3.6 Wetten, regels en hulp

• Verzorging
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

	Vak: Wiskunde Hoofdstuk: 3.6 Wetten, regels en hulp
1.	Lesopening
2.	Lesdoel + Leergebiedoverstijgende doelen
3.	Mini-check + Arrangementen
4.	Instructie
5.	Begeleid inoefenen
6.	Zelfstandig werken
7.	Evaluatie

1. Lesopening

Pak je boek van verzorging en open deze op blz. 59.

Huiswerk controle. 

2. Lesdoel

Aan het einde van de les :

- kun je enkele wetten en regels noemen met betrekking tot alcohol, tabak en drugs. 

- kun je ook maatregelen van de overheid noemen om het gebruik hiervan tegen te gaan.

-  kun je aangeven bij welke organisaties je terecht kunt voor informatie over genotmiddelen of voor hulp bij problemen met genotmiddelen.

Leergebied overstijgende doelen:

Denkvermogen:

- Weeg oplossingen tegen elkaar af en kies beargumenteerd een oplossing

Samenwerkend leren:

- kan het groepsbelang voor het eigen belang stellen

- Vervult verschillende rollen

Mini-check + Arrangementen 

Indien je verdiept scoort mag je zelfstandig aan het werk.

De rest doet mee met de mini-check

Waarom moet je niet deelnemen aan het verkeer als je alcohol op hebt?

1. je ziet minder goed en je reageert trager
2. je ziet beter en je reageert trager
3. je ziet minder goed en je praat beter
4. je ziet beter en je reageert sneller

Wat is waar?

1. Drugs zijn altijd illegaal
2. Je kunt drugs overal kopen als je 18 jaar bent
3. In Nederland mag je alle drugs op zak hebben.
4. drugs hebben invloed op de werking van je hersenen.

In welke wet staat dat drugs verboden zijn?

1. Opiumwet
2. Anti-drugswet
3. Wietwet
4. Wet op de restrictie van het gebruik van verdovende middelen (WRVM).

Wie maakt wat

Had je alle 3 de vragen goed, dan ga je zelfstandig aan de slag. Je maakt opdracht 38 t/m 42 op blz 56 t/m 58.

De rest doet mee met de instructie. 

De overheid heeft wetten

• drank en horecawet: jongeren onder de 18 jaar mogen geen alcohol kopen of bij zich hebbben
• wegenverkeerswet: de overheid controleert of mensen niet met teveel alcohol deelnemen aan het verkeer
• mediawet: reclame voor roken en alcohol is verboden in de media

• bij een alcoholcontrole wordt het alcoholgehalte in uitgeademde lucht gemeten
• daarmee kun je het alcoholpercentage in het bloed uitrekenen ( promille)
• het moet onder de 0,5 promille blijven ( 2 glazen)
• beginnende bestuurders 0,2

Tunneleffect

Als je gedronken hebt kun je minder scherp zien en soms voelt het alsof je in een tunnel rijdt.

Tabakswet

Tabakswet

• niet roken in openbare gebouwen 
• niet roken op de werkplek
• niet roken in de horeca
• reclame is verboden
• waarschuwingen op pakjes sigaretten
• geen verkoop aan jongeren  onder de 18 jaar

Drugs en de wet

• alcohol, koffie en tabak hebben dezelfde werking als drugs
• alcohol en tabak zijn "maatschappelijk geaccepteerd"
• Drugs staan in de Opiumwet ingedeeld in softdrugs en harddrugs
• in Nederland is er een 'gedoogbeleid": er worden uitzonderingen op de wet gemaakt

opiumwet

harddrugs --> lijst I

softdrugs --> lijst II

gedoogbeleid

geaccepteerd

medicijn

Onderzoek naar drugs-,alcohol-en tabakverslaving. Behandelmethodes en voorlichting

informatie, filmpjes,testjes en antwoorden op vragen

Kindertelefoon voor iedereen

Advies en ondersteuning bij opvoeding

De luisterlijn

zelfhulpgroepen voor verslaafden ( Anonieme Alcoholisten)

Helpt mensen om van hun verslaving af te komen

5. Begeleid inoefenen

Had je 0 vragen goed, dan maak je samen met mij opdracht 38 en 39

6. Zelfstandig werken

Je maakt nu zelfstandig opdracht 28 t/m 31 op blz. 50/51.

Ben je klaar?

Dan kijk je de opdrachten na.

Lees je samenvatting van deze en de vorige paragrafen door. 

7. Evaluatie 

Hoe ging de les?

Zijn er opdrachten waar je moeite mee had?

Heb je nog ergens vragen over? 

- kun je enkele wetten en regels noemen met betrekking tot alcohol, tabak en drugs?

- kun je ook maatregelen van de overheid noemen om het gebruik hiervan tegen te gaan?

- kun je aangeven bij welke organisaties je terecht kunt voor informatie over genotmiddelen of voor hulp bij problemen met genotmiddelen?

Huiswerk

Huiswerk:

Maandag 21 februari

3.6 opdracht 38 t/m 42 

Maandag 21 februari

Toets hoofdstuk 3