Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Les 1.8 Spelling
Nederlands
Klas 2 KGT
1.8 Spelling
1 / 12
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
In deze les zitten
12 slides
, met
tekstslides
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Nederlands
Klas 2 KGT
1.8 Spelling
Slide 1 - Tekstslide
Vandaag in deze les:
Stillezen
Lesafspraken
Terugblik
Lesdoel
Huiswerk bespreken
Instructie
Aan de slag
Slide 2 - Tekstslide
Stillezen
Geen leesvoer = aantekening
Probeer er aan te denken dat
je leesvoer meeneemt naar
de les van Nederlands
timer
10:00
Slide 3 - Tekstslide
Lesafspraken:
Je hebt respect voor elkaar en je omgeving
Je hebt de spullen op orde en huiswerk gemaakt
Je hebt de aandacht bij de les en bent stil wanneer nodig
Bij samenwerken werk je zachtjes
Wil je iets vragen of zeggen, steek dan je hand op
Tassen op de grond, jassen in kluisje
Geen eten/drinken/kauwgom
Slide 4 - Tekstslide
Terugblik:
Fictie/non-Fictie
Realistisch/niet-realistisch
Boeken kiezen
Grammatica
Spelling: stam en ik-vorm
Slide 5 - Tekstslide
Lesdoel:
Lesdoel: Aan het einde van deze paragraaf
weet je hoe je de pv in de verleden tijd en tegenwoordige tijd spelt.
ken je een aantal nieuwe dicteewoorden.
Slide 6 - Tekstslide
Huiswerk nabespreken
Jullie hebben het huiswerk
online
gemaakt.
We kijken dit kort online na.
Slide 7 - Tekstslide
Aantekening Spelling
Bij
ik
schrijf je de
ik-vorm.
Bij
jij, u, hij, zij
en
het
schrijf je de
ik-vorm + t
.
Als
je
of
jij achter
de
pv
staat en het ond van de zin is, schrijf je de
ik-vorm
(dus zonder t).
Bij
wij, jullie
en
zij
(meervoud) schrijf je het
hele werkwoord
.
Slide 8 - Tekstslide
Instructie Spelling
1.8 Persoonsvorm vt (28) + 1.9 vdw (29)
klankvaste ww: De klank blijft hetzelfde in de vt.
klankveranderende ww: De klank verandert wanneer je deze in een de vt zet. Bij deze ww hoor je meestal hoe je het vdw schrijft.
Slide 9 - Tekstslide
Instructie Spelling
1.10 Lastige gevallen (30)
De letters ij en ei klinken hetzelfde. Er is geen regel voor, deze leer je uit je hoofd, behalve bij:
Bij woorden op -heid schrijf je altijd ei
Bij woorden op -teit schrijf je altijd ei
Bij woorden op -lijk schrijf je altijd ij
Let op: heeft het echt met tijd te maken? Dan -tijd ipv -teit
Slide 10 - Tekstslide
Aan de slag
Schrift:
Opdracht 5 (28), 6 + 7 (29), 9 (30)
Dit is het huiswerk voor de volgende les.
Slide 11 - Tekstslide
Bedankt voor jullie aandacht
Neem voor de volgende les alle spullen mee, dus ook leesvoer.
Maak je huiswerk thuis af wanneer je dit nog niet helemaal af hebt gekregen.
Volgende les starten we met een dictee.
Slide 12 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Les 1.7 Spelling
September 2023
- Les met
11 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Les 1.9 Spelling/Over Taal
September 2023
- Les met
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Les 1.5 Grammatica
September 2023
- Les met
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Les 1.11 Over Taal/Lezen
September 2023
- Les met
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Les 1.3 Fictie/Grammatica
September 2023
- Les met
11 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Les 1.4 Grammatica
September 2023
- Les met
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Les 1.6 Grammatica
September 2023
- Les met
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Les 1.10 Over Taal
September 2023
- Les met
10 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1