2.8 De vorming en afbraak van gebergten

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

Deze week

Vandaag

2.8 De vorming en afbraak van gebergten

• Uitleg
• Leerdoelen check

Woensdag

• Examenopdrachten
• Kahoot/LessonUp quiz

Nakijken

Nakijken:

Paragraaf 2.7 (pagina 45) opgave 3, 4 en 5

Hoofdvraag 2.7 (pagina 47)

Leerdoelen

• Je weet welke soorten gebergten er zijn en hoe ze ontstaan.

Druk

Geleidelijk

Diep

Rek

Aardbeving

Aan de oppervlakte

Rek of druk?

Aardbeving of geleidelijk?

Oppervlakkig of diep in de aardkorst?

Welke van de volgende processen zijn endogeen en welke zijn exogeen?

• Verwering
• Aardbevingen
• Sedimentatie
• Vulkanisme
• Breukvorming
• Plooiing van gesteente
• Opheffing
• Erosie

Endogene processen

• Aardbevingen
• Vulkanisme
• Breukvorming
• Plooiing van gesteente
• Opheffing

Energie uit de aardkern > Convectiestromen in de mantel > Platentektoniek > Gebergtevorming, vulkanisme, etc.

Druk bij convergerende plaatgrenzen > Gebergtevorming

Door de botsing tussen de Nazcaplaat en de Zuid-Amerikaanse plaat is het Andesgebergte gevormd.

Vorming van gebergten

1. Aanvoer van sediment
2. Vorming van sedimentgesteente
3. Plooiing van gesteentelagen
4. Subductie
5. Vulkanisme

De oceanische korst wordt steeds gerecycled terwijl de continentale korst blijft aangroeien. De oudste delen van de aardkorst, het schild, vind je meestal in de kern van het continent.

Opdracht

Leg in een oorzaak-gevolgrelatie uit hoe gesteenteafbraak (exogene processen) te maken heeft met gebergtevorming (endogene processen).

Exogene processen

• Verwering
• Sedimentatie
• Erosie

Instraling zon > processen in de atmosfeer > Hydrologische kringloop > Verwering, erosie, etc.

Opdracht

1. Leg uit (oorzaak-gevolg) hoe dankzij de hydrologische kringloop erosie op gang wordt gebracht.
2. Welke twee processen in de hydrologische kringloop worden direct beïnvloed door zonne-energie?

Jong gebergte

Spitse toppen

Smalle, diepe dalen

Oud gebergte
Afgeronde toppen
Brede, ondiepe dalen

Leerdoelen

• Je weet welke soorten gebergten er zijn en hoe ze ontstaan.

Aan de slag

Maak hoofdvraag paragraaf 2.8 (pagina 54).

Klaar? Ga door met de samenvatting a, b + c (pagina 57).