3.1 - Zintuigen en prikkels V1

Hoofdstuk 3 - Waarnemen
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 3 - Waarnemen

Slide 1 - Tekstslide

Waar denk je aan bij 'Waarnemen?

Slide 2 - Woordweb

Hoofdstuk 3 - Waarnemen
3.1 - Zintuigen en prikkels
3.2 - Zien
3.3 - Horen
3.4 - Ruiken en proeven
3.5 - Samenhang: Kijkoperaties en computerspellen
3.6 - Hersenen

Slide 3 - Tekstslide

3.1 - Zintuigen en prikkels

Slide 4 - Tekstslide

Doelen van de les
  • Je kunt de zintuigen in je lichaam benoemen en noemen welke prikkel ieder zintuig opvangt
  • je kunt uitleggen hoe je lichaam op prikkels reageert
  • je kunt delen van het zenuwstelsel benoemen
  • je kunt uitleggen hoe impulsen van zintuigen en hersenen door je lichaam gaan
  • je kunt uitleggen hoe de hersenen impulsen van zintuigen verwerken

Slide 5 - Tekstslide

Zintuigen
Vangen prikkels op

Prikkel: Verandering waar je op kan reageren
Bijv.: iets horen, iets zien, iets voelen

Elk zintuig heeft zijn eigen prikkel waar hij op kan reageren

Slide 6 - Tekstslide

Zintuigen
Oog: Lichtzintuig -> reageert op de prikkel licht

Slide 7 - Tekstslide

Zintuigen
Oor: Gehoorzintuig -> reageert op de prikkel geluid


Slide 8 - Tekstslide

Zintuigen

Neus: Reukzintuig -> reageert op de prikkel geurstoffen



Slide 9 - Tekstslide

Zintuigen
Tong: Smaakzintuig -> reageert op de prikkel smaakstoffen

Slide 10 - Tekstslide

Zintuigen
Huid:
- Warmtezintuig -> reageert op de prikkel hoge temperatuur
- Koudezintuig -> reageert op de prikkel lage temperatuur
- Tastzintuig -> reageert op hoe een voorwerp aanvoelt
- Pijnzintuig -> reageert op de prikkel pijn

Slide 11 - Tekstslide

DOEN
Opdracht 4 in je boek
Tweetallen

10 minuten
stopwatch
00:00

Slide 12 - Tekstslide

Reageren
Je reageert op prikkels die je voelt
Je krijgt een prikkel binnen via een van je zintuigen
Je zintuig zet die prikkel om in een elektrisch signaal een Impuls
Via zenuwen (stroomdraadjes in je lichaam) naar hersenen via ruggenmerg
Zenuwen bestaan uit bundels uitlopers van zenuwcellen

Slide 13 - Tekstslide

Soorten zenuwen
Gevoelszenuwen -> gaan vanaf je zintuigen naar je hersenen toe. Hiermee voel je
Bewegingszenuwen -> Gaan vanaf je hersenen naar je spieren. Hiermee beweeg je

Pas als een signaal in je hersenen aankomt, ben je je er van bewust


Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Het zenuwstelsel

Hersenen
Ruggenmerg
Zenuwen

Slide 16 - Tekstslide

De hersenen
Ontvangen signalen
Maken keuze of je iets met de prikkel doet; Zo ja, wat
Soms herhaalt een prikkel zich en reageer je er niet meer op Gewenning
Speciale gebieden voor elk zintuig: Hersencentrum


Slide 17 - Tekstslide

Vragen

Slide 18 - Tekstslide

Aan het werk (in stilte)
Maken: 3.1 - 1 t/m 16 (snap je de paragraaf goed, dan mag je de vragen met ronddraaiende pijlen overslaan)
Lezen: 3.2
Leren: 3.1 

Slide 19 - Tekstslide