medicijnen

Wat is er blijven kleven
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Wat is er blijven kleven

Slide 1 - Tekstslide

medicijnen
Wat weten we al van medicijnen

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Doelen 
- Aan het einde van de les kun je 6 verschillende medicatievormen noemen.

- Aan het einde van de les kun je benoemen wat een medicijnpaspoort is.

- Aan het einde van de les kun je 3 punten uit de bijsluiter benoemen.

Slide 4 - Tekstslide

houding

Slide 5 - Tekstslide

Werkvorm Expert
- Werk individueel of in duo's 1 medicijnsoort uit volgens de vragen 13 min
- presenteer je uitwerking in 3 min. aan de klas.
- Tijdens de presentatie mag je notities te maken met pen en papier!

timer
13:00

Slide 6 - Tekstslide

Doelen behaald?

Slide 7 - Tekstslide

Vrij verkrijgbare medicijnen zijn:
A
Medicijnen die je met een recept bij de apotheek moet ophalen.
B
Medicijnen die je kunt kopen bij de apotheek, drogist, supermarkt.
C
Medicijnen die de huisarts heeft voorgeschreven.
D
Medicijnen waarin vitaminen en mineralen zitten.

Slide 8 - Quizvraag

Wat staat er op de bijsluiter van een medicijn?
A
houdbaarheid
B
bijwerkingen
C
waar je het beste kunt bewaren
D
sterkte

Slide 9 - Quizvraag

Vrij verkrijgbare medicijnen zijn:
A
Medicijnen die je met een recept bij de apotheek moet ophalen.
B
Medicijnen die je zonder recept kunt kopen bij de apotheek, drogist, supermarkt.
C
Medicijnen die de huisarts heeft voorgeschreven.
D
Medicijnen waarin vitaminen en mineralen zitten.

Slide 10 - Quizvraag

Hoe noem je een overzicht van medicijnen die iemand gebruikt?
A
Medicijngebruik
B
Medicijnpaspoort
C
Medicijntrouw
D
Medische verklaring

Slide 11 - Quizvraag

Staan vrij verkrijgbare medicijnen op het medicijnenpaspoort?
A
Wel
B
Niet

Slide 12 - Quizvraag

Wat is GEEN vrij verkrijgbaar medicijn?
A
Paracetamol
B
Loperamide (tegen diarree)
C
Hoestdrank
D
Antibiotica

Slide 13 - Quizvraag

Wat zijn medicijnen?
A
Stoffen die je lichaam en geest negatief beïnvloeden
B
Stoffen die je lichaam en geest positief beïnvloeden
C
Stoffen die bedoeld zijn om je gezondheid te verbeteren
D
Stoffen die bedoeld zijn om je gezondheid te verslechteren

Slide 14 - Quizvraag

Wat is een document met informatie over medicijnen en bijwerkingen?
A
Kijksluiter
B
Medicijnen dispenser
C
Bijsluiter
D
Medicijnen rol

Slide 15 - Quizvraag

Hoe worden medicijnen toegediend via de neus?
A
Smeren op de huid
B
Injecties
C
Druppels of spray in de neus

Slide 16 - Quizvraag

Hoe worden medicijnen toegediend via de mond?
A
Slikken
B
Pleisters plakken
C
Sprayen in de mond
D
Druppels in het oog

Slide 17 - Quizvraag

Kunnen medicijnen je rijvaardigheid beïnvloeden?
A
Ja, alle medicijnen
B
Nee
C
Ja, sommige medicijnen
D
Alleen als je ze samen met alcohol gebruikt.

Slide 18 - Quizvraag

Tot de volgende les! 

Slide 19 - Tekstslide