mh2 - dt5 - week6 - overzicht toets met vragen

Welkom!!!
Genieten jullie een beetje van het mooie weer?????
Ik wel!
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom!!!
Genieten jullie een beetje van het mooie weer?????
Ik wel!

Slide 1 - Tekstslide

Wat moet je allemaal kennen/kunnen voor de toets?
  • H9: Formules zo kort mogelijk schrijven
  • H9: Vergelijkingen oplossen met omgekeerde pijlenketting en balansmethode
  • H9: Omslagpunt berekenen met balansmethode
  • H9 Havo: ongelijkheden oplossen
  • H10: Omtrek en oppervlakte cirkel berekenen
  • H10: Inhoud cilinder berekenen
  • H10: Inhoud samengestelde ruimtefiguren berekenen
  • H10 Havo: inhoud piramide en kegel berekenen
  • H10 Havo: vergrotingen van de inhoud met de factor berekenen

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen deze les?

  • Theorie nogmaals bekijken
  • Vragen maken. Hou dus pen/papier/rekenmachine bij de hand!

Je kunt deze les op elk moment nog een keer bekijken/maken, zodat je je goed kunt voorbereiden op de toets. Wanneer en hoe die ook is..........

Slide 3 - Tekstslide

Schrijf formules zo kort mogelijk

Slide 4 - Tekstslide

Schrijf zo kort mogelijk:
4 x p - 2 x p = q

Slide 5 - Open vraag

Schrijf zo kort mogelijk:
15r + 2a - r + 3a - a = b

Slide 6 - Open vraag

Vergelijkingen oplossen 
(met omgekeerde pijlenketting of balansmethode)
Omgekeerde pijlenketting: 1 kant van de = een letter, zoals: 3a + 5 = 14
Balansmethode: aan beide kanten van de = een letter, zoals 3a + 5 = 2a + 7

Slide 7 - Tekstslide

Wat is de vergelijking
als je het
snijpunt wilt uitrekenen?
A
10a+80=80
B
15a+40 = y
C
25a + 120 = y
D
10a+80=15a+40

Slide 8 - Quizvraag

Welke vergelijking kan je op welke manier oplossen? 
15+7x=40,6x
15+7x=40
balansmethode
omgekeerde pijlenketting

Slide 9 - Sleepvraag


Wat is het antwoord van 
deze vergelijking? Maak zelf een omgekeerde pijlenketting!
A
5
B
6
C
7
D
8

Slide 10 - Quizvraag

Los de vergelijking 8a + 4 = 5a + 16 op. Geef je antwoord zo: a = ...

Slide 11 - Open vraag

8a + 4 = 5a + 16
       –4            –4  (stap 1:links de cijfers weg)
8a        = 5a + 12
–5a        –5a         (stap 2: rechts de letter weg)
3a                 = 12
:3                      :3  (stap3: delen door het getal voor de letter)
a = 4                     (het antwoord )
Zo pak je de vorige som aan:


Slide 12 - Tekstslide

Het omslagpunt berekenen

Slide 13 - Tekstslide

Zo'n soort som kun je verwachten:
  • tabel maken van 2 formules
  • grafieken tekenen
  • omslagpunt uit grafiek halen
  • omslagpunt berekenen (vraag 36)

Slide 14 - Tekstslide

Bereken het omslagpunt bij de vorige vraag:
5a + 20 = 2,5a + 50
A
9
B
10
C
11
D
12

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Ongelijkheden oplossen
Stap 1 en 2 zijn dus hetzelfde als een "gewone" vergelijking oplossen. Hier kun je dus al punten mee verdienen!

Slide 17 - Tekstslide

Los deze ongelijkheid op:
6e - 4 < 10e - 20

Slide 18 - Open vraag

Uitleg:
6e - 4 < 10e - 20 --> Eerst vergelijking oplossen: 6e - 4 = 10e - 20

6e = 10e - 16 (beide kanten + 4)
-4e = -16 (beide kanten -10e)
e = 4 (beide kanten gedeeld door -4)

Dan e kleiner dan 4 en groter dan 4 invullen in ongelijkheid en kijken wanneer die klopt, b.v.:
e = o:
6 x 0 -4 < 10 x 0 -20
-4 < -20 KLOPT NIET!
e = 5:
6 x 5 - 4 < 10 x 5 - 20
26 < 30 KLOPT
Dus e > 4

Slide 19 - Tekstslide

Omtrek en oppervlakte cirkel berekenen

Slide 20 - Tekstslide

Omtrek cirkel

omtrek=diameterπ
omtrek=6π=18,8cm

Slide 21 - Tekstslide

Mijn cirkel heeft een straal van 8 cm, de omtrek is ..... cm (afronden op 1 decimaal)

Slide 22 - Open vraag

Oppervlakte cirkel

oppervlakte=straal2π
oppervlakte=32π=28,3cm2
of.... oppervlakte cirkel= straal x straal x pi

Slide 23 - Tekstslide

Mijn cirkel heeft een straal van 8 cm, de oppervlakte is ..... cm2 (afronden op 1 decimaal)

Slide 24 - Open vraag

Inhoud cilinder
oppervlakte grondvlak x hoogte
straal = 7 cm 
hoogte = 21 cm

inhoud=72π21=3.232,7cm3

Slide 25 - Tekstslide

Een cilinder heeft een diameter van 6 en een hoogte van 12. Bereken de inhoud van de cilinder.
A
339,29
B
28,27
C
226,19
D
169,65

Slide 26 - Quizvraag

Fout! Pijlen 
moeten 
andersom!!!!
Omrekenen litermaten (bladzijde 112) 

Slide 27 - Tekstslide

6 cL = ... mL?
A
0,6
B
6
C
60
D
600

Slide 28 - Quizvraag

Samengestelde ruimtefiguren
Van het ruimtefiguur hiernaast kun je de
inhoud berekenen. Je moet dan eerst de 
figuur verdelen in 'bekende' figuren.
Deze figuur bestaat uit een cilinder en een kegel.

Slide 29 - Tekstslide


Wat is de inhoud van de piramide?
A
36 cm3
B
12 cm3
C
18 cm3
D
108 cm3

Slide 30 - Quizvraag


Wat is de inhoud van de kegel?
Het antwoord is afgerond op hele cm3
A
28 cm3
B
12 cm3
C
9 cm3
D
3cm3

Slide 31 - Quizvraag

Vergroten

Slide 32 - Tekstslide

Een kubus wordt vergroot met factor 2.
De inhoud van de vergrootte figuur wordt dan...................zo groot
A
2 keer
B
6 keer
C
8 keer
D
10 keer

Slide 33 - Quizvraag

Een ruimtelijk figuur wordt vergroot met factor 6.
De inhoud van het beeld wordt dan....... zo groot.
A
6
B
18
C
216
D
Geen van alle

Slide 34 - Quizvraag

Succes met de voorbereiding van de toets en een fijne vakantie gewenst!

Slide 35 - Tekstslide