WOII - Les 5 - Begrippen oefenen

WOII - Les 5 - Begrippen oefenen
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, k, tLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

WOII - Les 5 - Begrippen oefenen

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
- Aan het einde van deze les heb je alle begrippen herhaald d.m.v. opdrachten die worden getoetst in het SO

Slide 2 - Tekstslide

Begrippen voor Het SO
Antisemitisme, Ariërs, Asmogendheden, Capitulatie, Collaboratie, Concentratiekamp, D-Day, Democratie, Economische crisis, Geallieerden, Holocaust, Inflatie, Kristallnacht, Massamedia, Nationaalsocialist, Nazi’s, NSB, NSDAP, Propaganda, Verdrag van Versailles, Verzet, Verenigde Naties

Slide 3 - Tekstslide

Wat wilde Hitler eerst worden?
A
President
B
Beeldhouwer
C
schilder
D
Minister

Slide 4 - Quizvraag

In de gevangenis heeft Hitler.....
A
Leren lezen en schrijven
B
Een boek geschreven
C
Toespraken leren geven

Slide 5 - Quizvraag

De NSDAP staat voor...
A
Democratische Bond
B
Nationaal-Socialisten Duitsland Partij
C
Nationaal Socialistische Duitse Arbeiders Partij
D
Alle antwoorden zijn ONJUIST

Slide 6 - Quizvraag

Welke ideologie had Hitler?
A
Socialisme
B
Nationaalsocialisme
C
Fascisme
D
Nationaalfascisme

Slide 7 - Quizvraag

Wat maakte Hitler zo populair?
A
Hij was knap
B
Hij beloofde geld en banen
C
Hij bedreigde iedereen
D
Geluk

Slide 8 - Quizvraag

Welk begrip past bij de afbeelding?
A
democratie
B
Ariërs
C
propaganda
D
nazi

Slide 9 - Quizvraag

Waarom werd propaganda gebruikt?
A
Om mensen te helpen met goede informatie
B
Om ideeën en invloeden te verspreiden
C
Om alleen valse informatie te geven
D
Om een ander land zwart te maken

Slide 10 - Quizvraag

Hitler is nu dictator. Wat betekent dat?
A
Hij bepaalt alles
B
Hij bepaalt alleen wat er in de kranten staat
C
Hij bepaalt samen met mensen wat er gaat gebeuren in Duitsland

Slide 11 - Quizvraag

1919
1923
1924
1929
1933
1939
Duitsland kreeg schuld WOI
Hitler naar de gevangenis.
Hitler uit de gevangenis.
Hitler komt aan de macht.
Economische crisis
Begin Tweede Wereldoorlog.

Slide 12 - Sleepvraag

Hitler
Hirohito
Mussolini
Duitsland
Italië
Japan

Slide 13 - Sleepvraag

Tijdvakken
Tijdvak 1
Tijdvak 2
Tijdvak 3
Tijdvak 4
Tijdvak 5
Tijdvak 6
Tijdvak 7
Tijdvak 8
Tijdvak 9
Tijdvak 10

Slide 14 - Sleepvraag

met welke gebeurtenis eindigde de Eerste Wereldoorlog?
A
Slag om Ieper
B
Slag om Verdun
C
Vrede van Münster
D
De vrede van Versailles

Slide 15 - Quizvraag

Wat betekent inflatie?
A
Geld wordt minder waard
B
Schulden nemen toe
C
Geld wordt meer waard
D
Alles wordt goedkoper

Slide 16 - Quizvraag

Oorzaken economische crisis
Gevolgen economische crisis
Massale werkeloosheid
Beurskrach, ineenstorting van de beurs in de VS
Banken gaan failliet
Demonstraties nemen toe
Handel met Nederland komt stil te liggen
De Amerikaanse overheid bemoeide zich niet met de economie

Slide 17 - Sleepvraag

Zet in de juiste volgorde.
Zet wat eerst gebeurde bovenaan.
economische crisis
de Eerste Wereldoorlog
Duitsland werd
een dictatuur
de Tweede Wereldoorlog

Slide 18 - Sleepvraag

Wanneer was het bombardement op Rotterdam?
A
10 mei 1940
B
14 mei 1940
C
14 april 1941
D
10 mei 1941

Slide 19 - Quizvraag

Leg uit wat collaboratie is.

Slide 20 - Open vraag

Noem 2 manieren waarop de Nederlanders actief verzet pleegden

Slide 21 - Open vraag

Waar praten de mensen over?
verzet
vervolging
luchtalarm
persoons-bewijs

Slide 22 - Sleepvraag

Verzet
Collaboratie
Illegale kranten verspreiden.
Joden naar een schuilplaats brengen.
Lid worden van de NSB.
Onderduikers verraden.
Persoonsbewijzen vervalsen

Slide 23 - Sleepvraag

Actief Verzet
Passief Verzet
Illegale kranten drukken
Joden een schuiladres aanbieden
Aanslagen plegen
Valse persoonsbewijzen leveren
Strikje dragen met rood wit blauw
Duitsers negeren en niet luisteren

Slide 24 - Sleepvraag

Wie was de leider van de NSB?
A
Anton Mussert
B
Adolf Hitler
C
Hannie Schaft
D
Benitto Mussolini

Slide 25 - Quizvraag

welke keuze had jij gemaakt tijdens de oorlog en leg uit waarom?

Slide 26 - Open vraag

Slide 27 - Link