Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
12.3 Soorten veranderen (deel 1)
12.3 Soorten veranderen
Deel 1
1 / 41
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
In deze les zitten
41 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
3 videos
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
12.3 Soorten veranderen
Deel 1
Slide 1 - Tekstslide
12.3 Soorten veranderen
Evolutie (theorie)
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
Cyanobacterien ofwel blauwalg
Slide 4 - Tekstslide
De geschiedenis van het leven op aarde
Slide 5 - Tekstslide
Darwin
Geboren: 12 februari 1809.
Overleden: 19 april 1882
Darwin heeft de evolutietheorie opgetsteld.
De reis van de Beag
le
duurde uiteindelijk bijna vijf jaar, van 1831-1836
Slide 6 - Tekstslide
Darwin stelde vast dat:
Er veel variatie binnen elke soort voorkomt
Verschillende soorten veel nakomelingen hebben
Niet alle nakomelingen zich voortplanten
Darwin stelde vast dat:
Er veel variatie binnen elke soort voorkomt
Verschillende soorten veel nakomelingen hebben
Niet alle nakomelingen zich voortplanten
Evolutie:
Het ontstaan, veranderen en uitsterven van soorten.
Slide 7 - Tekstslide
Ontstaan nieuwe soort:
(Erfelijke) variatie:
verschillende vormen van eigenschappen
Natuurlijke selectie:
sommige zijn beter aangepast
Isolatie:
geen contact met andere vormen
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Vul de tekst aan.
geloven dat de
afstammen van andere
Zo'n langzame
noemen we
................................
..........................
....................
..................
................
ontwikkeling
diersoorten
evolutie
biologen
mensen
Slide 10 - Sleepvraag
lichaamscel-celkern-chromosomen-DNA
Slide 11 - Tekstslide
Mutaties
Een mutatie
= een verandering van het DNA, hierdoor ontstaat variatie
Mutatie in een lichaamscel is niet zichtbaar
Mutatie in een bevruchte eicel is meestal wel zichtbaar
Mutant:
mutatie is zichtbaar
Is een mutatie nuttig => mutatie blijft
Is een mutatie niet nuttig => dier heeft een kleinere kans om te overleven dus kan de mutatie niet doorgeven
Slide 12 - Tekstslide
erfelijke variatie
Slide 13 - Tekstslide
Natuurlijke selectie
Soorten die beter aangepast zijn aan de omgeving zullen een grotere overlevingskans hebben.
Kunnen zich meer voortplanten
Slide 14 - Tekstslide
Isolatie
Slide 15 - Tekstslide
Natuurlijke selectie is noodzakelijk voor evolutie
A
Waar
B
Niet waar
Slide 16 - Quizvraag
Mutaties zijn niet noodzakelijk voor evolutie
A
Waar
B
Niet waar
Slide 17 - Quizvraag
Waarvan spreken we als het gaat om het best aangepaste dier overleeft?
A
Isolatie
B
Natuurlijke selectie
C
Kunstmatige selectie
D
Mutaties
Slide 18 - Quizvraag
Algen zijn voorouders van de andere groepen planten
Slide 19 - Tekstslide
Hoe oud is de aarde ongeveer?
A
45000 jaar oud
B
450000 jaar oud
C
4,5 miljoen jaar oud
D
4,5 miljard jaar oud
Slide 20 - Quizvraag
Koppel de begrippen/teksten aan het juiste jaartal
4500 miljoen jaar geleden (mjg)
3500 mjg
2000 mjg
400 mjg
Leven ontstaat in het water
Ontstaan van de aarde
Ongewervelden ontstaan in het water
Bescherming tegen UV-straling
Zuurstof produceren
Varens
Mossen
Sponzen
Cyano- bacteriën
Slide 21 - Sleepvraag
Cyanobacteriën waren de eerste organismen op aarde. Waarom waren ze zo belangrijk voor het ontstaan van andere organismen?
A
Ze produceren zuurstof
B
Ze produceren zonlicht
C
Ze produceren koolstofdioxide
D
Ze produceren water
Slide 22 - Quizvraag
Door welke verandering werd het leven op het land mogelijk?
