Les 9: Planten en dieren B6 - planten verzorgen

Leefplein
klas 1
Planten en dieren
Basisstof 6
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Leefplein
klas 1
Planten en dieren
Basisstof 6

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  • Oefenvragen SO 

  • Korte herhaling 5
  • Bespreken van opdrachten (na check in duo)
  • Uitleg basisstof 6
  • Boontje meten en op de foto.
  • Zelf aan de slag!

Slide 2 - Tekstslide

Aanpassen
Alle organismen hebben zich aangepast aan hun leefwijze en leefomgeving

Slide 3 - Tekstslide

Planten op het land
Beschermen tegen uitdroging

Kleine dikke bladeren > water vasthouden

Grote platte bladeren > meer fotosynthese

Slide 4 - Tekstslide

Verschillende soorten snavels

Slide 5 - Tekstslide

zoolganger - teenganger - topganger

Slide 6 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
Ga naar bladzijde 39, opdracht 1 t/m 8 van Basisstof 1.5
Check in duo's

Welke vraag wil je klassikaal nog bespreken?

Slide 7 - Tekstslide

Welke vraag zou je nog graag willen bespreken?
Vraag 1
Vraag 2
Vraag 3
Vraag 4
Vraag 5
Vraag 6
Vraag 7
Vraag 8
Ik hoef geen vraag te bespreken

Slide 8 - Poll

Planten 
Planten zijn belangrijk voor mensen:
- voedsel (groente, fruit, granen)
- zuurstof

Sommige mensen vinden planten mooi en zetten ze in huis, op het balkon of in de tuin.

Slide 9 - Tekstslide

Waarom zijn planten goed om in huis te hebben?
A
maken de lucht schoon
B
zorgen voor zuurstof
C
geven gezellige sfeer in huis
D
ziet er rommelig uit

Slide 10 - Quizvraag

Planten verzorgen
Het is belangrijk dat je weet hoe je een plant het beste kan verzorgen.
Elke plantensoort heeft een andere verzorging nodig.
Om er achter te komen hoe je een plant moet verzorgen kijk je:
- in een plantengids
- op het plantenlabel

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

symbolen plantenlabel

Slide 13 - Tekstslide

Hoe verzorg je kamerplanten? 
  • Niet op of vlakbij de verwarming, dit droogt ze uit.
  • Niet direct in het zonlicht, maar ook niet in een hele donkere kamer. Sommige bloemen mogen wel direct in het zonlicht. 
  • Planten met donkergroene bladeren hebben minder daglicht nodig dan planten die lichter groen van kleur zijn.

Slide 14 - Tekstslide

Planten verpotten
Als een plant gaat groeien, wordt deze soms te groot voor de pot. 
Dan moet je hem in een grotere pot zetten.
Dit noem je verpotten.

Slide 15 - Tekstslide

Planten vermeerderen
Van sommige planten kan je nieuwe plantjes kweken. 
Dit noem je vermeerderen.
Je kan dat op verschillende manieren doen:
- stekken
- bladstekken
- scheuren

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Wat betekent; een plant stekken?
A
De bloemen van de plant afhalen
B
Nieuwe aarde in een bloempot doen
C
Het is een manier om meer planten te krijgen

Slide 20 - Quizvraag

Planten met andere vormen van vermeerderen:
- broedblad: jonge plantjes ontstaan vanzelf aan de randen van de bladeren
- zebragras: jonge plantjes ontstaan aan het uiteinde van uitlopers

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Zeebragras

Slide 23 - Tekstslide

Wat betekent de zin 'Bestemd voor decoratie en niet voor consumptie' op het plantenlabel?
A
De plant is bedoeld als versiering en moet door een gespecialiseerde bloemist verzorgd worden
B
De plant is bedoeld als versiering en niet om op te eten
C
De plant is bedoeld als versiering in de bloemenwinkel en niet voor de verkoop
D
De plant is bedoeld om op te eten en niet als versiering.

Slide 24 - Quizvraag

Wat staat er op een plantenlabel?
A
Hoe je een plant kunt eten
B
Hoeveel liter water je moet geven
C
Hoe je een plant moet verzorgen
D
Waar je een plant moet neerzetten in je huis

Slide 25 - Quizvraag

Wat gaan we doen?
  • Oefenvragen SO 

  • Korte herhaling 5 
  • Bespreken van opdrachten (na check in duo)
  • Uitleg basisstof 6
  • Boontje meten en op de foto.
  • Zelf aan de slag!

Slide 26 - Tekstslide

Wat ga je doen?
Maak van basisstof 1.6
Opdracht 1 t/m 8
(bladzijde 49 en 50)

SO over basisstof 1 t/m 4
Leren 1.1 t/m 1.4
Let ook op de blauwe woorden!
Datum: 11 oktober

Grote toets/Repetitie op: woensdag 1 november
Leren voor deze toets basisstof 1 t/m 7 (blz. 14 t/m 56)

Slide 27 - Tekstslide