les 1A en 1B - Introductie - Intern transportmiddelen - Cycle count
Lessen warehouse
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
WarehousingMBOStudiejaar 1
In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 100 min
Onderdelen in deze les
Lessen warehouse
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Slide 2 - Tekstslide
Beoordeling
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Interne transportmiddlen
Wat zijn interne transportmiddelen?
Slide 6 - Tekstslide
E-Logistics
Slide 7 - Woordweb
E-Logistics & WMS
E-Logistics?
E-logistics is de logistiek achter alles wat met internetverkopen te maken heeft. Veelgebruikt is ook de term e-fulfilment.
WMS?
Warehouse Management Systeem: Hierin beheer je de uitgevoerde activiteiten van een warehouse. Inbound, opslag, outbound.
Slide 8 - Tekstslide
Modern E-warehouse
Slide 9 - Tekstslide
Beoordeling opdracht interne transportmiddelen
5 van de 5 goed ingevuld = G
4 van de 5 goed ingevuld = V
3 of lager goed ingevuld = O
Slide 10 - Tekstslide
Zoektocht interne transportmiddelen
In groepjes van 4:
Maak een selfie met 5 interne transportmiddelen binnen de school en noteer de interne transportmiddelen op het blad dat je van de docent hebt ontvangen.
Slide 11 - Tekstslide
Interne transportmiddelen
timer
20:00
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Open vraag
Slide 14 - Tekstslide
Cycle Count
Cycle count = voorraad tellen
Hulpmiddel --> Tellijst
Waarom cycle count?
Slide 15 - Tekstslide
Beoordeling Cycle Count
8 van de 8 goed ingevuld = G
6 of 7 van de 8 goed ingevuld = V
5 of lager goed ingevuld = O
Slide 16 - Tekstslide
Wie zijn wij tijdens deze les?
Werknemers van STC-ewarehousing welke gespecialiseerd is in e-logistics.
(Verzenden van in een webshop bestelde goederen)
Slide 17 - Tekstslide
In het warehouse
Extra vraag:
Kijk eens goed:
Is de manier van opslaan in het warehouse een goede opzet voor een E-warehouse?
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Evaluatie leerdoelen
1. Ik kan op het eind van de les uitleggen wat cycle count is.
2. Ik kan op het eind van de les een cycle count uitvoeren.
3. Ik weet op het eind van de les wat een intern transportmiddel is en kan hiervan twee voorbeelden benoemen.