Herhaling PTA 1 - deel 2

Toetstof &
Planning

H1 elektriciteit 
H5 straling en gezondheid
H7 trillingen en golven
H8 elektromotor
H10 cirkelbewegingen
         (in de context van H12)
H12 elektromagnetisme 
Datum
Lesstof
Maakwerk
do 28/10
H1 
Meerkeuzevragen elektriciteit
vr 29/10
H7
Examenopgave Xylofoon
do 5/10
PO1 (8%)
Practicum uitvoeren
vr 6/10
§13.1
Verslag schrijven
do 12/10
H13 leerdoel 1
H13 leerdoel 1
vr 13/10
H5
Oefenopgave radon-219
Examen opg. inwendige bestraling
do 26/10
H8
Meerkeuzevragen elektr.magn.
vr 27/10
Examenopgave (H8, H10 en H12)
1 / 55
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 55 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Toetstof &
Planning

H1 elektriciteit 
H5 straling en gezondheid
H7 trillingen en golven
H8 elektromotor
H10 cirkelbewegingen
         (in de context van H12)
H12 elektromagnetisme 
Datum
Lesstof
Maakwerk
do 28/10
H1 
Meerkeuzevragen elektriciteit
vr 29/10
H7
Examenopgave Xylofoon
do 5/10
PO1 (8%)
Practicum uitvoeren
vr 6/10
§13.1
Verslag schrijven
do 12/10
H13 leerdoel 1
H13 leerdoel 1
vr 13/10
H5
Oefenopgave radon-219
Examen opg. inwendige bestraling
do 26/10
H8
Meerkeuzevragen elektr.magn.
vr 27/10
Examenopgave (H8, H10 en H12)

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbereiding
oefenen, oefenen, oefenen, ... 
Maar niet met examens 2021 en 2022. 
Die bewaren we voor de examentraining.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling PTA 1 - les 2
straling en gezondheid
Lesplanning:
  1. Klassikaal herhaling H5 straling en gezondheid
  2. Oefenopgave(n) straling en gezondheid
  3. Schakeling elektriciteit

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling H5 straling en gezondheid

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Straling

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kernstraling

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kernstraling
vervalvergelijking

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gaat straling overal doorheen?

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Halveringsdikte en 
dracht

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een stof laat 75% van de opvallende gammastraling door. De dikte van de stof is:
A
precies de halveringsdikte.
B
kleiner dan de halveringsdikte.
C
groter dan de halveringsdikte.
D
precies twee halveringsdiktes.

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Halveringsdikte de formule

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij het maken van een röntgenfoto wordt straling gebruikt met een intensiteit van 1,2 mW. De intensiteit van de straling die door het bot heen is gekomen is 1,4 * 10⁻⁴ W. De halveringsdikte van bot is 1,08 cm
Bereken de dikte van het bot.

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Halveringstijd en activiteit:

De halveringstijd van een stof is 8 dagen. Bij het begin van de meting is de activiteit 80 Bq. Hoe groot is de activiteit van de stof 4 dagen na het begin van de meting?
A
20 Bq
B
60 Bq
C
Meer dan 60 Bq
D
Tussen de 20 en 60 Bq

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Halveringstijd
en 
Activiteit

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk soort straling is het schadelijkst?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De (equivalente)
dosis

D(Gy)=m(kg)Estr(J)

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefenopgave
In sommige granaten is wat uranium aanwezig. Deze stof wordt gebruikt vanwege zijn hoge dichtheid. Als een granaat op het slagveld ontploft, zal het aanwezige uranium verpulveren of verdampen en als stof of damp in de lucht aanwezig zijn. Veronderstel dat een soldaat een stofdeeltje inademt dat U-236 bevat. Dit stofdeeltje nestelt zich in een longblaasje.
  1. Leg uit dat de activiteit van het U-236 tijdens een mensenleven nauwelijks afneemt.
Een stofdeeltje dat door een soldaat wordt ingeademd heeft een activiteit van 2,2 × 10⁻⁶ Bq. Bij het verval van één uraniumkern komt een energie van 6,7 × 10⁻¹³ J vrij. Deze vrijkomende energie wordt in 0,18 × 10⁻⁹ kg omringend weefsel geabsorbeerd.
  2. Bereken de equivalente dosis die het bestraalde weefsel in een jaar ontvangt.

