les 7 Feedback

• Didactiek
• MBO
• Studiejaar 1

Periode 3 les 7

Feedback 

Programma 

Terugkijken les 6: communiceren.

Theorie Feedback 

Situaties

Feedback op opdracht vorige week

Eindopdrachten

Kennistoets 

terugkijken vorige week 

Termen !

Feedback

Aan het eind van deze les:

Kun je het verschill tussen negatieve en positieve feedback uitleggen. 

Ken je een aantal tips voor het geven van feedback.

Kun je uitleggen waarom feedback nodig en belangrijk is bij het samenwerken.

Wat vind je makkelijker: feedback geven of feedback ontvangen?

Feedback geven

Feedback ontvangen

Feedback

Om iemand te laten leren , te groeien, te ontwikkelen

Omdat je last van het gedrag hebt van iemand 

Lees : een top en een tip, blz 266 

Hoe geef je goed feedback?

• Ik boodschap: feedback is persoonlijk en zegt net zoveel over de gever als over de ontvanger.  

 

• Wees duidelijk (=concreet en precies) in je feedback, anders kan de ander er niet zoveel mee. 

Tops en tips

• Tops = positieve feedback (compliment)

Je benoemt wat de ander goed doet.

• Tips = opbouwende feedback

Dit geef je als je wilt dat iemand zijn gedrag verandert. 

(Sandwich formule) 

Situatie 1 

Je zit in de klas. De leerkracht legt iets uit wat je niet begrijpt. De uitleg gaat snel en een beetje rommelig. Het is nog steeds erg onduidelijk. Eigenlijk snap je er niets van

Situatie 2 

Je vrienden willen een weekend weg. Jij hebt geen zin om te gaan omdat het vorige keer daar uit de hand liep. Je hebt al drie keer gezegd dat je niet mee wilt. Ze vragen het nog een keer.

Situatie 3 

Je collega is steeds 5 , 7 of 10 minuten te laat, waardoor jij de boel alleen moet opstarten en maar afwachten wanneer hij zij komt. 

deel 2

Geef nu feedback op de opdracht van vorige week: post it 

welke zin past het best bij pedagogische interactievaardigheden

1. planmatig werken met doelen
2. je hebt belangstelling voor de kinderen
3. je overlegt met collega's over de kinderen
4. je volgt de ontw. van kinderen

sensitieve responsiviteit is een interactivaardigheid

ja

nee

autonomie is:

1. kinderen hun meningen serieus nemen
2. je kunt je inleven in een kind

kinderen hebben grenzen nodig om sociaal-emotioneel te kunnen groeien

1. ja
2. nee

welke activiteiten kun je inzetten om het zelfbeeld te versterken?

om creativiteit te stimuleren gebruik je open vragen?

1. zeker
2. zeker niet

welke zin hoort bij vrij spel?

1. Tijdens vrije spelmomenten heb je voor ieder kind eigen materialen.
2. Tijdens vrije spelmomenten heb je niet voor ieder kind een eigen doel.
3. Tijdens vrije spelmomenten bedenk je voor ieder kind een eigen spel.

Kinderen die veel in aanraking komen met de natuur hebben meer stress.

Bij het buiten spelen wijs je kleuters op risico's, maar je verbiedt niet te veel.

1. ja
2. nee

geef eens een voorbeeld van ruis

lichaamshouding is:

1. hoe je staat, zit of beweegt
2. de gebaren die je gebruikt
3. de manier om zelfbewust over te komen

Je lichaamshouding is de manier waarop je staat, zit of beweegt. Het zegt het nodige over hoe iemand in het leven staat. Mensen die verlegen of onzeker zijn, kijken vaak wat naar beneden, laten hun schouders hangen en kijken de ander niet recht aan. Zelfbewuste mensen kijken recht vooruit, hebben hun schouders naar achteren en lopen stevig. Gevoelens en houdingen gaan vaak samen. Soms is het handig om met gebaren je woorden te ondersteunen, bijvoorbeeld om aan te geven of iets groot of klein is. Echter, steeds zwaaien, draaien en bewegen kan afleidend zijn, waardoor je boodschap niet goed overkomt. Gebruik gebaren dus als ondersteuning van je verhaal, maar overdrijf niet.

Reflecteren is het onderzoeken van jouw handelen en het effect daarvan.

1. juist
2. onjuist

Wat is het doel van het model van Korthagen?

1. je valkuilen zichtbaar maken
2. beter zicht krijgen op je handelingen
3. leren omgaan met feedback

Geef een voorbeeld van het geven van een ik-boodschap als feedback?

Uit welke fasen bestaat het PDCA-model?

1. Plan-Check-Do-Act
2. Check-Act-Do-Plan
3. Plan-Do-Check-Act

Bij een productevaluatie vraag je je af of je je doel behaald hebt.
klopt dit?

1. ja
2. nee

Als je je mening doordrukt, is er een grote kans op nieuwe conflicten.

ja

nee

denk jij dat je al goed voorbereid bent op de toets?

😒🙁😐🙂😃

Feedback

Aan het eind van deze les:

Kun je het verschill tussen negatieve en positieve feedback uitleggen. 

Ken je een aantal tips voor het geven van feedback.

Kun je uitleggen waarom feedback nodig en belangrijk is bij het samenwerken.

Geef feedback over de les
(een tip en een top)