Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
onderdeel 3: het bijvoeglijk naamwoord
BONJOUR ET BIENVENUE
Bonjour
et
bienvenue!!
1 / 13
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
In deze les zitten
13 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
BONJOUR ET BIENVENUE
Bonjour
et
bienvenue!!
Slide 1 - Tekstslide
mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
-
-e
meervoud
-s
-es
mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
petit
petit
e
meervoud
petit
s
petit
es
Het bijvoeglijk naamwoord
Slide 2 - Tekstslide
Het bijvoeglijk naamwoord kan 4 vormen hebben
Mannelijk
Vrouwelijk
Enkelvoud
Meervoud
grande
grandes
grand
grands
Slide 3 - Sleepvraag
Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?
A
La fleur est vert.
B
La fleur est verte.
Slide 4 - Quizvraag
Wat is de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord?
A
Elle porte une robe bleue.
B
Elle porte une robe bleus.
C
Elle porte une robe bleu.
D
Elle porte une robe bleues.
Slide 5 - Quizvraag
Mes cheveux sont (zwart)
A
noir
B
noire
C
noirs
D
noires
Slide 6 - Quizvraag
Onregelmatige bijvoeglijk naamwoorden
man. enk.
vrouw. enk.
man. mv
.
vrouw. mv.
vertaling
beau
belle
beaux
belles
mooi
nouveau
nouvelle
nouveaux
nouvelles
nieuw
vieux
vielle
vieux
vieilles
oud
Slide 7 - Tekstslide
Ils sont (nieuw)
A
nouveau
B
nouveaux
C
nouvelle
D
nouvelles
Slide 8 - Quizvraag
Ma grand-mère est (oud)
A
vieux
B
vieille
C
vieux
D
vieille
Slide 9 - Quizvraag
Uitzondering:
Beau, bon, joli
haut, long, petit,
jeune, vieux, grand,
gros, mauvais, méchant,
nouveau, autre, large
La
jolie
fille
Le
petit
enfant.
le
nouveau
livre.
De plaats
In het Nederlands staat het bijvoeglijk naamwoord
voor
het zelfstandig naamwoord
In het Frans staat het bijvoeglijk naamwoord meestal
achter
het zelfstandig naamwoord:
Het
blonde
meisje. La fille
blonde
De
zwarte
kat Le chat
noir
Slide 10 - Tekstslide
Vertaal: Zij is een mooi en sportief meisje.
Slide 11 - Open vraag
Il préfère porte un ______pantalon ______(vert)
Elle a une _______ chambre _______ (moderne)
Francine porte toujours des_______ jupes _______ (joli)
Alexandre aime lire des _______ livres (m) _______ (intéressant)
Il n'aime pas lire des _______ livres _______ (français)
J'ai acheté une _______ voiture _______ (beau)
Les _______ garçons _______ ont gagné (sportif)
E
Exercice 1:
Zet het bijvoeglijk naamwoord in de juiste vorm en op de juiste plaats.
Klassikaal nakijken
Slide 12 - Tekstslide
La femme ________(van de) boulanger (m)
Je suis dan le jardin ________(van het ) hôtel.
Le prof donne une interro ________(aan de) élèves.
il va ________(naar de) marché (m)
C'est une jolie photo ________(van de) garçons.
à midi je mange ________(in de) cantine (v)
Magali va ________(naar het) concert (m).
quel est le prix ________(van de) voiture(v)?
La chambre ________(van de ) parents.
La chambre ________(van het) enfant.
E
Exercice 1:
Vertaal de woorden tussen haakjes NF.
Kies uit:
Du, de la, de l', des, au, à la, à l' & aux
Klassikaal nakijken
Slide 13 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
onderdeel 3: het bijvoeglijk naamwoord
December 2023
- Les met
20 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
herhaling onderdeel 1-3 + leesvaardigheid
December 2023
- Les met
19 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
L'adjectif - forme et place
Januari 2020
- Les met
27 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
H2a mardi 13 avril
April 2021
- Les met
17 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
L'ADJECTIF (klas 2)
Januari 2021
- Les met
15 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
L'ADJECTIF (klas 1)
April 2023
- Les met
17 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
L'adjectif - brugklas - 1H (+1TH U5)
December 2020
- Les met
20 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
1HV 30/3
Maart 2021
- Les met
13 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1