Begrijpelijk schrijven klas 1

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Lezen
Wat is het onderwerp van een tekst?
Hoe vind ik het onderwerp van een tekst? 

Slide 2 - Tekstslide

Taalspelletje 
Bedenk woorden die bij jou passen, met de letters van jouw naam.
Naam: Anne 
A=
N=
N=
E=

Slide 3 - Tekstslide

Bijvoorbeeld: (CBU)
C = collegiaal
B = belangstellend
U = uniek

Schrijf de letters van jouw naam onder elkaar en bedenk eigenschappen/ woorden die bij jou passen met die letter.

Slide 4 - Tekstslide

Bedenk eigenschappen en woorden die echt bij jou passen!
timer
8:00

Slide 5 - Tekstslide

Leerdoel
Je leert een  begrijpelijke tekst schrijven.

Aan deze lessen zal de schrijfopdracht van deze periode gekoppeld gaan worden.
Dit is voor een cijfer.

Wat deze opdracht gaat worden komt ergens volgende week aan bod


Slide 6 - Tekstslide

Ik schrijf wel eens een brief of tekst.
Vaak
Soms
Bijna nooit

Slide 7 - Poll

Je beste vriend heeft het volgende bericht naar jou gestuurd:
‘We waren allebei op tijd en het was echt supergaaf! Gers Pardoel trad als laatste op met een kick-assshow. Volgend jaar ben ik er weer bij! Foto's komen laterrrr!’

Is het meteen duidelijk waar je vriend is geweest?
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quizvraag

Je beste vriend heeft het volgende bericht naar jou gestuurd:
‘We waren allebei op tijd en het was echt supergaaf! Gers Pardoel trad als laatste op met een kick-assshow. Volgend jaar ben ik er weer bij! Foto's komen laterrrr!’

Is het duidelijk wie erbij was?
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quizvraag

Je beste vriend heeft het volgende bericht naar jou gestuurd:
‘We waren allebei op tijd en het was echt supergaaf! Gers Pardoel trad als laatste op met een kick-assshow. Volgend jaar ben ik er weer bij! Foto's komen laterrrr!’

Heeft je vriend een duidelijke tekst geschreven?
A
Ja
B
Nee

Slide 10 - Quizvraag

Je tekst is begrijpelijk wanneer je informatie volledig en duidelijk is. 

Wat ontbrak in de tekst van je vriend?
Was de tekst volledig?
Was de tekst duidelijk?

Slide 11 - Tekstslide

Zo schrijf je begrijpelijk
- schrijf een kladversie
- controleer je tekst: is de tekst volledig en duidelijk?
- vul de tekst aan, wanneer dat nodig is
- schrijf de tekst in het net met hoofdletters en punten, foutloos en goed leesbaar


Slide 12 - Tekstslide

Afsluiting
Wat was nieuw voor jou deze les? Wat heb je geleerd? 

Slide 13 - Tekstslide

Aan het werk
Je gaat nu van blz 52 en 53 
Opdracht 1 t/m 7 maken.
Dit is tevens Huiswerk voor de les van maandag 6 februari.

Heb je je werk af?! 
PAK JE JE LEESBOEK EN GA JE DE RESTERENDE TIJD EVEN LEZEN.

Slide 14 - Tekstslide