spelling werkwoorden voltooid deelwoord

Nederlands - H1A
Leg klaar: boek, schrift, pen, chromebook
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Nederlands - H1A
Leg klaar: boek, schrift, pen, chromebook

Slide 1 - Tekstslide

Lesprogramma
1.Lezen
2. Opdracht woordenschat afwerken
3. Theorie voltooid deelwoord
4. Opdrachten voltooid deelwoord
5. Plenda



Slide 2 - Tekstslide

Pak je leerboek
Maak opdracht 2 (woordenschat) af (p. 103)
Klaar? Maak opdracht 4 en 5
timer
3:00

Slide 3 - Tekstslide

Het voltooid deelwoord (VD)

Slide 4 - Tekstslide


  • Je kent de regels van de persoonsvorm tegenwoordige tijd en van de persoonsvorm verleden tijd.
  • Je kunt een voltooid deelwoord in de zin herkennen.
  • Je kunt het voltooid deelwoord goed spellen.
Lesdoelen

Slide 5 - Tekstslide


Welke werkwoordsvorm zoek je als eerst als je een werkwoord goed op wilt schrijven?

Slide 6 - Open vraag

hulpmiddel: lopen

ik-vorm
ik-vorm + t
hele werkwoord
persoonsvorm
tegenwoordige tijd (pvtt)

Slide 7 - Tekstslide


(Houden)..... jij van lezen?
A
houdt
B
houd
C
hout

Slide 8 - Quizvraag


Onze buurman (verzamelen)..... dure auto's.
A
verzamelt
B
verzameld
C
verzameldt

Slide 9 - Quizvraag

hulpmiddel: 't-Ex kofschip

- Hele ww  min -en
- Staat de laatste letter van
  hele ww mi - en in 't  ex- kofschip, dan plak je er te(n) achter!

persoonsvorm
verleden tijd (pvvt)

Slide 10 - Tekstslide


Jullie (gebruiken).. vorige week erg veel water voor de afwas.
A
gebruikte
B
gebruikten
C
gebruiktte
D
gebruiktten

Slide 11 - Quizvraag


Vorige week (beloven)... de kinderen hun best te doen op school.
A
beloofte
B
belooften
C
beloofde
D
beloofden

Slide 12 - Quizvraag

  • Het voltooid deelwoord geeft aan dat een handeling       is afgerond (= voltooid). 

  • Een voltooid deelwoord heeft een ander werkwoord nodig in de zin (vaak een vorm van hebben, zijn of worden).

    Ik was gisteren uren verdwaald.
    Zij hadden hun huiswerk al gemaakt.
 


Voltooid deelwoord (vd)

Slide 13 - Tekstslide

Staat de laatste letter van de ik-vorm in
't-x kofschip, dan zet je een -t- aan het eind. Anders een -d-

(Ik heb) ....wandelen -    wandel -  gewandeld
                  hele ww      ik-vorm       vd

(Wij zijn) .... raken  -       raak   -   geraakt
                    hele ww     ik-vorm     vd

Voltooid deelwoord (vd) van de zwakke werkwoorden

Slide 14 - Tekstslide


De chef heeft het etentje (betalen)...
A
betaalt
B
betaald
C
betaaldt
D

Slide 15 - Quizvraag


Dit slechte weer was niet (voorspellen)... 
A
voorspeld
B
voorspeldt
C
voorspelt
D

Slide 16 - Quizvraag


Zij is vorige week (verhuizen)... 
A
verhuist
B
verhuisdt
C
verhuisd
D
verhuizd

Slide 17 - Quizvraag

persoonsvorm
tegenwoordige
tijd
persoonsvorm
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
Hij heeft zijn kleding al besteld.
Weet jij waar hij die broeken meestal bestelt?
Zij heeft het woordenboek gebruikt.
Zij verwachtten een goed verhaal.

Slide 18 - Sleepvraag

Ga naar H4 Spelling: voltooid deelwoord (blz. 126 en verder).

Maak: opdr. 1, opdr. 2 en 3.
Aan de slag!

Slide 19 - Tekstslide

PLENDA
Di 20-12:
NL (M): p. 103: opdracht 4 en 5
NL (M): p. 126: opdracht 1, 2 en 3

Slide 20 - Tekstslide