In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Mobiel in de mobieltas en open LessonUP
Slide 1 - Tekstslide
Par. 3 Les c
Slide 2 - Tekstslide
Planning les par 1.3 c
05 min: Start les/ absenten
05 min: Herhaling & deelvraag & lesdoelen/uitleg
40 min: aan het werk
03 min: Herhalen lesdoelen
02 min:Huiswerk/afronden
Slide 3 - Tekstslide
Werken met de atlas
Slide 4 - Tekstslide
Werken met de atlas
►Atlas: een boek met kaarten Zoektips:
Slide 5 - Tekstslide
Aan de slag deel 1
Beantwoord de leerdoelen 16 en17 (herhaling)
(begrippenlijst al gemaakt bij herhalingsvragen)
Huiswerk:
• Vragen par.3: 6/ 7/ 8/ 9 (geen download)
vr 6,7,8 met atlas in lokaal vr 9 online.
Slide 6 - Tekstslide
Aan de slag deel 2
Open in lessonUp les T1 1.3.C en beantwoord de vragen die hierna volgen.
Slide 7 - Tekstslide
Wat laat de schaal van een kaart zien?
A
Hoeveel het gebied is vergroot
B
Waar het noorden is.
C
Hoeveel een gebied is verkleind
D
Wat de legenda betekent
Slide 8 - Quizvraag
Soms staat er geen noordpijl op de kaart, hoe weet je dan waar het noorden is?
Slide 9 - Open vraag
Welke uitspraak over de kaart klopt?
A
De bevolkingsdichtheid is het hoogst in het zuiden.
B
De bevolkingsspreiding is het hoogst in het zuiden.
C
De bevolkingsspreiding van Canada is gelijk verdeeld over het land.
D
De bevolkingsdichtheid is het hoogst in het noorden.
Slide 10 - Quizvraag
Welke uitspraak is juist?
A
Een kaart is een vergrote tekening van een gebied.
B
In de kaart van figuur 2 ontbreekt een legenda.
C
Een overzichtskaart is een kaart met een bepaald onderwerp.
Slide 11 - Quizvraag
Op een kaart staat soms geen noordpijl. Waar is dan het noorden van de kaart? Kies uit: boven, rechts, links of onder
Slide 12 - Open vraag
Op welke twee manieren kan de schaal op een kaart weergegeven worden?
A
Met kleuren en een legenda.
B
Met een schaalgetal en een schaalstok.
C
Met een schaalstok en een windroos
D
Met een legenda en een schaalgetal.
Slide 13 - Quizvraag
Wat is een legenda?
A
Een beschrijving van de plaatsen op de kaart.
B
De uitleg hoe de kaart gebruikt moet worden.
C
Een getal waarmee je afstanden op een kaart kunt meten.
D
De verklaring van de kleuren, tekens en symbolen op de kaart.
Slide 14 - Quizvraag
Een gebied is een stuk van het aardoppervlak.
A
waar
B
niet waar
Slide 15 - Quizvraag
De verklaring van tekens en kleuren op de kaart. Welk begrip is hier omschreven?
A
kaart
B
Atlas
C
legenda
D
symbolen
Slide 16 - Quizvraag
Een kaart heeft een schaal van 1 : 800.000, wat betekent dit?
A
1 cm op de kaart is 8 km in werkelijkheid
B
1 cm op de kaart is 80 km in werkelijkheid
C
1 cm op de kaart is 800 km in werkelijkheid
D
1 cm op de kaart is 800.000 km in werkelijkheid
Slide 17 - Quizvraag
Een kaart heeft een schaal van 1 : 50.000 Dit betekent dat 1 cm op de kaart =
A
50 km
B
0,5 km
C
5 km
D
5000 m
Slide 18 - Quizvraag
Schaalniveau:
A
Mondiaal
B
continentaal
C
regionaal
D
lokaal
Slide 19 - Quizvraag
Schaalniveau:
A
Continentaal
B
Regionaal
C
Nationaal
D
Lokaal
Slide 20 - Quizvraag
Welk schaalniveau
A
Lokaal
B
Regionaal
C
Nationaal
D
Continentaal
Slide 21 - Quizvraag
Wanneer je van lokaal schaalniveau naar mondiaal schaalniveau gaat ben je aan het ..........
A
Uitzoomen
B
Inzoomen
Slide 22 - Quizvraag
Bekijk de vier kaarten. Wat ontbreekt er op de kaart? Sleep het juiste begrip naar de kaart waarbij jij ziet dat iets ontbreekt. Succes! (let op, er zijn meerdere antwoorden goed)
Titel
Legenda en kleurtjes
Noordpijl
Slide 23 - Sleepvraag
De schaal van een kaart is 1: 30.000.000. Dat betekent dat 1 centimeter op de kaart in werkelijkheid .................................centimeter is.
Dat is ............................................kilometer.
De afstand tussen Edmonton en Ottawa is op de kaart 4 centimeter. In werkelijkheid is de afstand tussen Edmonton en Ottawa dus .....................................kilometer.
Tip:
1km = 100.000cm
Dus om
1cm:30.000.000 om te rekenen naar km moet je 30.000.000/100.000
Sleep de woorden naar de juiste plek. Je mag je rekenmachine gebruiken
30.000.000
1.200
300
Slide 24 - Sleepvraag
Ik heb de begrippen uit par 1.1 al geleerd
A
ja
B
nee
Slide 25 - Quizvraag
Ik heb alle herhalingsvragen van par 1.1 in learnbeat gemaakt (dus ook de leervragen beantwoord)
A
ja
B
nee
Slide 26 - Quizvraag
Ik heb de tekst van par 1.1 in het boek gelezen.
A
ja
B
nee
Slide 27 - Quizvraag
Aan de slag deel 3
Haal bij de docent het stencil:
-oefenen met de atlas
Slide 28 - Tekstslide
Extra
In de volgende dia vind je nog een filmpje over gebruik atlas en soorten kaarten.