère (v)?
A
ma
B
sa
C
ta
D
leur

Slide 10 - Quizvraag

timer
5:00

Slide 11 - Tekstslide

Dictée Apprendre A, B, C
1) Pak je scrift.

2) Scrijf eerste allee woorden die ik zeg en daarna de vertaling.




timer
5:00

Slide 12 - Tekstslide

Nakijken - 30abcde p.46

Prends ton livre, p.46, un stylo en doe mee!

Slide 13 - Tekstslide

Apprendre F  p.51

Slide 14 - Tekstslide

Temps de travail individuel

Maak de oefen toets online via jouw online methode. Gebruik jouw oortjes/koptelefoon.

Klaar?
Opdr. 33ab p.49 / Leren voor de Repetitie.

Slide 15 - Tekstslide

Les devoirs pour Mardi 24 Octobre




Repetitie HFD 1 

Leer alle Apprendres van Hoofdstuk 1 (A, B, C, D (+ avoir, être en faire), E, F, G, H) + de passé composé met "être" (aller, arriver, rester, tomber)(die find je in hfd 7 deel B of in de lesmateriaal op Teams) 


Slide 16 - Tekstslide

SO Hoofdstuk 1
1)  Iedereen is stil. Als je spiekt, is het een 1.

2) Klaar? Breng je toets naar mij toe en ga terug naar je plek.

3) Daarna, lees je een boek of werk je voor een andere vak.

Slide 17 - Tekstslide