In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
6. Meters & Huisinstallatie
Slide 1 - Tekstslide
Vorige week
Hoe heet dit?
Wat waren de regels voor het tekenen?
Slide 2 - Tekstslide
Planning
- Volgende les: Oefen-practicum
- Direct na de vakantie: Practicum voor cijfer deel 1
- 2/3 weken na de vakantie: Practicum voor cijfer deel 2
In groepjes van 2 of 3
Samen tellen de cijfers 2x mee
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Spanning- herhaling
Spanning: Hoe graag de elektronen door een schakeling willen. (zegt ook wat over de hoeveelheid energie die de elektronen meekrijgen van de spanningsbron
Slide 5 - Tekstslide
Voltmeter
Slide 6 - Tekstslide
Stroomsterkte
Slide 7 - Tekstslide
Stroomsterkte omrekenen
Slide 8 - Tekstslide
Uitwerking opdracht
Slide 9 - Tekstslide
Ampèremeter
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Opdracht
Slide 12 - Tekstslide
Uitwerking opdracht
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Meters aflezen
Meters gebruiken (moet je kunnen bij practicum)
stap 1: Sluit één snoertje aan bij de zwarte aansluiting
stap 2: Sluit het tweede snoertje aan bij de grootste uitgang (rechter)
stap 3: kijk naar de wijzer
stap 4a: Wijzer de verkeerde kant op? Snoertjes omwisselen
stap 4b: Wijzer beweegt maar een heel klein beetje? Kies een rode aansluiting die kleiner is.
stap 5: Lees de meter af door naar de juiste cijfers te kijken.
Slide 16 - Tekstslide
Meter aflezen
Het getal dat op de gebruikte rode aansluiting staat is het laatste getal van de wijzerplaat die je moet gebruiken.
In dit voorbeeld
- Dit is een voltmeter (spanningsmeter) (V)
- Je gebruikt de rode 2V aansluiting
- Je kijkt dus naar de bovenste wijzerplaat (bovenste rij getallen)
- De wijzer staat dan op de 0,5
Dus deze meter geeft aan:
spanning = 0,5 V
Slide 17 - Tekstslide
Meter aflezen
Slide 18 - Tekstslide
Wat zijn de waarden op deze meters?
3,7 A
20 mA = 0,02 A
17,5 V
Slide 19 - Tekstslide
Samenvattend - Meters
Slide 20 - Tekstslide
Meter aflezen
Het getal dat op de gebruikte rode aansluiting staat is het laatste getal van de wijzerplaat die je moet gebruiken.
In dit voorbeeld
- Dit is een voltmeter (spanningsmeter) (V)
- Je gebruikt de rode 2V aansluiting
- Je kijkt dus naar de bovenste wijzerplaat (bovenste rij getallen)
- De wijzer staat dan op de 0,5
Dus deze meter geeft aan:
spanning = 0,5 V
Slide 21 - Tekstslide
Voordat je begint- NAKIJKEN!
Kijk je antwoorden van de vorige LessonUps na.
Dit gaat om les 4&5 de antwoorden zijn nu verschenen op dia's achter de opgaven
Slide 22 - Tekstslide
Verwerkingsvragen
Dit is Huiswerk
In SOM vind je wanneer je dit precies moet af hebben
De groene vragen zijn optioneel
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Open vraag
Wat is de waarde die deze meter aangeeft?
A
spanning = 10 V
B
spanning = 20 V
C
spanning = 1 V
D
spanning = 2 V
Slide 25 - Quizvraag
Wat is de waarde die deze meter aangeeft? (Inclusief eenheid)
Slide 26 - Open vraag
Wat is de waarde die deze meter aangeeft? (Inclusief eenheid)
Slide 27 - Open vraag
kies uit: serie/parallel
Hoe moet je een ampèremeter aansluiten?
A
serie
B
parallel
Slide 28 - Quizvraag
In huis kun je alle apparaten apart in- en uitschakelen; ze zijn dus ... geschakeld
A
in serie
B
parallel
Slide 29 - Quizvraag
Bekijk de afbeelding hiernaast.
Staat de ampèremeter correct aangesloten? Zo ja, wat meet hij dan?
A
Ja, het meet de totale stroomsterkte
B
Ja, de stroomsterkte van het bovenste lampje wordt gemeten
C
Ja, de stroomsterkte van het onderste lampje wordt gemeten
D
Nee, hij staat verkeerd aangesloten
Slide 30 - Quizvraag
Bekijk de afbeelding hiernaast. Staat de voltmeter correct aangesloten? Geef ook de juiste reden waarom.
A
Ja, zo meet je spanning.
B
Nee, de voltmeter en het lampje moeten worden omgedraaid