2.2 afronden

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 1

Welkom Mavo 1B

Op tafel:

- Pen, rekenmachine, Leerboek & werkboek, wiskundeschrift

Toetsweek 1

Hoofdstuk 1: ruimtefiguren

• alles hebben we gehad! Cijfers SO. 

Hoofdstuk 2: getallen

§2.1 Getallen	behandeld
§2.2 Afronden	Vandaag
§2.3 Afronden in praktische situaties	Dinsdag
§2.4 Verhoudingstabellen	Woensdag
SO Hoofdstuk 2	Donderdag 6 oktober lesuur 7

Les gemist?

Planning van de les

Terugblik

Huiswerk bespreken

Nieuwe lesstof: 2.1 afronden van decimale getallen

Aan de slag 

Leerdoelen gisteren

Paragraaf 2.1 Getallen:

• Ik ken de waarde van de cijfers: duizendtallen, honderdtallen, tientallen, eenheden, tienden, honderdsten
  
• Ik kan grote getallen met alleen cijfers schrijven 
  
•  Ik weet wat delers

• Ik weet wat even en oneven getallen zijn en kan hier vragen over beantwoorden
  
• Ik kan uitleggen wat een decimaal getal is
  
• Ik kan aangeven hoeveel decimalen een getal heeft
  
• Ik kan decimale getallen op volgorde van klein naar groot zetten

Huiswerk bespreken

Nakijken met een andere kleur!

Leerdoelen

Aan het einde van de les weet je...

... hoe je decimale getallen afrondt

Aantekening

Paragraaf 2.2 afronden

1. Zet een streepje achter het decimaal waarop je moet afronden. 

2. Kijk naar het getal achter het streepje

Is dat een 5 of hoger? Dan rond je het getal voor het streepje af naar boven (1 getal hoger)

Is dat lager dat een 4 of lager? Dan rond je het getal voor het streepje af naar beneden (je laat het getal staan)

Afronden decimale getallen

Hoe moet je 0,3820404 afronden op twee decimalen?

0 , 3 8 2 0 4 0 4

Afronden decimale getallen

Hoe moet je 0,3820404 afronden op twee decimalen?

0 , 3 8 2 0 4 0 4

Afronden decimale getallen

Hoe moet je 0,3820404 afronden op twee decimalen?

0 , 3 8 2 0 4 0 4

Afronden decimale getallen

Hoe moet je 0,3820404 afronden op twee decimalen?

0 , 3 8 2 0 4 0 4

Afronden decimale getallen

Hoe moet je 0,3820404 afronden op twee decimalen?

0 , 3 8 

Afronden decimale getallen

Hoe moet je 128,952932 afronden op één decimaal?

1 2 8 , 9 5 2 9 3 2

Afronden decimale getallen

Hoe moet je 128,952932 afronden op één decimaal?

1 2 8 , 9 5 2 9 3 2

Afronden decimale getallen

Hoe moet je 128,952932 afronden op één decimaal?

1 2 8 , 9 5 2 9 3 2

Afronden decimale getallen

Hoe moet je 128,952932 afronden op één decimaal?

1 2 9 , 0

Afronden decimale getallen

Hoe moet je 2,356  afronden op een geheel getal?

2 , 3 5 6

Afronden decimale getallen

Hoe moet je 2,356  afronden op een geheel getal?

2 , 3 5 6

Afronden decimale getallen

Hoe moet je 2,356  afronden op een geheel getal?

2 , 3 5 6

Afronden decimale getallen

Hoe moet je 2,356  afronden op een geheel getal?

2 

Wisbordjes

Neem iedere keer het hele getal over,

daarna ga je afronden volgens je stappenplan. 

Daaronder schrijf je je goede antwoord.

Chromebook openen, we gaan quizen!

Rond 1,50274 af op één decimaal. Welk antwoord is juist?

1. 1,4
2. 1,5
3. 1,49
4. 1,50

Rond 1,496953 af op twee decimalen. Welk antwoord is juist?

1. 1,49
2. 1,50
3. 1,51
4. 1,497

Rond 35,612 af op een geheel getal.

Rond 35,612 af op 1 decimaal

Rond 35,612 af op 2 decimalen

Welk getal is het grootste?

1. 0,2
2. 0,75

Welk getal heeft de meeste decimalen?

1. 279900,12
2. 3,12399
3. 2,779011
4. 37099111811

Wisbordjes

Schoon inleveren :) 

Maryam G, Fatema, Inanc jullie zijn nog steeds niet ingelogd. Zorg dat je dit doet! Ga naar Magister > leermiddelen > klik op VO Smartrekenen. 

Aan de slag

Zelf oefenen vanaf blz 

LB 70 

Opgave 30, 32, 35

De eerste 5 minuten in stilte. Daarna mag je zachtjes overleggen met je buur. 

Moeilijk? Lees de gele theorieblokken in je boek.

Leerdoelencheck

Aan het einde van de les weet je...

... hoe je decimale getallen afrondt 

Dinsdag 4 oktober september lesuur 6

Wis - Opgave 30, 32, 35 vanaf blz  70

Moeilijk? Kijk dan het filmpje https://youtu.be/suJ-C8Sv3tU 

Meenemen: LB + WB deel1 + ruitjesschrift + pen + potlood + rekenmachine + pen

Maandag 3 oktober: 60 minuten Smartrekenen!

Donderdag 6 oktober lesuur 7 SO hoofdstuk 2

Huiswerk