V5 Beschouwing algemeen

Wat is een beschouwing?
A
Een tekst waarin een bepaald standpunt wordt verdedigd met behulp van argumenten
B
Een tekst waarin iemand je probeert over te halen om iets te doen
C
Een tekst waarin iemand reclame maakt voor een bepaald product
D
Een tekst waarin verschillende meningen met elkaar vergeleken worden
1 / 20
volgende
Slide 1: Quizvraag
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Wat is een beschouwing?
A
Een tekst waarin een bepaald standpunt wordt verdedigd met behulp van argumenten
B
Een tekst waarin iemand je probeert over te halen om iets te doen
C
Een tekst waarin iemand reclame maakt voor een bepaald product
D
Een tekst waarin verschillende meningen met elkaar vergeleken worden

Slide 1 - Quizvraag

Wat is het doel van een beschouwing?
A
informeren
B
overtuigen
C
opiniëren
D
amuseren

Slide 2 - Quizvraag

Wat bevat een beschouwing veelal?
A
feiten
B
meningen
C
argumenten
D
de mening van de schrijver

Slide 3 - Quizvraag


A
wel beschouwend
B
niet beschouwend

Slide 4 - Quizvraag

Welke structuur heeft een beschouwing NOOIT?
A
argumentatie- structuur
B
verklaring- structuur
C
voor- en nadelenstructuur
D
probleem-oplossingenstructuur

Slide 5 - Quizvraag

Welke structuur is het meest voor de hand liggend voor een beschouwing?
A
argumentatie- structuur
B
verklaring- structuur
C
voor- en nadelenstructuur
D
probleem-oplossingenstructuur

Slide 6 - Quizvraag

Is een beschouwing een subjectief of objectief?
A
subjectief
B
objectief

Slide 7 - Quizvraag

Wat hoort NIET thuis in de inleiding van een beschouwing?
A
een centrale vraag
B
een moeilijk probleem
C
een stelling
D
een mening

Slide 8 - Quizvraag

Wat hoort WEL thuis in de inleiding van een beschouwing?
A
een centrale vraag
B
een moeilijk probleem
C
een stelling
D
een mening

Slide 9 - Quizvraag

Wat ga je in de kern van een beschouwing vinden?
A
meningen
B
feiten
C
voor- en nadelen
D
drogredenen

Slide 10 - Quizvraag

ten eerste..., daarnaast...., daar staat tegenover dat...

Waar zijn dit passende signaalwoorden voor?
A
het slot
B
de kern
C
de inleiding

Slide 11 - Quizvraag

Is het slot van een beschouwing open of gesloten?
A
open
B
gesloten

Slide 12 - Quizvraag

Wat staat NIET in het slot van een beschouwing?
A
een conclusie
B
herhaling vraagstelling
C
een uitsmijter
D
een samenvatting

Slide 13 - Quizvraag

Wat staat er WEL in het slot van een beschouwing?
A
hypothese
B
oplossing
C
afweging
D
aanleiding

Slide 14 - Quizvraag

Lees de beschouwing Afschaffing eigen risico zorg

  • Markeer de vraagstelling.
  • Markeer de kernzinnen.
  • Omcirkel de gebruikte signaalwoorden.
  • Geef antwoord op de volgende vraag: hoe kun je zien dat dit een beschouwing is? 
Werk in tweetallen, jullie krijgen 10 minuten de tijd.

Slide 15 - Tekstslide

Wat is je opgevallen aan waar in de inleiding de vraagstelling wordt geïntroduceerd?

Slide 16 - Woordweb

Wat is je opgevallen aan de kernzinnen en waar/hoe deze worden gepresenteerd?

Slide 17 - Woordweb

Wat is je opgevallen aan de gebruikte signaalwoorden?

Slide 18 - Woordweb

Leg uit hoe je kunt zien dat de beschouwing Afschaffing eigen risico zorg een beschouwing is.

Slide 19 - Woordweb

Ik weet nu wat een beschouwing is en hoe deze eruitziet.
A
ja
B
nee
C
zo ongeveer

Slide 20 - Quizvraag