M3 TTO Reading practice / Speed reading competition
1 / 32
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Which reading strategies do we know?
Slide 4 - Open vraag
Slide 5 - Tekstslide
Skimming
Scanning
Detailed
Predicting
Look for specific information, usually within lay-out or titles etc.
Think of what you already know about the subject
Find out what specific paragraphs you need info from, and skip the rest
Read and understand the full text and it's meaning
Slide 6 - Sleepvraag
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Click text to zoom.
Which word should go in gap #1?
Which word should go in gap #1?
A
some
B
any
C
a
Slide 10 - Quizvraag
Click text to zoom.
Which word should go in gap #2?
Which word should go in gap #2?
A
was
B
is
C
were
Slide 11 - Quizvraag
Click text to zoom.
Which word should go in gap #3?
Which word should go in gap #3?
A
must
B
could
C
may
Slide 12 - Quizvraag
Click text to zoom.
Which word should go in gap #4?
Which word should go in gap #4?
A
when
B
if
C
that
Slide 13 - Quizvraag
Click text to zoom.
Which word should go in gap #5?
Which word should go in gap #5?
A
buy
B
buys
C
bought
Slide 14 - Quizvraag
Click text to zoom.
Which word should go in gap #6?
Which word should go in gap #6?
A
their
B
his
C
its
Slide 15 - Quizvraag
Click text to zoom.
Which word should go in gap #7?
Which word should go in gap #7?
A
fast
B
faster
C
fastest
Slide 16 - Quizvraag
Click text to zoom.
Which word should go in gap #8?
Which word should go in gap #8?
A
yet
B
still
C
already
Slide 17 - Quizvraag
Click text to zoom.
Which word should go in gap #9?
Which word should go in gap #9?
A
they
B
there
C
here
Slide 18 - Quizvraag
Slide 19 - Tekstslide
Welk advies wordt in deze tekst aan Jon gegeven?
Geef aan; juist of onjuist.
Bespreek het probleem met je ouders
Geef aan; juist of onjuist.
Bespreek het probleem met je ouders
click text to zoom
A
Juist
B
Onjuist
Slide 20 - Quizvraag
Welk advies wordt in deze tekst aan Jon gegeven?
Geef aan; juist of onjuist.
Laat 's nachts een lampje branden
Geef aan; juist of onjuist.
Laat 's nachts een lampje branden
click text to zoom
A
Juist
B
Onjuist
Slide 21 - Quizvraag
Welk advies wordt in deze tekst aan Jon gegeven?
Geef aan; juist of onjuist.
Haal rustgevende medicijnen bij de huisarts
Geef aan; juist of onjuist.
Haal rustgevende medicijnen bij de huisarts
click text to zoom
A
Juist
B
Onjuist
Slide 22 - Quizvraag
Welk advies wordt in deze tekst aan Jon gegeven?
Geef aan; juist of onjuist.
Kies een andere vakantiebestemming
Geef aan; juist of onjuist.
Kies een andere vakantiebestemming
click text to zoom
A
Juist
B
Onjuist
Slide 23 - Quizvraag
Waarom werd deze brievenbus in Hampstead gesloten volgens dit artikel?
click text to zoom
A
De brievenbus was te laag, daardoor veroorzaakte deze rugproblemen bij postbodes
B
De brievenbus was te laag, daarom was deze altijd overvol.
C
De brievenbus moest zo vaak geleegd worden dat de postbodes er oververmoeid van raakten
D
De brievenbus had scherpe randen, waaraan postbodes zich konden bezeren.
Slide 24 - Quizvraag
Welke stelling over de hoofdpersonen in de documentaire 'Golden Oldies' is juist volgens deze tekst?
click text to zoom
A
Ze kunnen steeds minder goed tegen alleen zijn
B
Ze leiden een interessanter leven dan veel mensen denken
C
Ze weigeren om naar een verzorgingstehuis te gaan
D
Ze zijn bij elkaar gaan wonen om rond te komen
Slide 25 - Quizvraag
Wat was de aanleiding voor het agressieve gedrag van kater Lux volgens alinea 1?
click text to zoom
A
Hij werd aangevallen door een hond
B
Hij werd aan zijn staart getrokken
C
Hij werd weggeduwd door zijn baasje
Slide 26 - Quizvraag
Waar zat de kater toen Lee Palmer 911 belde?
click text to zoom
A
Achter de heg
B
In de slaapkamer
C
Voor de deur van de slaapkamer
D
Voor het slaapkamerraam
Slide 27 - Quizvraag
Welke bewering over kater Lux is juist volgens alinea 2?
click text to zoom
A
Hij had nooit eerder agressief gedrag vertoont
B
Hij wordt weggegeven
C
Hij zal een spuitje krijgen van de dierenarts
D
Hij zit opgesloten tot er een besluit over hem is genomen
Slide 28 - Quizvraag
Slide 29 - Tekstslide
What is the
correct order?
correct order?
A
A, B, C
B
B, A, C
C
C, B, A
D
A, C, B
