Inhouds- en functiewoorden/ oefenen met woordenboek

Welkom!
Welkom 

Etui, lesboek, schrift, leesboek, laptop dicht op tafel.

We starten met stillezen
timer
10:00
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom!
Welkom 

Etui, lesboek, schrift, leesboek, laptop dicht op tafel.

We starten met stillezen
timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deze les...
Leerdoel:
  • Je weet het verschil tussen inhouds- en functiewoorden.
  • Je weet welke informatie je kunt vinden in een woordenboek.
  • Je kunt het papierwoordenboek gebruiken.



Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Krantenkoppen
  • In tweetallen: knip 3 leuke/ grappige/ opvallende krantenkoppen uit.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Instructie
Benoem de woorden van jullie krantenkoppen tijdens de instructie.

Wat valt op?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
  • Bedenk een dialoog tussen moeder en kind. Gebruik inhoud- en functiewoorden.

  • Schrijf een mop. Gebruik alleen inhoudswoorden.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uitwisselen
Zoek een ander tweetal met dezelfde steropdracht. 

  • Presenteer aan elkaar jullie dialoogjes
  • Herschrijf de mop. Voeg functiewoorden toe. 

Geef elkaar feedback


Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

woordenboek

Hoe gebruik je het woordenboek?


Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Woordenboek
- op alfabet
- lijst met afkortingen
- gebruiksaanwijzing

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij het woord zelf...
- woordsoort
- lidwoord & geslacht (verwijswoord)
- meervoud
- verkleinwoord
- bij WW: verleden tijd/voltooid deelwoord
- spreekwoord

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maar hoe zoek je dan een woord op?

- op alfabet
- de basisvorm: héle werkwoord / simpele vorm
- enkelvoud


Slide 10 - Tekstslide

Rechtsbovenaan eerste woord, linksbovenaan laatste woord
- Hele werkwoord (infinitief), simpele vorm (gepeste = pesten), bloempje = bloem
Terneergeslagen
- woordsoort?
- betekenis?

Vignet
- uitspraak?
- lidwoord?
- meervoud?
- betekenis?



Meedeiner
- meervoud?
- betekenis?
timer
7:00

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie
Leerdoel:
Je weet het verschil tussen inhouds- en functiewoorden.
Je weet welke informatie je kunt vinden in een woordenboek.
Je kunt het papierwoordenboek gebruiken.



- Wat vond je moeilijk?
- Wat vond je leuk/makkelijk?
- Wat neem je mee?

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies