3G LTC week 49

Woensdag 7 december
1. 5 minuten lezen
2. korte test participia
3. huiswerk bespreken 
4. vertalen: 15A 

Lesdoelen: je kunt participia herkennen en vertalen 
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Woensdag 7 december
1. 5 minuten lezen
2. korte test participia
3. huiswerk bespreken 
4. vertalen: 15A 

Lesdoelen: je kunt participia herkennen en vertalen 

Slide 1 - Tekstslide

2. korte test participia 
STAAN indien PPA 

ZITTEN indien PPP 


Slide 2 - Tekstslide

tactae

Slide 3 - Tekstslide

regenti 

Slide 4 - Tekstslide

invocati

Slide 5 - Tekstslide

morientibus

Slide 6 - Tekstslide

veniente

Slide 7 - Tekstslide

Bijvoeglijk of praedicatief?
STAAN indien bijvoeglijk

ZITTEN indien praedicatie

Slide 8 - Tekstslide

dormientem deum video
ik zie de god, terwijl hij slaapt 

Slide 9 - Tekstslide

dormientem deum video
ik zie de god, omdat hij slaapt 

Slide 10 - Tekstslide

dormientem deum video
ik zie de god, die slaapt 

Slide 11 - Tekstslide

dormientem deum video
ik zie de slapende god 

Slide 12 - Tekstslide

3. huiswerk 
oefeningen bespreken 

Slide 13 - Tekstslide

4. Tekst 15A Samson sterft
Lesdoel: je kunt participia herkennen en vertalen 

Slide 14 - Tekstslide

Donderdag 8 december
1. Klassieke talen in de bovenbouw 
2. Tekst 15A: Samson 
-PPA's 
-vertaling t/m r.7 

Slide 15 - Tekstslide

KT in de bovenbouw 
1. Grieks/Latijn: de boeken en woordenboeken
2. KCV
3. PTA
4. Examens

Slide 16 - Tekstslide

Qui adductus de carcere
En hij, aangevoerd vanuit de gevangenis ...

Slide 17 - Tekstslide

Noem de relatieve aansluiting.
A
qui
B
adductus
C
de
D
carcere

Slide 18 - Quizvraag

ludebat ante eos,
speelde (voor gek) vóór hen,

Slide 19 - Tekstslide

ludebat
Welke tijd?
A
praesens
B
imperfectum
C
perfectum
D
plusquamperfectum

Slide 20 - Quizvraag

feceruntque eum stare inter duas columnas.
en zij deden / lieten hem staan tussen twee zuilen.

Slide 21 - Tekstslide

naamwoord
voornaamwoord
werkwoord
anders
fecerunt
-que
eum
stare
inter
duas
columnas

Slide 22 - Sleepvraag

Qui dixit puero
En hij zei aan / tegen de jongen

Slide 23 - Tekstslide

regenti gressus suos:
die zijn stappen stuurde:

Slide 24 - Tekstslide

regenti
Dit ppa congrueert met:
A
qui
B
dixit
C
puero
D
gressus

Slide 25 - Quizvraag

"Dimitte me,
"Laat mij los,

Slide 26 - Tekstslide

ut tangam columnas,
zodat / opdat ik de zuilen raak,

Slide 27 - Tekstslide

quibus omnis imminet domus,
waarop het hele huis rust,

Slide 28 - Tekstslide

domus, domus = huis
Dit woord is van groep:
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 29 - Quizvraag

et recliner super eas,
en (zodat) ik over hen / daarover leun,

Slide 30 - Tekstslide

et paululum requiescam."
en (zodat) ik een beetje rust."

Slide 31 - Tekstslide

r. 4-7
Het huis was echter (5) vol met mannen en vrouwen, en daar waren alle leiders van de Filistijnen, en er waren
ongeveer drieduizend (mensen) van beide geslachten die van het dak en het dakterras zagen dat Samson voor gek speelde. Maar hij zei tot de Heer, nadat hij Hem had aangeroepen : 

Slide 32 - Tekstslide

r. 5: virorum ac mulierum: verklaar de naamval

Slide 33 - Open vraag

r. 5: ibi. Welke plek wordt hiermee bedoeld? Citeer.

Slide 34 - Open vraag

r. 4-7 Citeer drie participia en benoem deze (PPA/PPP, naamval, geslacht, getal)

Slide 35 - Open vraag

Wie wordt bedoeld met ille in r. 7?

Slide 36 - Open vraag