1.12ovchip
1 / 48
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Op welk station moet je overstappen?
Utrecht, van spoor 11 naar spoor 15
Utrecht op hetzelfde spoor
Je hoeft niet over te stappen.
Slide 18 - Poll
Hoeveel minuten heb je om over te stappen?
Slide 19 - Open vraag
Hoe laat kom je aan in Maastricht?
En op welk spoor?
En op welk spoor?
A
15.00 uur
spoor 15
B
15.00 uur
spoor 1
C
13.03 uur
spoor 1
Slide 20 - Quizvraag
Op welk spoor kom je aan in Utrecht?
A
11
B
15
Slide 21 - Quizvraag
Hoe lang doe je over de hele reis?
A
1 uur & 55 minuten
B
2 uur & 03 minuten
C
2 uur & 16 minuten
D
2 uur & 55 minuten
Slide 22 - Quizvraag
Slide 23 - Tekstslide
Wat kost deze enkele reis?
A
€29,20
B
€29,30
C
€29,40
D
€29,50
Slide 24 - Quizvraag
Slide 25 - Video
Slide 26 - Link
Slide 27 - Sleepvraag
de trein
Slide 28 - Sleepvraag
De poortjes
controleren
Inchecken
de conducteur
de OV-chipkaart
de trein
Slide 29 - Sleepvraag
A
controleren
B
inchecken
C
de poortjes
D
de trein
Slide 30 - Quizvraag
A
de conducteur
B
inchecken
C
de poortjes
D
de trein
Slide 31 - Quizvraag
A
de conducteur
B
inchecken
C
de poortjes
D
de trein
Slide 32 - Quizvraag
A
OV-chipkaart
B
inchecken
C
de poortjes
D
de trein
Slide 33 - Quizvraag
A
OV-chipkaart
B
inchecken
C
de poortjes
D
de trein
Slide 34 - Quizvraag
A
OV-chipkaart
B
inchecken
C
de poortjes
D
de trein
Slide 35 - Quizvraag
Slide 36 - Tekstslide
Slide 37 - Video
De NS is
A
Nieuw Spoor
B
Nederlandse Spoorwegen
C
Nederlands Spoor
Slide 38 - Quizvraag
Het ging grandioos fout =
A
Het ging goed
B
Het ging heel erg fout
C
Het ging een beetje fout
D
Het ging niet fout
Slide 39 - Quizvraag
Mevrouw Veldmeier werd de trein uitgezet =
A
De conducteur zegt: je mag niet mee. Je moet uitstappen.
B
De conducteur zegt: je moet mee, je moet instappen.
Slide 40 - Quizvraag
Waar wil mevrouw Veldmeier naartoe?
A
Station Amsterdam
B
Station Utrecht
C
Station Zwolle
D
Station Kampen
Slide 41 - Quizvraag
Hoe heet de kaart?
Je moet met de kaart de treinreis betalen.
Je moet met de kaart de treinreis betalen.
A
OV-chipkaart
B
treinkaart
C
reiskaart
Slide 42 - Quizvraag
Mevrouw Veldmeier zegt:
"Ik was op het station.
Ik ben door het poortje gelopen. " Wat heeft mevrouw Veldmeier niet gedaan?
"Ik was op het station.
Ik ben door het poortje gelopen. " Wat heeft mevrouw Veldmeier niet gedaan?
Slide 43 - Open vraag
Mevrouw Veldmeier moet de trein uit. Mevrouw Veldmeier zegt: "De meneer heeft tegen mij gezegd: u gaat er nu uit.'
Van wie moest mevrouw Veldmeier de trein uitstappen?
Van wie moest mevrouw Veldmeier de trein uitstappen?
Slide 44 - Open vraag
Hoe oud is mevrouw Veldmeier?
Slide 45 - Open vraag
Slide 46 - Video
Slide 47 - Tekstslide
Mevrouw Veldmeier is oud. Ze kon haar OV-chipkaar niet inchecken.
Ze moest van de conducteur uitstappen.
Wat vind je daarvan?
Ze moest van de conducteur uitstappen.
Wat vind je daarvan?