Slide 19 - Tekstslide

A = 2,2 × 10 -6 Bq
E deeltje = 6,7 × 10 -13 J
De massa van het weefsel is:
m = 0,18 μg = 0,18 × 10 -9 kg
Δt = 365 × 24 × 60 × 60 = 3,1536 × 10 7 s
ΔN = A × Δt
ΔN = 2,2 × 10 -6 × 3,1536 × 10 7 = 69,379 deeltjes.
E str = ΔN × E deeltje
E str = 69,379 × 6,7 × 10 -13 = 4,6484 × 10 -11 J
D = E str / m
D = 4,6484 × 10 -11 / (0,18 × 10 -9 ) = 0,25824 Gy
Volgens BINAS zendt U-236 alfastraling uit. De stralingsweegfactor is dus gelijk aan 20.
H = w × D
❶ H = 20 × 0,25824 = 5,2 Sv
Oefenopgave
De kunstmatig gemaakte kobaltisotoop Co-60 wordt in de geneeskunde gebruikt voor bestraling. Een kern van Co-60 vervalt tot een kern van Ni-60 onder uitzending van een elektron. Behalve een elektron ontstaan bij het verval van een Co-60 kern ook twee γ-fotonen: één met een energie van 1,17 MeV en één met een energie van 1,33 MeV. De γ-straling van een Co-60 bron wordt gebruikt voor bestraling van een kankergezwel. Dit gezwel wordt gedurende 12 minuten bestraald met een Co-60 bron die een activiteit heeft van 45 MBq. Het gezwel heeft een massa van 36 g en absorbeert 15% van de energie van de uitgezonden γ-fotonen. 

Bereken de dosis die het kankergezwel in 12 minuten ontvangt. 

Slide 20 - Tekstslide

t = 12 min = 720 s
E_verval = 1,33 + 1,17 = 2,5 MeV = 4,005*10⁻¹³ J
A = 45 MBq
m = 36 g
absorptie = 15 %

E = A * t * E_verval = 45*10⁶ * 720 * 4,005*10⁻¹³ = 0,012976 J

15% --> E = 0,00194643 J

H = 1 * 0,00194643 / 0,036 = 0,054 Sv
Oefenopgave radon-219
Bij een ongeluk ademt iemand 3,6·10⁻⁸ μg van het radioactieve gas
radon-219 in. Door de relatief korte halveringstijd vervalt 40% van
het radon in zijn longen voordat hij het heeft kunnen uitademen.
 
    1. Leg uit of hier sprake is van bestraling of besmetting. 
 
Bij het verval van radon-219 komt er een stralingsenergie van 6,824 MeV vrij. Het vervalproduct vervalt vrijwel meteen hierna met een stralingsenergie van 7,365 MeV.
 
   2. Alle straling die vrijkomt wordt binnen het lichaam geabsorbeerd. Leg uit
       waarom.
 
   3. Bereken de effectieve lichaamsdosis die de longen ontvangen hebben. Ga hierbij
       uit van een massa van 12 g van het bestraalde oppervlak van het longweefsel. 
timer
15:00

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Examenopgave
inwendige bestraling (2017-1)
& wijnfraude

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een magnetisch veld wordt veroorzaakt door ...

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Magnetische veldlijnen
  • In elk punt van de ruimte geeft de raaklijn aan een veldlijn de richting aan waarin de noordpool van een draaibare magneetnaald wijst als hij in dat punt staat.
     
  • De magnetische veldsterkte is omgekeerd evenredig met de onderlinge afstand tussen de magnetische veldlijnen.
     
  • Veldlijnen snijden elkaar nooit.
     
  • Magnetische veldlijnen lopen buiten de magneet van de noord- naar de zuidpool.   

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aardmagnetisch veld

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar bevindt zich
de zuidpool van
de magneet?
A
Bij A.
B
Bij B.
C
Bij C.

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een draadraam hangt in een magneetveld zoals in de tekening is weergegeven.
De noordpool van de magneten is zwart getekend in de figuur. Er gaat een stroom lopen in de aangegeven richting.
Wat gebeurt er met het draadraam?
A
Niets.
B
Het draait met de klok mee (bovenaanzicht). Rechterkant komt het papier uit (vooraanzicht).
C
Het draait tegen de klok in (bovenaanzicht). Linkerkant komt het papier uit (vooraanzicht).
D
Het raam beweegt naar een van de polen van de magneten.

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


De lorentzkracht
Bij een magneetveld loodrecht op de beweegrichting van een geladen deeltje, werkt er een Lorentzkracht op dat deeltje. 
Fl=BIl
Fl=Bqv

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Een aluminiumring hangt aan twee nylon draadjes voor een spoel die om een weekijzeren kern is gewikkeld. Wat gebeurt er met de aluminiumring direct na het sluiten van schakelaar S?
A
De aluminiumring wordt door de spoel met kern aangetrokken.
B
De aluminiumring wordt door de spoel met kern afgestoten.
C
Er gebeurt niets.

