dieren Quizzz

Dieren!
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BasisschoolGroep 7

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 8 videos.

Onderdelen in deze les

Dieren!

Slide 1 - Tekstslide

hoe heet dit dier?

Slide 2 - Tekstslide

hoe heet dit dier?
A
aap
B
egel
C
kat
D
stokstaartje

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Video

wat stond er op de achtergrond?
A
berg
B
bos
C
besneeuwde berg
D
een dikke panter

Slide 5 - Quizvraag

0

Slide 6 - Video

welk dier komt het meest voor in Nederland?
A
honden
B
vissen
C
katten
D
vogels

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Video

WAT GAAT DE AAP DOEN?
A
hij laat ze schrikken
B
hij doet niks
C
hij rent weg
D
er komen andere apen bij

Slide 9 - Quizvraag

0

Slide 10 - Video

Hoe heet dit dier?

Slide 11 - Tekstslide

hoe heet dit dier?
A
lange neus aap
B
neus aap
C
aap
D
snotter neus aap

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Video

Wat zoeken de mensen?
A
kampeerplaats
B
eten
C
takken om vuur te maken
D
Dieren

Slide 14 - Quizvraag

0

Slide 15 - Video

Hoe heet dit honden ras

Slide 16 - Tekstslide

Hoe heet dit hondenras?
A
Drentshe patrijshond
B
Nederlandse kooikerhond
C
Jack russel
D
Sheltie hond

Slide 17 - Quizvraag

Hoeveel jaar kan een kip worden
A
0-5
B
5-10
C
10-15
D
15-18

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Video

hoe neemt ze wraak?
A
Ze slaat hem
B
Ze trapt heel hard op de rem
C
Ze stapt uit
D
Ze gooit de make-up doos tegen hem aan

Slide 20 - Quizvraag

0

Slide 21 - Video

Welk dier zit niet in jungle book
A
Balou de beer
B
Mang de vleermuis
C
Billie de slang
D
Akela de wolf

Slide 22 - Quizvraag

Hoe groot wordt een goudvis
A
40 cm
B
30 cm
C
10 cm
D
20 cm

Slide 23 - Quizvraag

Hoe heet deze hond?

Slide 24 - Tekstslide

Hoe heet deze hond?
A
Snuto
B
Pluto
C
Snuffel
D
Micky

Slide 25 - Quizvraag

Hoe oud wordt een cavia
A
2- 6
B
10-12
C
1-3
D
4-8

Slide 26 - Quizvraag

Kan een olifant springen?
A
Ja
B
Nee

Slide 27 - Quizvraag

Welk dier wordt ook wel buideldier genoemd?
A
luipaard
B
koala
C
aap

Slide 28 - Quizvraag

Op welke dag valt dierendag 2020?
A
5 oktober
B
8 oktober
C
4 oktober
D
1 oktober

Slide 29 - Quizvraag