3.1 Romeinse Rijk

1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide





Het Romeinse Rijk




1. Van stadstaat tot wereldrijk

Slide 2 - Tekstslide

Wie hadden er burgerrechten in het Oude Griekenland?
A
Mannen ouder dan 16
B
Mannen ouder dan 20 jaar
C
Mannen en vrouwen
D
Iedereen, behalve slaven

Slide 3 - Quizvraag

Hoe noemen we het als het volk de macht heeft?
A
Volksstemming
B
Mythologie
C
Burgerrecht
D
Democratie

Slide 4 - Quizvraag

Wat is een aristocratie?
A
Als de macht in handen is van het volk
B
Als de macht in handen is van een koning
C
Als iemand met geweld de macht heeft overgenomen
D
Als de macht in handen is van een paar rijke mannen of edelen

Slide 5 - Quizvraag

Leerdoel
  • Aan het eind van deze les kun je uitleggen op welke manier het Romeinse rijk ontstond en zich ontwikkelde
  • Je kunt de belangrijkste verschillen noemen tussen de Romeinse Republiek en het Romeinse Keizerrijk

Slide 6 - Tekstslide

Wat weet jij eigenlijk
van de Romeinen?

Slide 7 - Woordweb

Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga

Slide 8 - Tekstslide


Koninkrijk



  • De stadstaat Rome is ooit een koninkrijk geweest, hoewel daar erg weinig over bekend is. Dat noem je ook wel een...
  • Monarchie

Slide 9 - Tekstslide


De Romeinse Republiek
(509 v. Chr. - 27 v. Chr.)


  • De laatste koning wordt verdreven
  • De Romeinen besluiten om Rome zélf te gaan besturen.

Slide 10 - Tekstslide

De Romeinse Republiek

  • De naam republiek komt van: res publica. Dat betekent: publieke zaak, in het Latijn.
  • Op papier is het volk de baas. De republiek een... 
  • democratie
  • ...maar in de praktijk is een kleine groep mensen aan de macht. Dit heet: 
  • aristocratie

Slide 11 - Tekstslide

De Romeinse Republiek

  • De republiek wordt bestuurd door de senaat ('raad van ouderen'). Dit waren rijke Romeinen.
  • Het volk kiest elk jaar 2 leiders: consuls
  • Zij leidden de vergaderingen, mochten een vetorecht uitspreken en het leger aanleiden
  • Vetorecht: het recht om een beslissing tegen te houden

Slide 12 - Tekstslide

Consuls
Senaat
bevolking
Leiden de Senaat
leiden leger,  hebben vetorecht 
elk  jaar gekozen
Vergadering die de consul adviseerde - 
mannen uit rijke families - patriciërs
plebejers - weinig invloed, behalve de 10 volkstribunen
Bestuurder die opkomt voor de arme romeinen
Het gewone Romeinse volk (wel met stemrecht), meestal arm, soms rijk
De elite van het Romeinse volk met veel invloed
Het recht om tegen te stemmen - met één tegenstem wordt het voorstel afgekeurd.

Slide 13 - Tekstslide




Het Romeinse Rijk groeit!




  • Wat begon als een kleine stad groeit in een paar eeuwen uit tot een enorm rijk.
  • Legeraanvoerders, zoals Julius Caesar, veroveren grote delen van Europa.

    Slide 14 - Tekstslide

    400 v.C.

    Slide 15 - Tekstslide

    300 v.C.

    Slide 16 - Tekstslide

    200 v.C.

    Slide 17 - Tekstslide

    100 v.C.

    Slide 18 - Tekstslide

    0

    Slide 19 - Tekstslide

    100

    Slide 20 - Tekstslide

    200

    Slide 21 - Tekstslide

    Hoe kon het Romeinse Rijk zo groeien?
    Twee oorzaken:
    1. Een sterk leger
    2. Redelijk goede behandeling van de overwonnen volken 

    Slide 22 - Tekstslide

    Slide 23 - Video

    1. Sterk leger
    • goede wapens en bescherming
    • goed getraind
    • goed beloond
    • legde wegen aan

    Slide 24 - Tekstslide

    Slide 25 - Tekstslide

    Slide 26 - Video

    Slide 27 - Tekstslide

    Hoe kon het Romeinse Rijk zo groeien?
    redenen voor groei:
    - sterk leger
    - goede behandeling

    Slide 28 - Tekstslide

    Goede behandeling
    • Sterven of overgeven
    • Acceptatie van eigen religie

    Slide 29 - Tekstslide

    Slide 30 - Tekstslide

    Goede behandeling
    • Imperium: Groot rijk, waarin verschillende volkeren onder 1 bestuur zijn gebracht.
    • gehoorzamen en soldaten leveren
    • voordelen hebben - handel
                                          

    Slide 31 - Tekstslide

    Goede behandeling
    • Imperium: Groot rijk, waarin verschillende volkeren onder 1 bestuur zijn gebracht.
    • gehoorzamen en soldaten leveren
    • voordelen hebben:
                                           - eigen godsdienst en cultuur
                                         - bescherming tegen aanvallen
                                                   - burgerrecht krijgen

    Slide 32 - Tekstslide

    Einde Republiek
    • 1. Rijke mensen kregen veel bezittingen door veroveringen, arme mensen niet. Volkstribunen konden weinig
    • 2. Legerleiders hadden veel invloed

    Slide 33 - Tekstslide

    Slide 34 - Tekstslide




    Republiek wordt Keizerrijk



    • Caesar wint de oorlog, en wordt dictator
    • dictator: alleenheerser
    • Caesar wordt vermoord, maar Augustus neemt het over
    • Augustus noemt zichzelf Caesar --> keizer

    Slide 35 - Tekstslide



    Pax Romana
    27 v. Chr.





    • Met keizer Augustus begint een periode van rust en vrede die ongeveer 200 jaar duurt: de Pax Romana (vrede van Rome)

    Slide 36 - Tekstslide

    Leerdoel
    • Aan het eind van deze les kun je uitleggen op welke manier het Romeinse rijk ontstond en zich ontwikkelde
    • Je kunt de belangrijkste verschillen noemen tussen de Romeinse Republiek en het Romeinse Keizerrijk

    Slide 37 - Tekstslide

    Slide 38 - Video