lidwoord en zelfstandig naamwoord

WELKOM BIJ NEDERLANDS
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1-3

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

WELKOM BIJ NEDERLANDS

Slide 1 - Tekstslide

DOEL

WE WETEN WAT EEN LIDWOORD EN ZELFSTANDIG NAAMWOORD IS


WE KUNNEN DEZE IN EEN TEKST HERKENNEN

Slide 2 - Tekstslide

Lidwoorden
We hebben in het Nederlands 3 lidwoorden:

de
het
een

Slide 3 - Tekstslide

Het zelfstandig naamwoord
  • Mensen
  • Dieren
  • Planten
  • Dingen
  • Namen
  • Aardrijkskundige namen

Slide 4 - Tekstslide

Het zelfstandig naamwoord
Voor een zelfstandig naamwoord kun je (bijna) altijd een lidwoord (de, het, een) zetten.

Voorbeelden:
de tafel, de auto, het meisje, een hond

Slide 5 - Tekstslide

Het zelfstandig naamwoord
Een zelfstandig naamwoord kun je (bijna) altijd in het meervoud zetten

Voorbeelden:
de tafels, de auto's, de meisjes, de honden

Slide 6 - Tekstslide

Het woord "een" noemen we een....
A
Lidwoord
B
Zelfstandig naamwoord
C
Bijvoeglijk naamwoord

Slide 7 - Quizvraag

welk woordsoort is 'zwemmen'?
A
werkwoord
B
zwemwoord
C
lidwoord
D
bijvoeglijk naamwoord

Slide 8 - Quizvraag

welk woordsoort is 'docent'
A
lidwoord
B
bijvoeglijk naamwoord
C
werkwoord
D
zelfstandig naamwoord

Slide 9 - Quizvraag

SLEEP DE WOORDSOORTEN NAAR DE GOEDE PLEK
De ouders van Bilal zijn erg aardige en behulpzame mensen.
zelfstandig naamwoord
bijvoeglijk naamwoord
werkwoord
lidwoord
ouders
de
aardige
mensen
Bilal
zijn
behulpzame

Slide 10 - Sleepvraag

Aan de slag
NN HF3 maken blz.110-111 opdracht 1,2,3
klaar? bespreken

voor de snelle werkers: werk verder opdracht 4, 5, 6,7,8

Slide 11 - Tekstslide

Tot de volgende keer!

Slide 12 - Tekstslide