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Magnetische flux
Een verandering van de magnetische flux (ΔΦ) binnen een spoel veroorzaakt een inductiespanning (Uind) over die spoel. 
Φ=BloodrechtA
Uind=NΔtΔΦ

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wet van Lenz
Als een magneet een spoel nadert, is er een toename van de flux. De inductiestroom in de spoel veroorzaakt, volgens de wet van Lenz, een flux in tegengestelde richting. 

Wanneer de magneet van de spoel af beweegt, is er een afname van de flux. De inductiestroom in de spoel veroorzaakt dan een flux in dezelfde richting. De stroomrichting is omgekeerd. 

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aantrekken of afstoten?

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In een draad loopt een constante stroom. Een vierkante spoel (één winding) wordt naar de draad toe geschoven. De inductiestroom in de spoel is...
A
met de klok mee.
B
tegen de klok in.

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De vorige vraag is zowel met de wet van Lenz als de Lorentzkracht te beredeneren. 

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Meerkeuzevragen elektromagnetisme



Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling PTA 1 - les 4
elektromagnetisme
Lesplanning:
  1. Vragenrondje
  2. Klassikaal:korte herhaling elektrische velden
  3. Zelfstandig werken:
    - Meerkeuzevragen
       elektromagnetisme
    - voorbereiden toets
  4. Bespreken meerkeuzevragen 

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen/wensen
voor deze week.

Slide 38 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wet van Lenz
Als een magneet een spoel nadert, is er een toename van de flux. De inductiestroom in de spoel veroorzaakt, volgens de wet van Lenz, een flux in tegengestelde richting. 

Wanneer de magneet van de spoel af beweegt, is er een afname van de flux. De inductiestroom in de spoel veroorzaakt dan een flux in dezelfde richting. De stroomrichting is omgekeerd. 

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In een draad loopt een constante stroom. Een vierkante spoel (één winding) wordt naar de draad toe geschoven. De inductiestroom in de spoel is...
A
met de klok mee.
B
tegen de klok in.

Slide 40 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De vorige vraag is zowel met de wet van Lenz als de Lorentzkracht te beredeneren. 

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoort dit veld bij een positief of negatief deeltje?
A
Positief deeltje.
B
Negatief deeltje.

Slide 42 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Elektrisch veld
De raaklijn is de richting van de elektrische kracht op een positief geladen deeltje.
E=qFel
De kracht tussen twee puntladingen:
Fel=fr2qQ

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deeltjes versnellen 
en afbuigen

Versnellen:

Afbuigen:

Eel=Ek
Fl=Fmpz

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Meerkeuzevragen elektromagnetisme




Klaar: ga verder met voorbereiden van de toets door te oefenen met
            oude examenopgaven, afsluitende opgaven van H12, ....

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bespreken meerkeuzevragen
elektromagnetisme

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbereiden SE 1
oude examenopgaven, afsluitende opgavan H12, ...




Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling PTA 1 - les 5

Lesplanning:
  1. Harmonische trilling
  2. Zelfstandig voorbereiden toets
  3. Schakelingen: met de wetten van Kirchhoff

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Harmonische trilling
T=2πCm
Fres=Cu
u=Asin(2πTt)

Slide 49 - Tekstslide

In de evenwichtsstand:
Fz = Fveer
Dit stukje Fveer heft de zwaartekracht dus op.
Harmonische trilling
Uit 

en 

volgt

Eveer=21Cu2
Ek=21mv2
vmax=T2πA

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Harmonische trilling - wieg
Een ouder heeft een wieg gekocht. De wieg hangt aan een veer en kan zachtjes op en neer trillen. De veerconstante is 1,3 kN/m en de massa van de wieg is 12,2 kg.

  1. Bereken hoe ver de veer is uitgerekt als de wieg stil aan de veer hangt.

  2. De ouder legt haar baby van 3,2 kg in de wieg. Door de wieg een beetje uit zijn evenwichtsstand te duwen, begint de wieg een trilling uit te voeren. Bereken de frequentie van deze trilling.

  3. De ouder heeft gelezen dat baby's gemakkelijker in slaap vallen als de frequentie van het trillen kleiner is. Noem twee aanpassingen aan de wieg  waarmee de frequentie van de wieg kleiner kan worden gemaakt. Licht je antwoord toe.

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbereiden PTA 1
examenopgave:
- magneetveld van de aarde (2014-II)
-Ding-dong (2006-II)

Slide 52 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wetten van Kirchhoff

Slide 53 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bereken de spanning over elke weerstand.

Slide 54 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bereken de onbekende weerstanden.
100 Ω
10 Ω
25 Ω

Slide 55 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies