JDW les format week 9/p3 k2

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

lesson 2

Instructie 

Match the tenses with the correct definitions.

When do we use those tenses

Drag and drop exercise!

Present Simple

Present Continuous

Past Simple

Past Continuous

To talk about facts, habits, repeated actions (usually, regularly...)

To talk about something that happened once or several times in the past.

To talk about something that is happening at the moment of speaking (right now).

 is used to describe an action in progress at a specific moment in the past, or to describe those actions that were interrupted by a short action in the past.

Leerdoelen

Ik weet het verschil tussen de geleerde tenses (R)

Ik weet wanneer de verschillen tussen de geleerde tenses gebruik worden (T1)

Ik weet hoe ik de verschillende geleerde tenses kan toepassen (T2)

Ik bijgrijp hoe de verschillende geleerde tenses op de juiste manier toegepast worden (I)

Ik ken de woorden van H6 en ik kan ze toepassen in een zin

*Leerdoelen zijn RTTI geformuleerd (in leerlingentaal).

Instructie 

Luister/ kijk naar de video.

Schrif over de Pink Panther`s daily routine.

Wat zie je?

Bijvoorbeeld: She gets up at 06:00 o`clock.

Nabespreking

What did you see?

Can you talk about the Pink Panther`s daily routine?

Aan de slag - vocabulary

Make exercise 1 and 2 from the worksheet.

You have 10 minutes.

Ready? - NUMO EN

Begrippen uit deze les

vocabulary - chapter 6

tenses

Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen

homework:

Leren vocabulary chapter 5 ( p. 96-97)

lesson 2

Instructie 

Match the tenses with the correct definitions.

When do we use those tenses

Drag and drop exercise!

Present Simple

Present Continuous

Past Simple

Past Continuous

To talk about facts, habits, repeated actions (usually, regularly...)

To talk about something that happened once or several times in the past.

To talk about something that is happening at the moment of speaking (right now).

 is used to describe an action in progress at a specific moment in the past, or to describe those actions that were interrupted by a short action in the past.

Leerdoelen

Ik weet het verschil tussen de geleerde tenses (R)

Ik weet wanneer de verschillen tussen de geleerde tenses gebruik worden (T1)

Ik weet hoe ik de verschillende geleerde tenses kan toepassen (T2)

Ik bijgrijp hoe de verschillende geleerde tenses op de juiste manier toegepast worden (I)

*Leerdoelen zijn RTTI geformuleerd (in leerlingentaal).

Wat herinneren jullie over...

PRESENT PERFECT TENSE???

Wanneer?

De voltooid tegenwoordige tijd noemen we in de Engelse taal de present perfect. Denk bijvoorbeeld aan zinnen als: Ik heb deze serie helemaal gezien. Wij zijn op vakantie geweest. Pieter heeft in het zwembad gezwommen.

Wanneer?

• Een handeling of situatie die in het verleden begonnen is en doorgaat in het heden: I have lived in Bristol since 1984 (= en ik woon er nog steeds.)
  
• Een handeling die plaatsvond tijdens een periode die nog niet afgelopen is: She has been to the cinema twice this week (= en de week is nog niet voorbij.)
  

Wanneer?

• Een herhaalde handeling in een niet nader gespecificeerde periode tussen het verleden en nu: We have visited Portugal several times.
  
• Een handeling die in een zeer recent verleden voltooid is, uitgedrukt door 'just': I have just finished my work.

Which sentence is in PRESENT PERFECT ?

1. Marc has lived in Amsterdam since 2002.
2. I went to the cinema yesterday.

How do we form the present perfect?

1. have/has+ het werkwoord +-ed/past participle
2. het werkwoord + -ed /2de vorm van het werkwoord

Which verb is in the present perfect?

1. have finished
2. walked

Instructie 

Make exercise 1 and 2 from the worksheet.

You have 12 minutes.

Eerder klaar? 

Ga naar quizlet en oefen de woordjes van H5 + H6

nabespreking

PRESENT PERFECT  VORM :

???

homework

Exercise the vocabulary in quizlet

Numo: present perfect

lesson 3

Which sentence is in PRESENT PERFECT ?

1. Marc has lived in Amsterdam since 2002.
2. I went to the cinema yesterday.

How do we form the present perfect?

1. have/has+ het werkwoord +-ed/past participle
2. het werkwoord + -ed /2de vorm van het werkwoord

Present Perfect or Past Simple ?

I have walked for hours so I am very tired now.

1. present perfect
2. past simple

Present Perfect or Past Simple ?

She asked me many questions.

1. present perfect
2. past simple

PRESENT PERFECT  VORM :

???

Instructie

SCHRIFT EN EEN PEN NODIG!

Ex 1: Put the verbs in brackets into the Present Perfect.

Ex. 2: Present perfect vs. Past simple!
Work in a group of two.

You have 10 min.