Lengte-, oppervlakte- en inhoudsmaten en wetenschappelijke notatie

De wetenschappelijke notatie

1 / 26

Slide 1: Tekstslide

WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Lesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

De wetenschappelijke notatie

Slide 1 - Tekstslide

Schrijf het antwoord in de wetenschappelijk notatie. Rond zonodig af op twee decimalen.

Welke wetenschappelijke notatie hoort bij onderstaand getal?

423 miljard

423 \cdot 10^{​ 9 ​ ​}

4, 23 \cdot 10^{​ 9 ​ ​}

4, 23 \cdot 10^{​ 11 ​ ​}

4, 23 \cdot 10^{​ 7 ​ ​}

Slide 2 - Quizvraag

423 m i l j a r d = 423 \cdot 10^{​ 9 ​ ​} = 4, 23 \cdot 10^{​ 11 ​ ​}

Komma twee plaatsen naar links (delen door 10²) dus exponent 2 waardes hoger (vermenigvuldigen met 10²)

Slide 3 - Tekstslide

Schrijf het antwoord in de wetenschappelijk notatie. Rond zonodig af op twee decimalen.

Welke wetenschappelijke notatie hoort bij onderstaand getal?

0, 0411 \cdot 10^{​ - 3 ​ ​}

4, 11 \cdot 10^{​ - 1 ​ ​}

4, 11 \cdot 10^{​ - 5 ​ ​}

4, 11 \cdot 10^{​ - 6 ​ ​}

41, 1 \cdot 10^{​ - 6 ​ ​}

Slide 4 - Quizvraag

Komma twee plaatsen naar rechts (vermenigvuldigen met 10²) dus exponent 2 waardes lager (delen door 10²)

0, 0411 \cdot 10^{​ - 3 ​ ​} = 4, 11 \cdot 10^{​ - 5 ​ ​}

Slide 5 - Tekstslide

Schrijf het antwoord in de wetenschappelijk notatie. Rond zonodig af op twee decimalen.

Geef het antwoord van onderstaand product in de wetenschappelijke notatie. Rond zonodig af op twee decimalen.

0, 9^{​ 5 ​ ​} \cdot 2, 3^{​ 15 ​ ​}

1, 57 \cdot 10^{​ 5 ​ ​}

1, 57 \cdot 10^{​ - 5 ​ ​}

1, 57 \cdot 10^{​ - 4 ​ ​}

0, 16 \cdot 10^{​ 6 ​ ​}

Slide 6 - Quizvraag

Komma vijf plaatsen naar links (delen door 10⁵) dus exponent 5 waardes hoger (vermenigvuldigen met 10⁵)

0, 9^{​ 5 ​ ​} \cdot 2, 3^{​ 15 ​ ​} = 157445, 4402 \approx 1, 57 \cdot 10^{​ 5 ​ ​}

Slide 7 - Tekstslide

Schrijf het antwoord in de wetenschappelijk notatie. Rond zonodig af op twee decimalen.

Geef het antwoord van onderstaand quotiënt in de wetenschappelijke notatie. Rond zonodig af op twee decimalen.

\frac{​ 1 3 3 7 ​ ​}{​ 9 m i l j a r d ​}

1, 48 \cdot 10^{​ - 7 ​ ​}

1, 49 \cdot 10^{​ 11 ​ ​}

1, 49 \cdot 10^{​ - 7 ​ ​}

1, 48 \cdot 10^{​ 7 ​ ​}

Slide 8 - Quizvraag

Komma vijf plaatsen naar links (delen door 10⁵) dus exponent 5 waardes hoger (vermenigvuldigen met 10⁵)

0, 9^{​ 5 ​ ​} \cdot 2, 3^{​ 15 ​ ​} = 157445, 4402 \approx 1, 57 \cdot 10^{​ 5 ​ ​}

Slide 9 - Tekstslide

Schrijf het antwoord in de wetenschappelijk notatie. Rond zonodig af op twee decimalen.

Geef het antwoord van onderstaand quotiënt in de wetenschappelijke notatie. Rond zonodig af op twee decimalen.

