In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Wanneer begon de Koude Oorlog?
Slide 1 - Open vraag
Wanneer eindigde wo1?
Slide 2 - Open vraag
De gewapende vrede was van... .tot.....
Slide 3 - Open vraag
Het interbellum is tussen welke 2 oorlogen?
Slide 4 - Open vraag
Welke volgorde is juist?
A
WO1, gewapende vrede, interbellum, koude oorlog
B
Gewapende vrede, WO1, WO2, Koude oorlog
C
Interbellum, WO1, Koude Oorlog, Gewapende vrede
D
WO2, interbellum, Koude Oorlog.
Slide 5 - Quizvraag
Gebeurtenissen buiten de tijdbalk
1 tm 10
Slide 6 - Tekstslide
Hitler werd geboren in...
A
1914
B
1889
C
1871
D
1875
Slide 7 - Quizvraag
Beurscrash New York was in...
A
1919
B
1918
C
1925
D
1929
Slide 8 - Quizvraag
verdrag in Versailles is in...
A
1919
B
1914
C
1918
D
1929
Slide 9 - Quizvraag
De Russische revolutie vond plaats in
A
1917
B
1919
C
1922
D
1924
Slide 10 - Quizvraag
Derde rijk was van..
A
1918-1929
B
1914-1918
C
1933-1945
D
1929-1939
Slide 11 - Quizvraag
Nederlands Indie wordt onafhankelijk in...
A
1918
B
1933
C
1945
D
1949
Slide 12 - Quizvraag
alle gebeurtenissen
Slide 13 - Tekstslide
De Cuba crisis was in...
A
1949
B
1965
C
1962
D
1953
Slide 14 - Quizvraag
op 11 september 2001 vond plaats:
A
Val Berlijnse muur
B
Osama Bin Laden wordt vermoord
C
Einde communisme
D
aanslag New York
Slide 15 - Quizvraag
Wat betekent de afkorting VN
A
Verdrag nationale
B
verontreinigde New York
C
Verenigde Naties
D
Verschrikkelijk nieuws
Slide 16 - Quizvraag
De volkenbond ontstond in...
A
1914
B
1919
C
1929
D
1933
Slide 17 - Quizvraag
Begrippen blz. 1
Slide 18 - Tekstslide
Wat betekent Revanche?
Slide 19 - Open vraag
Wie wilde wraak in de Frans Duitse oorlog?
Slide 20 - Open vraag
Wat houdt Neutraal in?
Slide 21 - Open vraag
Welke twee bondgenootschappen stonden tegen over elkaar in wo1?
A
Centralen en de ASmogendheden
B
Centralen en geallieerden
C
Triple entente en de asmogendheden
D
Geallieerden en de Duitsers
Slide 22 - Quizvraag
Leg uit wat dekolonisatie is
Slide 23 - Open vraag
Interbellum betekent:
Slide 24 - Open vraag
Voor de Russische revolutie waren de........ aan macht.
Slide 25 - Open vraag
Kan je een voorbeeld noemen van een land dat gedekoloniseerd is?
Slide 26 - Open vraag
Dit land is nog communistisch
A
Rusland
B
Duitsland
C
Cuba
D
Zuid Korea
Slide 27 - Quizvraag
Begrippen blz. 2
Slide 28 - Tekstslide
Welk begrip hoort bij deze zin: Een gespannen verhouding tussen de VS en de SU na 1945 met dreiging voor WO3
Slide 29 - Open vraag
Welke gebeurtenis was een hoogtepunt van de Koude Oorlog?
A
Economische crisis
B
Cuba crisis
C
Korea oorlog
D
Dekolonisatie
Slide 30 - Quizvraag
De Korea Oorlog duurde van .... tot........
Slide 31 - Open vraag
Twee keer eerder in de geschiedenis had Duitsland volgens Hitler een sterk en goed Rijk gehad. Hij zou voor de derde keer een sterk land/rijk stichten en dat zou ....... jaar bestaan.
Slide 32 - Open vraag
Hier werden na WO1 de straffen voor Duitsland vastgelegd.
Slide 33 - Open vraag
De economische crisis brak uit in de plaats:
A
Amsterdam
B
Berlijn
C
Tokyo
D
New York
Slide 34 - Quizvraag
Hoe heet de leider van Cuba toen het communistisch werd?
A
Fidel Castro
B
Adolf Hitler
C
Jozef Stalin
D
John F. Kennedy
Slide 35 - Quizvraag
Begrippen blz. 3
Slide 36 - Tekstslide
In welk continent was er een scheiding van het ijzeren gordijn
Slide 37 - Open vraag
Tot wanneer was de republiek van Weimar?
Slide 38 - Open vraag
China werd communistisch in?
A
1945
B
1975
C
1936
D
1949
Slide 39 - Quizvraag
Wat was het doel van containment politiek?
Slide 40 - Open vraag
Wat was de angst van de Amerikanen wat betreft de dominotheorie?