1.7 Winnaars en verliezers

Havo 3 Hoofdstuk 1 Wereldeconomie § 7 
Winnaars en verliezers
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Havo 3 Hoofdstuk 1 Wereldeconomie § 7 
Winnaars en verliezers

Slide 1 - Tekstslide

terugkoppeling
wat was ook alweer????

Slide 2 - Tekstslide

MNO staat voor
A
Mijn nieuwe onderneming
B
Multinationale overneming
C
Multinationale onderneming

Slide 3 - Quizvraag

Waarom verplaatsen sommige multinationals hun maakindustrie naar lagelonenlanden?
A
In lagelonenlanden zijn de vestigingsplaatsfactoren beter dan in Nederland.
B
In lagelonenlanden zijn de lonen van de werknemers lager, dat is op de lange termijn financieel gezien beter voor het bedrijf.
C
In lagelonenlanden hebben vakbonden bijna geen macht.
D
In lagelonenlanden zijn de transportkosten voor de grondstoffen lager.

Slide 4 - Quizvraag

Wat voor MNO's gaan vooral naar lagelonenlanden?
A
Arbeidsextensieve bedrijven
B
Arbeidsintensieve bedrijven
C
Kapitaalintensieve bedrijven
D
Kapitaalextensieve bedrijven

Slide 5 - Quizvraag

Wat past niet bij vrijhandel?
A
Importheffingen
B
Open grenzen
C
Productieketen

Slide 6 - Quizvraag

Wat is een oorzaak van Global Shift?
A
Opdeling productieketen
B
Goedkoper transport
C
Lage lonen
D
Verdwijnende handelsgrenzen

Slide 7 - Quizvraag

Triade, maar dit verandert!

Slide 8 - Tekstslide

Multipolaire wereldeconomie

Slide 9 - Tekstslide

Bijdrage wereldhandel verandert: China eist rol op!

Slide 10 - Tekstslide

Meer investeringen in landen in ontwikkeling (vooral China)
Landen in ontwikkeling investeren steeds meer!

Slide 11 - Tekstslide

Zuid-Zuid
Perifere landen ontwikkelen
Niet altijd even snel!

Handel en investeringen tussen (semi)perifere landen = zuid-zuid-investeringen.
  • Deze nemen toe!

Slide 12 - Tekstslide

Driedeling moderne economische wereldbeeld
1. Gebieden die de globalisering sturen. Deze vindt je vooral in de drie economische kerngebieden in de wereld: de VS, de EU en Japan. Dit drietal noem je de triade.

Slide 13 - Tekstslide

Driedeling moderne economische wereldbeeld
2. Gebieden die de globalisering volgen. Dit zijn gebieden waar mno's bedrijven stichten, meestal om te profiteren van de lage lonen. Het grensgebied VS - Mexico is er een voorbeeld van.

Slide 14 - Tekstslide

Driedeling moderne economische wereldbeeld
3. Gebieden die achterblijven. Dit zijn de verliezers. Hier staat de economie stil of krimpt zelfs. Bron 30 laat zien dat deze regio's ook in de westerse landen liggen.

Slide 15 - Tekstslide

Grondstofexporteur
Brazilië is belangrijke exporteur van grondstoffen. O.a. ijzererts.

Welke algemene regel kun je afleiden?

Slide 16 - Tekstslide

Grondstofexporteur
Brazilië is belangrijke exporteur van grondstoffen. O.a. ijzererts.

Welke algemene regel kun je afleiden?

Als een land afhankelijk is van de export van een of twee grondstoffen is de economie kwetsbaar.

Slide 17 - Tekstslide

Globalisering in Brazilië
De Braziliaanse landbouw globaliseert. Aanwijzingen op de kaart hiervoor zijn:
- Uitbreiding areaal handelsgewassen: soja, suikerriet en snijbloemen.
- Toename grootschalige landbouw. Produceren vooral voor de wereldmarkt.

Slide 18 - Tekstslide

Globalisering in  Brazilië
Milieuorganisaties maken zich zorgen over deze ontwikkeling omdat dit ten koste gaat van het tropisch regenwoud.

Slide 19 - Tekstslide

De groei gaat met schokken
Niet alle gebieden profiteren evenveel =
toename regionale ongelijkheid

Niet alle mensen profiteren evenveel = 
toename sociale ongelijkheid.

Slide 20 - Tekstslide

Niet alle regio's nemen deel aan de globalisering.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Link

De eerste Aziatische tijger
Zuid Korea
Industriele ontwikkeling
  • 1 (1910-1945).                                                                                       Kolonie van Japan, Agriarische Grondstoffen
  • 2 (1953-1960).                                                                                 Modernisering landbouw, Importvervangende industrialisatie
  • 3 (1961-1990)                                                                                 Exportgerichte industrialisatie, Planeconomie
  • 4 (1991-heden)                                                                               Arbeidsintensief - kennisintensief, Invloed overheid daalt, dienstensector neemt toe

Slide 23 - Tekstslide

Plan - markteconomie
Na 1947 --> Planeconomie: de overheid bepaalt wat, waar en hoeveel geproduceerd moet worden. 

Na 1990 --> vrijemarkteconomie: Buitenlandse bedrijven waren welkom. 

Vanaf 2000 SEZ ingesteld in India. 


Slide 24 - Tekstslide

Tot 1980 was China een streng communistisch land. (planeconomie)

Na 1980 is dat veranderd, omdat men in China zag dat in Japan en Zuid-Korea het economisch veel beter ging. (vrijemarkteconomie)

Slide 25 - Tekstslide

Herstructurering 
Vaak verloedering en leegstand door de weggetrokken bedrijven. 
Tegelijk: 
Meer treinreizigers
Tekort aan woonruimte

Slide 26 - Tekstslide

Herstructurering
Vanaf de jaren 90 wordt er niet alleen stadsvernieuwing maar ook herstructurering toegepast. 



Vooral in 19 eeuwse arbeiderswijken, naoorlogse hoogbouwwijken en de voormalige industrie/haven tereinen

Slide 27 - Tekstslide

voorbeeld van land herstructurering
voorbeeld Ruhrgebied

(p9)

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Lezen blz. 18 en 19
                    20 en 21



Maken blz. 20 en 21 
                         22 en 23

Slide 30 - Tekstslide