H 4.3 Tekstdoelen Quiz en oefentoets

Welkom klas 1C - 

Leg je spullen klaar: agenda, etui, werkboek
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom klas 1C - 

Leg je spullen klaar: agenda, etui, werkboek

Slide 1 - Tekstslide

Planning
vrijdag 30-6
Oefenen voor de leestoets, EWE
ma-wo
toetsdagen
do 6-7
inhaaluur en sportdag
vr 7-7
Espeq: op de fiets!
vr 14-7
les: NED toets bespreken
Mentoruur: Quiz, mentoruitje

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen?
Oefentoets nakijken en bespreken
Presentaties tekstdoelen
Quiz

Slide 3 - Tekstslide

Toets nakijken
Hoe kijk je na?
  1. Werk geconcentreerd en in stilte.
  2. Vergelijk je eigen antwoord met het bord.
  3. Zet een krul of kruisje met een andere kleur.
  4. Snap je het niet? Vragen!
  5. Toets inleveren.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Wat is een tekstdoel
A
een bepaald soort tekst
B
Wat de schrijver met de tekst wil bereiken

Slide 14 - Quizvraag

Wat is het tekstdoel van een spandoek?
A
overtuigen
B
activeren
C
amuseren
D
informeren

Slide 15 - Quizvraag


Een leesboek heeft als tekstdoel...
A
informeren
B
activeren
C
overtuigen
D
amuseren

Slide 16 - Quizvraag


Wat is het tekstdoel?
A
informeren
B
activeren
C
overtuigen
D
amuseren

Slide 17 - Quizvraag

Wat is het tekstdoel?
A
instrueren
B
activeren
C
overtuigen
D
amuseren

Slide 18 - Quizvraag

informeren
A
recensie
B
moppenpagina
C
reclametekst
D
krantenbericht

Slide 19 - Quizvraag

Een informerende tekst ...
A
bestaat vooral uit de mening van de schrijver.
B
geeft informatie over een bepaald onderwerp.
C
wil jou als lezer vermaken
D
wil jou als lezer in actie brengen.

Slide 20 - Quizvraag

Wat is het tekstdoel van een affiche
waarop staat dat je lid kunt worden
van een sportvereniging?
A
activeren
B
informeren

Slide 21 - Quizvraag

Wat is GEEN tekstdoel?
A
verkennen
B
informeren
C
overtuigen
D
amuseren

Slide 22 - Quizvraag

Wat is het tekstdoel van een recept?
A
amuseren
B
instrueren
C
activeren
D
overtuigen

Slide 23 - Quizvraag

Wat is het tekstdoel van een reclametekst?
A
activeren
B
informeren

Slide 24 - Quizvraag


Tekstdoel
A
Informeren
B
Amuseren
C
Activeren
D
Overtuigen

Slide 25 - Quizvraag

Wat is het tekstdoel?
A
Informeren
B
Amuseren
C
Overtuigen
D
Instrueren

Slide 26 - Quizvraag

Tekstdoel?

A
informeren
B
activeren
C
overtuigen
D
amuseren

Slide 27 - Quizvraag

Tekstdoel
Een schrijver heeft altijd een doel als hij een tekst schrijft: 
het tekstdoel.

Soms heeft een schrijver méér doelen met zijn tekst. 
Dan is altijd één doel het belangrijkst.
















Slide 28 - Tekstslide

Waar gaat de toets over?
  • meningen en feiten herkennen;
  • tekstverband en signaalwoorden: tijdsvolgorde, opsomming, tegenstelling
  • Tekstdoelen: overtuigen, amuseren, activeren, instrueren en informeren
  • titel, tussenkopjes

Slide 29 - Tekstslide