Weerwoord week 13

Welke woorden hebben we geleerd?
1 / 11
volgende
Slide 1: Woordweb
NT2BasisschoolGroep 4

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Welke woorden hebben we geleerd?

Slide 1 - Woordweb

Wat is de jongen aan het doen?
A
vernielen
B
Regeren
C
wegvallen
D
repareren

Slide 2 - Quizvraag

Wat betekent verzakken?
A
Niet opvallen
B
snel in de grond zakken
C
langzaam in de grond zakken
D
kapot maken

Slide 3 - Quizvraag

Welk woord hoort erbij?
de rails waar de treinen over rijden

Slide 4 - Open vraag

Welk woord hoort bij het plaatje?
Roofdier
´s nachts
repareren

Slide 5 - Sleepvraag

Wat betekent lokken?
A
Weer in orde brengen
B
Zorgen dat een dier weg gaat
C
Zorgen dat een dier naar je toe komt
D
Helemaal kapot maken

Slide 6 - Quizvraag

Welk woord hoort niet bij de spoorwegen?
A
Het spoor
B
De bovenleiding
C
De spoorboom
D
Het roofdier

Slide 7 - Quizvraag

Wat is geen roofdier?
A
B
C
D

Slide 8 - Quizvraag

Schrijf een zin met een van de woorden:
!geen lege antwoorden of vraagtekens!

Slide 9 - Open vraag

Wat is de tegenstelling van `s nachts?
(dus niet `s nachts maar..)
A
Overdag
B
Lokken
C
Wegjagen
D
wantrouwen

Slide 10 - Quizvraag

Bedenk de rest van de zin:
Ik doe onderzoek naar.........

Slide 11 - Open vraag