4.2 Spanningsbronnen

4.1 Een stroomkring maken
Een gesloten stroomkring
H4 Elektriciteit
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
ExactMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

4.1 Een stroomkring maken
Een gesloten stroomkring
H4 Elektriciteit

Slide 1 - Tekstslide

4.1 Een stroomkring maken
Een gesloten stroomkring
4.1 Een stroomkring maken
Deze les
  • terugblik 4.1 Een stroomkring maken
  • 4.2 Spanningsbronnen
  • maken 4.2 

Slide 2 - Tekstslide

4.1 Een stroomkring maken
Een gesloten stroomkring
4.1 Een stroomkring maken
START TERUGBLIK
4.1 Een stroomkring maken

Slide 3 - Tekstslide

Welke combinatie bevat een geleider?
A
hout-plastic-steen
B
zand-glas-kunststof
C
glas-koolstof-rubber
D
lucht-hout-plastic

Slide 4 - Quizvraag

Geef een andere naam voor een stroommeter.
A
voltmeter
B
thermometer
C
spanningsmeter
D
ampèremeter

Slide 5 - Quizvraag

Welke eenheid hoort er bij stroomsterkte?
A
ampère
B
volt
C
ohm
D
watt

Slide 6 - Quizvraag


Hoeveel geeft de amperemeter aan?
A
3 A
B
0,3 A
C
0,03 A

Slide 7 - Quizvraag

Welke stof is geen metaal, maar geleidt de stroom wel?
A
goud
B
koper
C
zink
D
koolstof

Slide 8 - Quizvraag

Welke combinatie van grootheid en eenheid horen bij elkaar?
A
spanning en ampère
B
stroomsterkte en ampere
C
spanning en stroomsterkte
D
volt en ampère

Slide 9 - Quizvraag

Welke stof is geen geleider?
A
ijzer
B
koolstof
C
kunststof
D
zink

Slide 10 - Quizvraag

Wat is het symbool voor stroomsterkte?
A
U
B
P
C
I
D
R

Slide 11 - Quizvraag

Frits wil een spanning meten van ongeveer 4,3 A.
Op welke plaats moet de "+ draad" en "- draad" staan?
Sleep ze naar de goede plaats.
- draad
+ draad

Slide 12 - Sleepvraag

Sleep de materialen naar het juiste vak
zilver
plastic
water
hout
koper
rubber
Isolatoren
Geleiders

Slide 13 - Sleepvraag

Reken om:

98 mA = ??? A
A
0,0098 A
B
0,098 A
C
0,98 A
D
9,8 A

Slide 14 - Quizvraag

Wat is de functie van een LED?
A
laat stroom in een richting door
B
laat stroom niet door
C
laat stroom door in twee richtingen door
D
laat stroom in drie richtingen door

Slide 15 - Quizvraag

4.1 Een stroomkring maken
Een gesloten stroomkring
4.1 Een stroomkring maken
EINDE TERUGBLIK
4.1 Een stroomkring maken

Slide 16 - Tekstslide

4.1 Een stroomkring maken
Een gesloten stroomkring
4.2 Spanningsbronnen
START
4.2 Spanningsbronnen

Slide 17 - Tekstslide

4.1 Een stroomkring maken
Een gesloten stroomkring
4.2 Spanningsbronnen
Leerdoelen
Ik kan uitleggen wat spanning is, beschrijven hoe je spanning meet en een aantal spanningsbronnen benoemen.

Ik kan de spanning berekenen als je batterijen in serie schakelt.

Slide 18 - Tekstslide

Spanningsbronnen

4.2 Spanningsbronnen
Om een stroomkring te maken heb je een spanninsgbron nodig.
  • De spanning meet je met een voltmeter of spanningsmeter.
  • De spanning (grootheid U) meet je in volt (eenheid V).
  • Voorbeeld: U = 1,5 V
  • Stopcontact: U = 230 V (netspanning)

Slide 19 - Tekstslide

Spanningsbronnen
Er zijn drie groepen spanningsbronnen:
  1. chemische: batterijen en accu's

4.2 Spanningsbronnen

Slide 20 - Tekstslide

Spanningsbronnen
Er zijn drie groepen spanningsbronnen:
  1. chemische: batterijen en accu's
  2. beweging: dynamo's en generatoren

4.2 Spanningsbronnen

Slide 21 - Tekstslide

Spanningsbronnen
Er zijn drie groepen spanningsbronnen:
  1. chemische: batterijen en accu's
  2. beweging: dynamo's en generatoren
  3. licht: zonnecellen / zonnepanelen

4.2 Spanningsbronnen

Slide 22 - Tekstslide

4.2 Spanningsbronnen

Slide 23 - Tekstslide

4.2 Spanningsbronnen
Chemische spanningsbron

Slide 24 - Tekstslide

4.2 Spanningsbronnen
Batterijen in serie (schakelen)
Voor de afstandsbediening heb je bijvoorbeeld twee staafbatterijen van 1,5 V nodig. Je moet die batterijen in serie schakelen. Dat wil zeggen dat je de pluspool van de ene batterij verbindt met de minpool van de andere batterij. 

Slide 25 - Tekstslide

4.2 Spanningsbronnen
batterijen in serie (schakelen)
Voor de afstandsbediening heb je bijvoorbeeld twee staafbatterijen van 1,5 V nodig. Je moet die batterijen in serie schakelen. Dat wil zeggen dat je de pluspool van de ene batterij verbindt met de minpool van de andere batterij. 
  • Ze geven dan samen een spanning van 3,0 V.

Slide 26 - Tekstslide

4.1 Een stroomkring maken
Een gesloten stroomkring
4.2 Spanningsbronnen
maken
  • maken 4.2 

Slide 27 - Tekstslide