\frac{​ 1 3 3 7 ​ ​}{​ 9 m i l j a r d ​}

1, 48 \cdot 10^{​ - 7 ​ ​}

1, 49 \cdot 10^{​ 11 ​ ​}

1, 49 \cdot 10^{​ - 7 ​ ​}

1, 48 \cdot 10^{​ 7 ​ ​}

Slide 10 - Quizvraag

\frac{​ 1 3 3 7 ​ ​}{​ 9 m i l j a r d ​} = 1, 48555 . . . \cdot 10^{​ - 7 ​ ​} \approx 1, 49 \cdot 10^{​ - 7 ​ ​}

Slide 11 - Tekstslide

Omrekenen van lengte-, oppervlakte- en inhoudsmaten

Slide 12 - Tekstslide

18 hm = ............ m

Slide 13 - Open vraag

van hm naar m is 2 stappen naar rechts dus vermenigvuldigen met 10²

18 \cdot 10^{​ 2 ​ ​} = 1800

Omrekenen van lengtemaat dus factor is 10

Antwoord: 1800 m

18 hm = ............ m

Slide 14 - Tekstslide

mm = ............ km

5, 6 \cdot 10^{​ 7 ​ ​}

Slide 15 - Open vraag

van mm naar km is 6 stappen naar links dus delen door 10⁶

\frac{​ 5 , 6 \cdot 1 0 ^{​ 7 ​ ​} ​ ​}{​ 1 0 ^{​ 6 ​ ​} ​} = 56

Omrekenen van lengtemaat dus factor is 10

Antwoord: 56 km

5, 6 \cdot 10^{​ 7 ​ ​}

mm = ............ km

Slide 16 - Tekstslide

cm² = ............ ha

9, 7 \cdot 10^{​ 10 ​ ​}

Slide 17 - Open vraag

van cm² naar ha (hm²) is 4 stappen naar links dus delen door 100⁴

\frac{​ 9 , 7 \cdot 1 0 ^{​ 10 ​ ​} ​ ​}{​ 1 0 0 ^{​ 4 ​ ​} ​} = 970

Omrekenen van oppervlaktemaat dus factor is 100

Antwoord: 970 ha

9, 7 \cdot 10^{​ 10 ​ ​}

cm² = ............ ha

Slide 18 - Tekstslide

km³ = ............ m³

8, 4 \cdot 10^{​ - 7 ​ ​}

Slide 19 - Open vraag

van km³ naar m³ is 3 stappen naar rechts dus vermenigvuldigen met 1000³

8, 4 \cdot 10^{​ - 7 ​ ​} \cdot 1000^{​ 3 ​ ​} = 840

Omrekenen van inhoudsmaat dus factor is 1000

Antwoord: 840 m³

8, 4 \cdot 10^{​ - 7 ​ ​}

km³ = ............ m³

Slide 20 - Tekstslide

8970 L = ............ m³

Slide 21 - Open vraag

van dm³ naar m³ is 1 stap naar links dus delen door 1000

Omrekenen van inhoudsmaat dus factor is 1000

1 L = 1 dm³

Antwoord: 8,970 m³

\frac{​ 8 9 7 0 ​ ​}{​ 1 0 0 0 ​} = 8, 970

8970 L = ............ m³

Slide 22 - Tekstslide

mm³ = ............ dL

8, 4 \cdot 10^{​ 5 ​ ​}

Slide 23 - Open vraag

van mm³ naar dm³ is 2 stappen naar links dus delen door 1000²

Eerst omrekenen naar liters (dm³)

Inhoudsmaat dus factor is 1000

\frac{​ 8 , 4 \cdot 1 0 ^{​ 5 ​ ​} ​ ​}{​ 1 0 0 0 ^{​ 2 ​ ​} ​} = 0, 84

8, 4 \cdot 10^{​ 5 ​ ​}

mm³ = ............ dL

1 L = 10 dL

dm³

0,84 L = 0,84 ^. 10 = 8,4 dL

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Open vraag

EINDE

Slide 26 - Tekstslide

Lengte-, oppervlakte- en inhoudsmaten en wetenschappelijke notatie

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Quizvraag

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Open vraag

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Open vraag

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Open vraag

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Open vraag

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Open vraag

Slide 26 - Tekstslide

Meer lessen zoals deze

Les 3 - §2.3 Significantie

Les 4 - H2.3 Significantie

Les 4 - H2.4 Rekenen met eenheden

Les 4 - H2.3 Significantie

4TL- Rekenen H5 Start les

Rekenregels HAVO 4

§1.1 Dichtheid

§1.1 Dichtheid