Duitse voegwoorden en hoofd- en bijzinnen

1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Was machen wir heute


Voegwoorden

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het eind van de les kun je Duitse voegwoorden gebruiken om hoofd- en bijzinnen te verbinden.

Slide 3 - Tekstslide

Introduceer het leerdoel van de les aan de studenten.
Wat is het voegwoord in onderstaande zin?
Pieter was te laat , omdat hij de bus had gemist.

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Voegwoord

  • verbind hoofdzin en bijzin met elkaar
  • bijzin begint met een voegwoord

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Duitse voegwoorden
  • hoewel = obwohl                       wir gehen spazieren, obwohl es regnet
  • dat = dass                                    sie sagt, dass es draußen kalt ist.
  • of = ob                                           ich weiß nicht, ob Lisa kommt 
  • als = wenn                                   ich sage es dir, wenn ich komme
  • toen = als                                     die Sonne schien, als wir in Paris waren
  • zodat = damit                            wir helfen dir, damit dus alles schaffst 
  • want = denn                               Paul kommt nicht, denn er hat keine Zeit
  • nadat = nachdem                    er ging weg, nachdem er das gesagt hatte

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • zodra = sobald                 ich mache die Aufgabe, sobald ich Zeit habe
  • omdat = weil                    Yasmine kann nicht kommen, weil sie krank ist
  • terwijl = während          sie räumte auf, während er arbeitete
  • indien = falls                       ich komme am Mittwoch, falls Ihnen das passt

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn hoofd- en bijzinnen?
  • Een hoofdzin is een zin die op zichzelf kan staan 
  • Een bijzin is afhankelijk van de hoofdzin en begint met een voegwoord

Slide 8 - Tekstslide

Leg kort uit wat hoofd- en bijzinnen zijn en illustreer dit met voorbeelden.
Hoe maak je een bijzin?


  • In een bijzin staat de persoonsvorm (van het werkwoord) altijd achteraan
  • ich weiß nicht, ob Lisa noch kommen wird
  • Peter sagte, dass er es schon gelesen hat

  • Let op! Tussen hoofdzin en bijzin staat in het Duits ALTIJD een komma

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

falls
während
weil
solbald
nachdem
denn
damit
als
wenn
ob
dass
toen
zodat
want
nadat
hoewel
zodra
omdat
dat
terwijl
indien
of
als
obwohl

Slide 10 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies