18-11

Planning H3
- CNN10
- Grammar: the passive
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1,3

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Planning H3
- CNN10
- Grammar: the passive

Slide 1 - Tekstslide

Wat is the passive?
The passive wordt gebruikt om de focus van de zin te verleggen van de persoon naar de actie. 

Kenmerken:
- Er wordt niet benoemd wie de actie uitvoert.
- De zin begint met de actie; ook wel de belangrijkste informatie
- Het is een formele manier van schrijven

Slide 2 - Tekstslide

Passive 
Active
Passive
present simple
(Tegenwoordige tijd)
I do the homework.
She eats the apples.
The homework is done (by me).
The apples are eaten (by her).
werkwoord present
am/is/are + voltooid deelwoord
past simple
(verleden tijd)
I did the homework.
She ate the apples.
The homework was done (by me).
The apples were eaten (by her).
werkwoord past
was/were + voltooid deelwoord

Slide 3 - Tekstslide

Stappenplan the passive
Stap 1: Zoek datgene waar iets mee wordt gedaan (lijdend voorwerp). Dat wordt nu het onderwerp en staat vooraan in de zin.
Stap 2: Zoek het werkwoord.
Stap 3: Check of het ww in tegenwoordige tijd staat of in verleden tijd.
Stap 4: Voeg een vorm van to be toe: am/is/are+voltooid deelwoord (present)
                of was/were + voltooid deelwoord (past).
Stap 5: Schrijf de rest van de zin over.

Slide 4 - Tekstslide

Homework for next class
- Do ex. 3, 6, 9, 10 & 11 of lesson 2.4
- Start studying the words of lesson 2.4
- Bring your stuff for The Wave to class

Slide 5 - Tekstslide

Planning mh1a
- Newsround
- Grammar: present simple affirmative

Slide 6 - Tekstslide

Newsround

Slide 7 - Woordweb

Present simple +
Gebruik:
In de tegenwoordige tijd wanneer iets:
1. een gewoonte of handeling is 
2. een feit is

VB: - She always walks to school.
- We never talk during a test.

Slide 8 - Tekstslide

Present simple +
Signaalwoorden:
- Always = altijd
- Never = nooit
- Often = vaak
- Usually = meestal

Signaalwoorden geven je een ''signaal'' dat je een present simple moet gebruiken

Slide 9 - Tekstslide

Present simple +
Vorm:





Dit noemen we ook wel de SHIT-regel
Onderwerp
werkwoord
voorbeeld
I, we, you, they
hele werkwoord
jump
He, she, it
hele werkwoord + s
jumps

Slide 10 - Tekstslide

Homework for next class
- Do ex. 3, 4, 5, 6, & 8 of lesson 2.4
- Start studying the words of lesson 2.4


Slide 11 - Tekstslide