Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1
In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Lesduur is: 120 min
Onderdelen in deze les
Thema 5 De Stad
Blok 3
Hoe is de stad na 1870 veranderd?
Slide 1 - Tekstslide
Planning
Herhalen Blok 1 en 2
Uitleg Blok 3
Vragen stellen
Wat ga je komende week doen?
Slide 2 - Tekstslide
Wat leer je deze week?
Je kan uitleggen waarom na 1870 veel Nederlandse steden snel groeiden en waarom daar veel goedkope woonwijken gebouwd werden.
Je kan uitleggen hoe fabrieksarbeiders leefden en woonden in de 19e eeuw
Je uitleggen wat de Woningwet van 1901 inhield
Je kan verklaren waarom er na WOII veel vraag was naar woningen.
Je kan uitleggen wat suburbanisatie en re-urbanisatie is en deze twee verschijnselen verklaren.
Je kan uitleggen waarom de overheid groeikernen aanwees en twee voorbeelden van een groeikern noemen.
Je kan uitleggen wat verpaupering, renoveren en saneren is.
Je kent alle begrippen van Blok 3
Slide 3 - Tekstslide
Fabrieken in de stad
De steden groeien na 1870 snel. Dit komt door:
de bevolkingsgroei
er was minder werk op het platteland (machines)
In de steden waren fabrieken en daar was wel werk.
Mensen trokken naar de stad: urbanisatie. De woon- en leefomstandighede van deze arbeiders was erg slecht.
Mussenstraat Arnhem
Arbeiderswoningen in Arnhem
Slide 4 - Tekstslide
Een krotwoning uit de 19e eeuw
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
Nieuwe arbeiderswoningen
De woningen voor de arbeiders in de steden:
Slechte kwaliteit huizen. Geen frisse lucht, amper ramen, slechte ventilatie, te klein.
Grote families leefden in één ruimte.
Geen riolering, elektriciteit en waterleiding.
In 1901 kwam er de Woningwet: eisen aan de kwaliteit van huizen en straten.
Krotwoningen
In het Openlucht Museum kan je een krotwoning uit de Jordaan bekijken. Je kan hier goed zien hoe de armste mensen woonden in de 19e eeuw.
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Video
Na de Tweede Wereldoorlog nam de vraag naar woningen verder toe:
In de oorlog hadden veel mensen trouwen en kinderen krijgen uitgesteld.
Na 1949 kwamen veel mensen naar Nederland vanuit de voormalige kolonie Indonesië.
De urbanisatie ging verder.
Nieuwbouwwijk Malburgen
De steden groeien verder
Slide 9 - Tekstslide
Weg uit de stad
Na 1960 gingen veel mensen meer geld verdienen.
Ze wilden een groter huis met een tuin. Ze kochten een auto en gingen buiten de stad wonen.
Dit heet suburbanisatie.
Wonen in Elst in een 'doorzonwoning' en ,werken in Arnhem
Slide 10 - Tekstslide
Weg uit de stad
Om aan deze woonwensen te voldoen worden groeikernen aangewezen: plaatsen om nieuwe wijken te bouwen.
Suburbanisatie zorgde ervoor dat mensen dagelijks van hun woonplaats naar hun werk gingen reizen.
Iemand die dagelijks naar zijn werk in de stad reist is een forens.
Kun je de link leggen tussen forensen en files?
Slide 11 - Tekstslide
Suburbanisatie
Weer terug verhuizen naar het platteland
In onze regio vertrokken mensen naar bijvoorbeeld Elst, Duiven of Westervoort.
Slide 12 - Tekstslide
Vanaf 1970 verpauperden steden steeds verder:
Jonge en rijke mensen vertrokken. Arme en oude mensen bleven achter.
Huizen en voorzieningen werd niet meer goed onderhouden: verpaupering.
De leefbaarheid van steden ging verder achteruit
Verpaupering van wijken
Slide 13 - Tekstslide
Slopen en bouwen
Gemeenten wilden graag weer jonge en rijke mensen trekken. Hoe gingen ze dat doen?
Stadsvernieuwing:
Restauratie: het repareren van oude gebouwen.
Renovatie: het verbeteren en aanpassen van woningen en gebouwen.
Saneren: het afbreken van slechte gebouwen en het opnieuw opbouwen van een buurt.
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slopen en bouwen
De compacte stad: Delen van de stad waarin de verwaarloosde gebouwen zijn opgeknapt en volgebouwd.
Om de stad heen kwamen veel nieuwe Vinex-wijken voor mensen die graag in ruime huizen dicht bij de stad wilden wonen. Een Vinex-wijk in Arnhem is de Schuytgraaf.
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Video
Een veilige stad
Het verbeteren en vervangen van gebouwen is niet genoeg voor een veilige en gezellige buurt.
Wat kunnen de gemeente en bewoners volgens jou doen voor een veilige en gezellige buurt?