A
De temperatuur daalde, daardoor minder uv-straling op aarde
B
De ozonlaag ontstond, daardoor minder uv-straling op aarde
C
De temperatuur daalde, daardoor meer uv-straling op aarde
D
De ozonlaag ontstond, daardoor meer uv-straling op aarde
Slide 23 - Quizvraag
Gemeenschappelijke voorouder
Terug te vinden in een:
verwantschapsschema
Uitgestorven
Verwante organismen:
veel overeenkomsten
--> gemeenschappelijke voorouder "recent" uitgestorven
Slide 24 - Tekstslide
Gemeenschappelijke voorouder
Terug te vinden in een:
verwantschapsschema
Uitgestorven
Verwante organismen:
veel overeenkomsten
--> gemeenschappelijke voorouder "recent" uitgestorven
Slide 25 - Tekstslide
Waar bevind de gemeenschappelijke voorouder zich?
Apen en knaagdieren
Halfapen en tupaia
Knaagdieren en hazen
Slide 26 - Sleepvraag
Met welke soort vertoont soort 2 de meeste verwantschap?
A
1
B
3
C
4
D
7
Slide 27 - Quizvraag
Gewervelde dieren
Hebben een wervelkolom
Slide 28 - Tekstslide
Waarom heeft een walvis een heupbot?
Slide 29 - Tekstslide
De geschiedenis van de aarde
Slide 30 - Tekstslide
https:
Slide 31 - Link
Wat is de beste omschrijving van evolutie?
A
Evolutie is een geleidelijke ontwikkeling, waarbij steeds ingewikkelder gebouwde organismen ontstaan.
B
Evolutie is de ontwikkeling van het leven op aarde, waarbij soorten ontstaan, veranderen en/of verdwijnen.
C
Evolutie is het ontstaan van een nieuwe soort, doordat een andere soort uitsterft.
D
Evolutie is de ontwikkeling van het leven op aarde doordat organismen zich aanpassen aan hun milieu.
Slide 32 - Quizvraag
Hoe heette het principe dat volgens Darwin de drijvend kracht achter de evolutie is?
A
Natuurlijke extinctie
B
Natuurlijke selectie
C
Natuurlijke sequentie
D
Natuurlijke reproductie
Slide 33 - Quizvraag
Nieuwe soorten ontstaan door:
A
verwantschap-natuurlijke selectie en isolatie
B
erfelijke variatie-natuurlijke selectie en isolatie
C
erfelijke variatie-natuurlijke selectie
D
natuurlijke selectie en isolatie
Slide 34 - Quizvraag
Veredeling
Veredeling: door selectie en kruising ontstaan verschillende rassen met eigenschappen die gunstiger zijn.
Bijvoorbeeld wortels: zijn oranje door kweken
Slide 35 - Tekstslide
Koolrassen
Een fokker of kweker
selecteert
organismen met bepaalde eigenschappen. Deze
kruist
hij.
Uit de nakomelingen kiest hij weer de beste.
Dit proces heet
veredelen
of
kunstmatige selectie
.
Slide 36 - Tekstslide
Het oerrund
Slide 37 - Tekstslide
Genen en allelen
Een
gen
is een stukje van het DNA dat gaat over één eigenschap. Bijvoorbeeld oogkleur.
Een
allel
is een variant van het gen (de invulling van die eigenschap). Bijvoorbeeld dat de oogkleur blauw is.
Slide 38 - Tekstslide
Wat is het nut van een genenbank?
A
Om een ideaal soort te creëren.
B
Om op ieder moment de beschikking te hebben over alle soorten allelen.
C
Om te voorkomen dat allelen verdwijnen.
D
Om geld te verdienen door alle soorten allelen te kunnen verkopen.
Slide 39 - Quizvraag
Slide 40 - Video
Huiswerk
maak van bs 12.3 de opdrachten
Slide 41 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
7.1/7.2 deel 1
Mei 2023
- Les met
39 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
7.1/7.2 deel 1
Juni 2022
- Les met
24 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
D2BTh6 B4 Heel kort De evolutietheorie - lln
Maart 2021
- Les met
45 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 2
10.2 Soorten veranderen
Mei 2023
- Les met
42 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
D2BTh6 B4 Coronatijd De evolutietheorie - lln
April 2021
- Les met
15 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 2
H7 Evolutie
Juni 2022
- Les met
48 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 6
D2BTh6 B4 De evolutietheorie - lln
April 2019
- Les met
32 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 2
7.1/7.2 deel 2
Juni 2022
- Les met
39 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4