1.1- Organismen

Welkom bij:
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij:

Slide 1 - Tekstslide

Wie ben ik?
Mevrouw Noa Hoevenaars

Op woensdagen ben ik niet aanwezig op school vanwege mijn studie, anders ben je altijd vrij om mij vragen te stellen!

Ook via: hrs@sgweredi.nl

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?

-Lessonup inloggen
-Kennismaken met elkaar en het vak
-Basisstof 1 'Organismen' behandelen

Slide 3 - Tekstslide

LESSONUP
Ga naar www.lessonup.com/app
Voer de pincode in
Gebruik je normale naam als gebruikersnaam 

OF
Zie de link bij vandaag in Magister!

Slide 4 - Tekstslide

Korte voorstelronde
Wie zijn jullie?
  • Naam
  • Woonplaats
  • Hobby's 
  • HUISDIER

Slide 5 - Tekstslide

Upload hier je huisdier!

Slide 6 - Open vraag

AFSPRAKEN
  • Op tijd in de lessen aanwezig.
  • De benodigde materialen bij! 
    (Werkboek, potlood, pen, gum, geodriehoek, laptop) 
  • Vinger opsteken bij een vraag.
  • Huiswerk niet gemaakt is een aantekening.
  • Bij 3e waarschuwing de les verlaten en een rode kaart halen!

Slide 7 - Tekstslide

Toetsplan

Slide 8 - Tekstslide

Toetsplan

Slide 9 - Tekstslide

Thema 1 Planten en dieren 
1.1 Organismen

Slide 10 - Tekstslide

LEERDOELEN VAN DEZE LES
  1.  Je kunt uitleggen wat een organisme is.
  2. Je kunt onderscheiden of iets levend, dood of levenloos is.
  3. Je kunt de zeven levenskenmerken opnoemen.

Slide 11 - Tekstslide

BIOLOGIE


      
 Bios betekent 'leven'                                    Logos betekent de leer van ...

                                                         De leer van het leven!

Slide 12 - Tekstslide

Levende wezens
  • Levende wezens worden ook wel organismen genoemd. 
  • Tot de organismen behoren mensen, dieren, planten, bacteriën en schimmels.
  • Organismen hebben levenskenmerken.
  • Als een organisme geen levensverschijnselen meer vertoont, noemen we het dood.
  • Als iets nooit geleefd heeft, noemen we het levenloos. 
    Bijv. stenen, water, lucht
  • De levenloze natuur heeft een grote invloed op de levende natuur.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Overzicht van organismen

Slide 15 - Tekstslide

De 7 levenskenmerken 
bij een orang-oetan

Slide 16 - Tekstslide

Stoffen opnemen en afgeven
  • Bij inademen/eten/drinken komen er stoffen je lichaam binnen.
  • Bij uitademen/plassen worden stoffen afgegeven=uitscheiden
  • Ademhalen, voeden, uitscheiden zijn 3 levenskenmerken die te maken hebben met het opnemen en afgeven van stoffen.

Slide 17 - Tekstslide

Reageren op de omgeving
  • De meeste organismen kunnen hun omgeving waarnemen.
  • Veel organismen reageren op hun omgeving door te bewegen
  • Waarnemen en bewegen
    zijn 2 levenskenmerken die te maken hebben met het reageren op de omgeving.

Slide 18 - Tekstslide

Voortbestaan
  • Organismen krijgen nakomelingen. 
  • Deze nakomelingen groeien en gaan als ze volwassen zijn zich ook voortplanten.
  • Voortplanten en groeien zijn 2 levenskenmerken die te maken hebben met het voortbestaan van de soort.

Slide 19 - Tekstslide

Wat is een levenskenmerk? Wat is het beste antwoord?
A
Zo kun je zien of iets leeft.
B
Zo kun je zien of iets een organisme is.
C
Je weet wanneer iets dood is.
D
Je herkent levenloze dingen

Slide 20 - Quizvraag

Hoeveel levenskenmerken zijn er?
A
5
B
6
C
7
D
8

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Tekstslide

Op de vorige afbeelding heb ik ... levende wezens/organismen gezien
A
3
B
4
C
5
D
6

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Video

Huiswerk


Lees basisstof 2 alvast door
Maak opdracht 1 t/m 8 

Slide 25 - Tekstslide