ma 30 jan

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2

Welcome

English

Mevrouw van Eunen

Welcome

Year 2

Lesdoelen

-Ik weet het verschil tussen 'much' , 'many' en 'a lot of' en kan deze woorden toepassen in een zin.

- Ik weet het verschil tussen 'little' en 'few'/ a 'little' en 'a few' en 'a little' kan deze toepassen in een zin.

Much, many & a lot of

Betekenis

• Much, many & a lot of betekenen allemaal veel in het Nederlands.

• Je gebruikt ze alleen niet allemaal hetzelfde. Kijk naar de volgende voorbeelden en probeer het verschil tussen much & many te raden!

Voorbeelden

1. many friends
2. much water
3. many chairs
4. much time
5. many superheroes
6. much water 

Much

• Je gebruikt much als het woord dat erna komt enkelvoud en ontelbaar is.

Do you have much work? 

We haven't got much money.

Kan je het woord water tellen?

Many

• Je gebruikt many als het woord dat erna komt meervoud en telbaar is.

He hasn't got many friends.

Do we have many videogames?

Tip: Je kunt meervoud herkennen aan de letter -s achter een woord.

A lot of

• A lot of betekent veel, net als bij many & much.
  
  
• A lot of gebruik je bij bevestigende (+) zinnen.
  
  
• Much/ many gebruik je bij vragende (?)/ ontkennende (-) zinnen. 

Voorbeelden

• I have a lot of friends. (+)
• She has not got many friends. (-)
• Do we have much homework? (?)
• The school has a lot of pupils. (+)
• Our village has not got much snow. (-)
• Does the cat have many kittens? (?)

Grammar: few/little

enkelvoud/ontelbaar	meervoud/telbaar
little = weinig	few = weinig
a little = een beetje	a few = een paar
I've got too little money.	I'm cutting a few onions.

much (telbaar)of 

many (ontelbaar)

I have got ... problems.

1. many
2. much
3. a lot of

The dogs aren't ... fun.

1. many
2. much
3. a lot of

How ... milk is left in the fridge?

1. many
2. much
3. a lot of

Are there ... ghosts in that creepy building?

1. many
2. much
3. a lot of

My brother has ... problems with my dad.

1. many
2. much
3. a lot of

Grammar: (a) few/ (a) little 

enkelvoud/ontelbaar	meervoud/telbaar
little = weinig	few = weinig
a little = een beetje	a few = een paar
I've got too little money.	I'm cutting a few onions.

Janet gave me ... apples from her garden.

1. few
2. little
3. a few
4. a little

I didn't drink all the coffee, there's still ... left.

1. few
2. little
3. a few
4. a little

___ (weinig) people tell the truth!

1. little
2. few
3. a little
4. a few

The girl has ___ (weinig) sunshine
in her life.

1. little
2. few
3. a little
4. a few

www.learn-english-today.com

www.perfect-english-grammar.com

Please make chapter 3.4 in your student book (exercise 1 to 10) on page 101.

How?

You make these exercises by yourself but you are allowed to talk to your neighbour.

Finished?

Make sure you practise your vocabulary words via wrts.nl

Lesdoelen

-Ik weet het verschil tussen 'much' , 'many' en 'a lot of' en kan deze woorden toepassen in een zin.

- Ik weet het verschil tussen 'little' en 'few'/ a 'little' en 'a few' en 'a little' kan deze toepassen in een zin.