Interview

Interview je stagebegeleider
Je krijgt van mij een stageopdracht. Deze opdracht telt mee voor je stagebeoordeling. 
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Interview je stagebegeleider
Je krijgt van mij een stageopdracht. Deze opdracht telt mee voor je stagebeoordeling. 

Slide 1 - Tekstslide

Wat leer je deze les?
Wat een interview is. 
Het verschil tussen een open en gesloten vraag. 
Wanneer en hoe je moet doorvragen. 

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een interview?
Een vraaggesprek tussen twee mensen
> Je wilt iets te weten komen
> Je hebt dus altijd een doel 

Slide 3 - Tekstslide

Doel van het interview
- doel: WAT wil je te weten komen?
Wil je iemands mening horen? 
Wil je informatie over iemand krijgen? 

Slide 4 - Tekstslide

Soorten vragen 
* Begint met een vraagwoord
* iemand kan uitgebreid antwoorden

"Waarom heb je voor dit werk gekozen?"
*Begint met een werkwoord
* Iemand kan ja of nee antwoorden

"Vind je het werk leuk?

Slide 5 - Tekstslide

"Dingen die werkelijk zo zijn. 
 " Wanneer ben je jarig?"
" Hoe oud ben je?"


Je wilt weten wat iemand vindt. 

"waarom vind je het werk zo leuk?"
"wat zijn de minder leuke kanten van het werk?"

Slide 6 - Tekstslide

Soorten vragen
Soms is een antwoord niet duidelijk. 
Vraag door!

> stel een vervolgvraag

1. vraag om herhaling
"wilt u het nog eens zeggen?"

2. Vraag om een voorbeeld
"kunt u een voorbeeld van de werkzaamheden geven?"

3. Vraag om meer uitleg
"Wat bedoelt u precies met?"

Slide 7 - Tekstslide

Wat is een open vraag?
A
Hoe oud bent u?
B
Wat maakt het werk zo leuk?
C
Bent u blij op het werk?
D
Heeft u leuke collega's?

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een gesloten vraag?
A
Welke opleiding heeft u gevolgd?
B
Waarom koos u voor deze baan?
C
Heeft u altijd dit werk gedaan?
D
Is het werk zwaar?

Slide 9 - Quizvraag

Wat is een goede vervolgvraag?
A
Zullen we verder gaan met het gesprek?
B
Wat bedoelt u met het woord "plannen"?
C
Kunt u mij een aantal voorbeelden geven?
D
Hoeveel uur werkt u?

Slide 10 - Quizvraag

Opdracht
Maak 15 open vragen voor je stagebegeleider.
Bedenk eerst wat je doel is van dit gesprek. 
werk deze vragen uit in WORD. 

Stuur deze eerst ter goedkeuring naar je mentor. 

Neem het gesprek met je stagebegeleider op.  

Slide 11 - Tekstslide