quiz hart en hartaandoeningen

Quiz hart en hartaandoeningen 
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
AFPMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Quiz hart en hartaandoeningen 

Slide 1 - Tekstslide


Welk bloedvat vervoert zuurstofrijk bloed
A
slagader (arterie)
B
ader (vene)
C
Haarvat (capillair)

Slide 2 - Quizvraag

Welke slagader is zuurstofarm
A
Nierslagader
B
Longslagader
C
Leverslagader

Slide 3 - Quizvraag

Welke bloedgroep is de universele ontvanger (kan alle bloedgroepen krijgen)
A
A
B
B
C
AB
D
O

Slide 4 - Quizvraag

Welke bloedgroep kan aan alle bloedgroepen doneren (geven)
A
A
B
B
C
AB
D
O

Slide 5 - Quizvraag

Welke klep bevindt zich tussen rechterkamer en longslagader
A
mitralisklep
B
tricuspidalisklep
C
pulmonalisklep
D
aortaklep

Slide 6 - Quizvraag

Welk deel van het hart is zuurstofarm
A
rechts
B
links

Slide 7 - Quizvraag

De sinusknoop bepaalt de hartfrequentie
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quizvraag

De 4 longaders bevatten
A
zuurstofarm bloed
B
zuurstofrijk bloed

Slide 9 - Quizvraag

Tijdens het samentrekken van het hart is de bloeddruk het grootst dit is
A
de systolische bloeddruk
B
de diastolische bloeddruk

Slide 10 - Quizvraag

Wanneer het hart geen zuurstof krijgt zit er een vernauwing in
A
kransader
B
kransslagader
C
capillair
D
aorta

Slide 11 - Quizvraag

Wat is geen risico voor het krijgen van hartaandoeningen
A
hoog cholesterol
B
hoge bloeddruk
C
leeftijd
D
stress

Slide 12 - Quizvraag

Welk onderzoek laat een vernauwing zien in de kransslagaders
A
echo hart
B
ecg
C
cor angio
D
bloedonderzoek

Slide 13 - Quizvraag

Wanneer het hart onvoldoende functioneert spreek je van
A
een sporthart
B
hartfalen
C
decompensatio cordis

Slide 14 - Quizvraag

Een cliënt houdt wekenlang vocht vast, wat is er aan de hand
A
cliënt heeft te veel gedronken
B
pompfunctie hart is onvoldoende
C
cliënt heeft te veel zout gehad
D
het is warm waardoor de vaten zich verwijden en vocht uittreedt

Slide 15 - Quizvraag

Welke klachten zie je bij een hoge bloeddruk
A
misselijk, wazig zien, hoofdpijn
B
braken, diarree, hoofdpijn
C
tintelingen vingers, hoofdpijn

Slide 16 - Quizvraag

Een client heeft een stolsel in zijn linkerbeen, deze voelt koud, is pijnlijk en er is geen lichaamsbeharing
A
er is sprake van een stolsel in een ader
B
er is sprake van een stolsel in een slagader

Slide 17 - Quizvraag

Bij angina pectoris is er een tijdelijke vernauwing van een kransslagader
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quizvraag

Hoeveel vragen heb je goed ?
A
1-5
B
6-10
C
11-15

Slide 19 - Quizvraag

Vragen ?
A
ja
B
nee

Slide 20 - Quizvraag