W24 1H & 1HM hst 6.2

6.2 Zelfstandige Burgers
In deze les gaan we kijken naar het leven in de Middeleeuwse stad.
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

6.2 Zelfstandige Burgers
In deze les gaan we kijken naar het leven in de Middeleeuwse stad.

Slide 1 - Tekstslide

Hoe ontstonden de steden in de Middeleeuwen? (Zie de vorige les)

Slide 2 - Open vraag

Sleep alles naar de juiste plek
Huizen waren vaak van hout. Dit zorgde voor brandgevaar.
Een rijke handelaar.
Man van adel.
Armen worden geholpen.
Meneer die vertelt hoe je moet leven.
Dieren lopen gewoon over straat.
De kerk

Slide 3 - Sleepvraag

Lesdoelen
-Je kan uitleggen op welke manier Holland belangrijk werd. 
- Je kan uitleggen hoe steden stadsrechten kregen.
-Je kan uitleggen hoe burgers hun stad bestuurden.

Slide 4 - Tekstslide

Lesdoelen
-Je kan uitleggen op welke manier Holland belangrijk werd. 
-Je kan uitleggen hoe steden stadsrechten kregen.
-Je kan uitleggen hoe burgers hun stad bestuurden.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Holland wordt steeds machtiger.
  • Onder Floris V was Holland één van de machtigste gewesten geworden. 
  • De ridderzaal in Den Haag die Floris V liet bouwen zou een belangrijke rol gaan spelen in de geschiedenis.
De ridderzaal is tegenwoordig het politieke centrum van Nederland. Hier zitten de verschillende ministers en wordt elk jaar de troonrede gehouden door de Koning.

Slide 7 - Tekstslide

Door wie werd Floris V vermoord?
A
door boeren
B
door een andere graaf
C
door stedelingen
D
door lagere edellieden

Slide 8 - Quizvraag

Welke drie begrippen passen het beste bij Floris V?
A
bisschop - Sticht - Domkerk
B
hertog - Groningen - Valkenhof
C
edelman - Brabant - Loevestein
D
graaf - Holland Muiderslot

Slide 9 - Quizvraag

Welk gewest was het belangrijkst in de Middeleeuwen?
A
Holland
B
Utrecht
C
Friesland
D
Brabant

Slide 10 - Quizvraag

Lesdoelen
-Je kan uitleggen op welke manier Holland belangrijk werd. 
- Je kan uitleggen hoe steden stadsrechten kregen.
-Je kan uitleggen hoe burgers hun stad bestuurden.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Stadsrechten

Stadsrechten werden gekocht van de heer
Stad met stadsrechten mocht: 

  • Zelf de stad besturen
  • Eigen wetten maken
  • Stadsmuur bouwen
  • Eigen leger hebben
  • Rechtspraak zelf doen
  • Eigen munten slaan


En in ruil daarvoor betaalden de burgers belasting.
Stadsrechten Coevorden

Slide 13 - Tekstslide

Minder macht voor de Adel
Doordat steden steeds meer zelf mochten beslissen kreeg de lage Adel steeds minder macht.

Slide 14 - Tekstslide

Moest een stad betalen voor stadsrechten?
A
Ja
B
Nee

Slide 15 - Quizvraag

Noem een voorbeeld van een stadsrecht.

Slide 16 - Open vraag

Lesdoelen
-Je kan uitleggen op welke manier Holland belangrijk werd. 
- Je kan uitleggen hoe steden stadsrechten kregen
-Je kan uitleggen hoe burgers hun stad bestuurden.

Slide 17 - Tekstslide

"Stadslucht maakt vrij"
  • Als mensen vanuit het platteland naar de stad waren gevlucht waren ze na een jaar en een dag een vrije burger. 
  • Alle vrije burgers samen noem je de burgerij. 

Slide 18 - Tekstslide

Schepenen en Burgemeesters
  • De schepenen of burgemeesters waren de bestuurders van de stad. Zij werden gekozen uit de rijke burgers.
  • De Schepenen/burgemeesters bepaalde welke wetten werden aangenomen in de stad.
  • De Heer van het gebied had vaak een vertegenwoordiger: de schout of baljuw. Hij was eigenlijk de chef van de politie.


Slide 19 - Tekstslide

Middeleeuwse straffen
Mensen die zich niet aan de wet hielden konden op verschillende manieren gestraft worden. Hieronder zie je een lijstje met bovenaan de minst ware straf en onderaan de zwaarste.
- boete betalen
-aan de schandpaal
-verbanning
-doodstaf

Slide 20 - Tekstslide


Wie zaten er in het bestuur van een middeleeuwse stad?
A
Winkeliers
B
Gewone arbeiders
C
Rijke mannen
D
Leerlingen

Slide 21 - Quizvraag

Wat heb je geleerd deze les?

Slide 22 - Woordweb

Schrijf hieronder één toetsvraag met antwoord op over deze les.

Slide 23 - Open vraag