Waar kun je werken?

Leerdoelen
Aan het einde van deze les:
  • kun je uitleggen welke ondernemingsvormen er zijn;
  • kun je de verschillen tussen verschillende ondernemingsvormen benoemen;
  • kun je zelf beredeneren wat de voor- en nadelen van bepaalde ondernemingsvormen zijn.
  • kun je een type onderneming indelen naar de verschillende productiesectoren



1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Leerdoelen
Aan het einde van deze les:
  • kun je uitleggen welke ondernemingsvormen er zijn;
  • kun je de verschillen tussen verschillende ondernemingsvormen benoemen;
  • kun je zelf beredeneren wat de voor- en nadelen van bepaalde ondernemingsvormen zijn.
  • kun je een type onderneming indelen naar de verschillende productiesectoren



Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wiens ouders hebben een eigen onderneming?
Mijn ouders hebben een onderneming
Mijn ouders hebben geen onderneming

Slide 2 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Wat is volgens jullie geen reden om ondernemer te worden?
A
zelf beslissingen nemen over het bedrijf
B
vrijheid om zelf te kiezen wat je doet
C
zekerheid hebben over je inkomen

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De vorm van de onderneming

Slide 4 - Tekstslide

Ik vertel hier over de belangrijkste ondernemingsvormen:
een ondernemer is een zelfstandige, iemand die met een eigen onderneming zijn loon verdient:
vormen:
eenmanszaak
ZZP'er
VOF
BV
NV
Opdracht
  • Je gaat zelfstandig opdracht 11, 13, 14, 16, 17, 18, 19, 23 en 24 maken van blz. 136 t/m 139
  • als je vragen hebt steek je je hand op
  • als je klaar bent ga je verder met oefenopgaven 14, 16, 17, 18, 19 en 24 op blz. 151.
  • dit is huiswerk voor donderdag 25-3

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 4 verschillende ondernemingsvormen op

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is juist? (er zijn meerdere antwoorden goed)
A
Een eigenaar van een VOF loopt prive geen risico
B
Een eenmanszaak heeft nooit personeel
C
KLM is een Naamloze Vennootschap
D
een eigenaar van een BV loopt prive geen risico

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het voordeel van een VOF is? (er zijn meerdere antwoorden goed)
A
Als een van de firmanten stopt kan het bedrijf toch door gaan
B
je kunt gebruik maken van elkaars sterke kanten
C
je kunt alle beslissingen alleen nemen
D
je loopt prive geen risico

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tot welke productiesector behoren deze bedrijven? Sleep ze naar de juiste sector.






Primaire sector
Secundaire sector
Tertiaire sector
Quartaire sector
Aannemersbedrijf 
ING Bank
Ziggo
Mosselvisser
School voor voortgezet onderwijs

Slide 9 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Aan het einde van deze les:
  • kun je uitleggen welke ondernemingsvormen er zijn;
  • kun je de verschillen tussen verschillende ondernemingsvormen benoemen;
  • kun je zelf beredeneren wat de voor- en nadelen van bepaalde ondernemingsvormen zijn.
  • kun je een type onderneming indelen naar de verschillende productiesectoren



Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies