Samenvatting H5 en H6

Voorbereiding voor de toets
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Voorbereiding voor de toets

Slide 1 - Tekstslide

Metingen aflezen

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Constante snelheid

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
Eenparig versneld
Versnellen

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen
Eenparig vertraagd
Vertragen

Slide 5 - Tekstslide

Een wielrenner rijdt een heuvel op. Hij stopt halverwege 10 minuten om water te drinken. Na 50 minuten komt boven aan en ziet hij op zijn GPS dat hij gemiddeld 15 km/h heeft gereden. Hoe groot is de afstand die hij heeft afgelegd?
Gemiddelde snelheid bereken

Slide 6 - Tekstslide

Vgem = gemiddelde snelheid (m/s)
s = afstand (m)
t = tijd (s)
Gemiddelde snelheid bereken
Vgem=ts

Slide 7 - Tekstslide

16 m/s = ... km/h                             45 km/h = ... m/s
25 m/s = ... km/h                            100 km/h = ... m/s
12 m/s = ... km/h                             9 km/h = ... m/s


Snelheid omrekenen

Slide 8 - Tekstslide

16 m/s = 57,6 km/h                        45 km/h = 12,5 m/s
25 m/s = 90 km/h                          100 km/h = 27,8 m/s
12 m/s = 43,2 km/h                        9 km/h = 2,5 m/s


Snelheid omrekenen

Slide 9 - Tekstslide

Snelheid omrekenen

Slide 10 - Tekstslide

Remweg

Slide 11 - Tekstslide

Wat is de remweg van een voertuig bij:
20 km/h   = ... m
60 km/h   = ... m
80 km/h   = ... m
100 km/h = ... m
Remweg

Slide 12 - Tekstslide

Wat is de remweg van een voertuig bij:
20 km/h   = 3 m
60 km/h   = 20 m
80 km/h   = 40 m
100 km/h = 60 m
Remweg

Slide 13 - Tekstslide

- Reactietijd 
       Gemiddeld 1 seconde
- Stopafstand 


Stopafstand

Slide 14 - Tekstslide

Meneer Buitenhuis rijdt met 100 km/h door
over de snelweg. Voor hem ziet hij 
een file. Zijn reactietijd is gemiddeld. 
Hoe groot is zijn stopafstand?
Stopafstand

Slide 15 - Tekstslide

Leg uit hoe het kan dat de regenboog verschillende kleuren heeft.

Slide 16 - Open vraag

Leerdoelen
Prisma
Spectraalkleuren 
Kleuren

Slide 17 - Tekstslide

Hoe kan het dat een mens voorwerpen in een bepaalde kleur zien?

Slide 18 - Open vraag

Leerdoelen
Als licht bij ons komt kunnen er twee dingen gebeuren.
- (diffuus) terugkaatsen
- absorberen  
Kleuren

Slide 19 - Tekstslide

Leg uit welke kleur je krijgt, als groen en rood licht met elkaar mengt.

Slide 20 - Open vraag

Leerdoelen
Verf of licht

Slide 21 - Tekstslide

Leerdoelen
Schaduwen

Slide 22 - Tekstslide

Leerdoelen
Randstralen gaan langs de uiterste punten 
van een voorwerp.
Schaduwen

Slide 23 - Tekstslide

Leerdoelen
Schaduwen

Slide 24 - Tekstslide

Leerdoelen
Kernschaduw 
Halfschaduw
Schaduwen

Slide 25 - Tekstslide

Leerdoelen
Spiegels

Slide 26 - Tekstslide

Leerdoelen
Spiegels

Slide 27 - Tekstslide

Leerdoelen
Spiegelbeeld

Slide 28 - Tekstslide

Leerdoelen
Beeldpunt
Virtueel beeld
Spiegelbeeld

Slide 29 - Tekstslide

Leerdoelen
Hoe hoger de temperatuur van een  voorwerp,
des te meer infrarode straling het uitzend.
Infrarode straling

Slide 30 - Tekstslide

Leerdoelen
Ultraviolet

Slide 31 - Tekstslide

Leerdoelen
Ultraviolet

Slide 32 - Tekstslide

Leerdoelen
In een normale situatie kan een persoon 15 minuten buiten lopen zonder te verbranden. Als hij zich heeft ingesmeerd met een zonnebrand van fractor 30. Hoelang kan hij dan buiten lopen zonder te verbranden? 
Ultraviolet

Slide 33 - Tekstslide

Leerdoelen
De factor zegt iets over hoe lang de zonnebrand je beschermd. 
Zonder zonnebrand 5 minuten zonder verbranden 
-> met factor 10 = 50 minuten
-> met factor 20 = 100 minuten
....
Ultraviolet

Slide 34 - Tekstslide

Leerdoelen
Succes

Slide 35 - Tekstslide