Maatschappijkunde: Werk H5 Kansen op de arbeidsmarkt

• Maatschappijkunde
• Middelbare school
• vmbo t, mavo
• Leerjaar 3,4

MAATSCHAPPIJKUNDE

Maatschappijkunde

Lesdoelen H5

Aan het einde van de les weet je:

wat de verschillende manieren zijn om aan werk te komen

welke groepen in de samenleving een zwakke positie op de arbeidsmarkt hebben

Wat gaan we doen?

- Terugblik SO en 5.1

- Bespreken 5.2

Opdracht 11 blz. 50

Leg de cartoon uit: wat bedoelt de tekenaar?

Wat vind jij: ligt de wereld voor iedereen open?

Opdracht 11 blz. 50

a. De cartoon laat zien dat vrouwen op de arbeidsmarkt minder keuzes en kansen hebben dan mannen.

 

b. Voorbeelden van antwoorden:

• Ja, er zijn nu meer kansen. Dat komt doordat mensen steeds beter opgeleid zijn.
  
• Ja, door de EU is het nu makkelijker geworden om een baan in het buitenland te zoeken.
  
• Nee, niet voor iedereen zijn er veel kansen. Vrouwen, gehandicapten, laaggeschoolden en allochtonen hebben nog steeds gemiddeld minder kansen
  

Opdracht 12 blz. 51

Opdracht 12 blz. 51

Een jongen die net de opleiding tot verpleegkundige heeft afgerond, wordt steeds afgewezen bij zijn sollicitaties.	allebei (3)	UWV: gericht naar werk zoeken, sollicitatietraining volgen. Uitzendbureau: tijdelijke baan aanbieden tijdens het solliciteren naar een vaste baan.
Een schoolverlater heeft zijn opleiding niet afgemaakt, maar wil toch graag werkervaring opdoen in een sportwinkel.	allebei (3)	UWV: bijscholing, gericht werk zoeken. Uitzendbureau: werkervaring opdoen als opstap naar een vaste baan.
Een werkgever wordt geconfronteerd met een spoedorder, waarvoor hij onvoldoende personeel heeft.	uitzend-bureau (2)	Snel leveren van personeel.
Een vmbo-leerling weet nog niet precies in welke sector hij wil gaan werken.	allebei (3)	UWV: informatie over beroepen en opleidingen. Uitzendbureau: werkervaring opdoen in verschillende sectoren.

5.2 Kansen op de arbeidsmarkt

Op welke vier manieren kun je aan werk komen?

5.2 Kansen op de arbeidsmarkt

In onze maatschappij zijn er een aantal groepen die moeite hebben met het vinden van werk:

- laaggeschoolden

- vrouwen

- gehandicapten

- mensen met een migratie-achtergrond

Deze groepen hebben een zwakke positie op de arbeidsmarkt.

In de volgende slides worden deze groepen toegelicht. En bij elke groep zit een filmpje om te kijken.

Laaggeschoolden

Veel werkzaamheden die vroeger door laaggeschoolden werden gedaan zijn overgenomen door machines en computers.

Daarnaast wordt veel werk voor laaggeschoolden tegenwoordig door Polen, Roemenen en Bulgaren gedaan.

Vrouwen

Vrouwen komen moeilijker aan een baan dan mannen, omdat ...

... werkgevers bang zijn dat (jonge) vrouwen zwanger worden en met zwangerschapsverlof gaan.

...Vrouwen veel vaak in deeltijd werken omdat ze jonge kinderen hebben, maar er zijn minder deeltijdbanen dan voltijdbanen.

... vrouwen komen ook minder vaak in aanmerking voor leidinggevende banen.

Gehandicapten

Gehandicapten hebben beperkingen en kunnen vaak alleen bepaald werk doen als er aanpassingen zijn/komen. Werkgevers willen niet altijd werkplekken aanpassen. Of werkgevers denken dat gehandicapten zich vaker zullen ziek melden.

Mensen met een migratie-achtergrond

Mensen met een migratie-achtergrond komen moeilijk aan een baan omdat:

- Ze veel te maken hebben met discriminatie op de arbeidsmarkt (zie filmpje).

- Ze vaker een lager opleidingsniveau hebben. En mensen met een laag opleidingsniveau komen moeilijk aan een baan (zie voorgaande slide).

Het opleidingsniveau van jongeren met een migratie-achtergrond wordt steeds hoger (vooral bij meisjes) waardoor ze meer kansen op de arbeidsmarkt krijgen.

Wat doet de overheid?

De overheid probeert de zwakke positie van de groepen te verbeteren door:

- Op grond van de Wet Gelijke Behandeling geen onderscheid te maken tussen mannen en vrouwen, bijvoorbeeld in loon. Helaas verdienen nog steeds veel vrouwen minder dan mannen terwijl ze hetzelfde werk doen...

- Doordat de overheid een deel van de opvangkosten voor kinderen betaalt, kunnen vrouwen werken.

- Kinderen met taalachterstand krijgen extra taalonderwijs.

- Controle op discriminatie bij bijvoorbeeld uitzendbureaus (zie filmpje)

wat doet de overheid (vervolg)

- Er is een startkwalificatie ingesteld: jongeren moeten naar school totdat ze minimaal mbo-2 niveau hebben. ( Om minder laagopgeleiden te krijgen)

- Er moeten in bedrijven en door de overheid zelf meer gehandicapten worden aangenomen. Hierover zijn afspraken gemaakt tussen overheid en vakbonden.

- Positieve actie: in vacatures van de overheid wordt specifiek gevraagd naar vrouwen of mensen met een migratie-achtergrond.

Aan de slag met de opdrachten

blz 49:  opdracht 5, 14, 16 plus samenvatting 

Denk ook aan de opdrachten van paragraaf 5.1 -> vrijdag af

Hoeveel % van de vrouwen heeft wel eens discriminatie op de arbeidsmarkt ervaren?

1. 44%
2. 74%
3. 64%
4. 94%

Discriminatie?

1. Ja
2. Nee