LOB - Blok 3 - Les 3 Feedback

Feedback
LOB - Blok 3, les 3
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
LOBMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Feedback
LOB - Blok 3, les 3

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  • Theorie feedback
  • Oefenen met feedback geven adhv casussen

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik
  • Kwetsbaarheid
  • Introductie feedback

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Feedback geven 4G
1. Gedrag
Beschrijf het gedrag van de ander op objectieve manier. 
Hierbij horen zinnen als “ik zie dat je…” en “ik hoor jou zeggen dat…” 
Gebruik geen woorden als 'altijd' of 'telkens' maar benoem de zaken concreet. 
Praat in de ik-vorm.

2. Gevoel
Welk gevoel roept het gedrag van je studiegenoot of collega bij jou op? 
Voorbeelden hiervan zijn: “Dat vind ik erg vervelend” of “Daarmee maak je mij onzeker.”


Slide 5 - Tekstslide

Voorbeelden
Jij-boodschap:
Jij praat te hard
Ik-boodschap:
Ik kan me niet concentreren als ik je hard hoor praten

Jij-boodschap:
Jij laat niet horen hoe het gaat.
Ik-boodschap:
Ik zou graag beter op de hoogte zijn van de voortgang.

Jij-boodschap:
Jij begint steeds over iets anders.
Ik-boodschap:
Ik vind het lastig om het over zoveel dingen tegelijk te hebben.






Slide 6 - Tekstslide

Feedback geven 4G
3. Gevolg van gedrag
Na het benoemen van het gedrag in stap 1, laat je de persoon weten wat het
gevolg daarvan is, welke indruk je daarbij krijgt. Bijvoorbeeld: “Ik krijg
hierdoor het idee dat…” of “mensen kunnen dit verkeerd opvatten.”

4. Gewenst gedrag
Tijdens de vierde stap geef je aan welk gedrag gewenst is, zonder stil te staan
bij het ongewenste gedrag: “Ik vind het belangrijk dat we op één lijn zetten.
Geef het aan als je ergens niet mee eens bent, dan kunnen we proberen tot een
compromis te komen.”

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Feedback geven doe je zo
  • Geef feedback direct (niet pas weken later)
  • Begin met de ik- boodschap
  • Beschrijf wat je ziet, waarneemt
  • Zeg wat dit met je doet

Slide 9 - Tekstslide

Feedback krijgen doe je zo
  • Luister rustig en goed naar wat een ander te zeggen heeft. 
  • Let vooral op wat hij/zij zegt en minder op hoe het gezegd wordt. 
  • Check of je het goed begrepen hebt: Jij vindt dus dat… 
  • Zeg of jij iets hebt aan de opmerkingen: Ik zou misschien… 
  • Bedank hem of haar voor de moeite en de tips.

Slide 10 - Tekstslide

Het doel van feedback geven is ...

timer
0:30
A
geruststellen
B
overtuigen
C
tips geven
D
beledigen

Slide 11 - Quizvraag

De juiste houding om feedback te geven is ...

timer
0:30
A
rustig
B
agressief
C
verdedigend
D
aarzelend

Slide 12 - Quizvraag

De juiste houding om feedback te krijgen is ...

timer
0:30
A
verdedigend
B
gelaten
C
belangstellend
D
arrogant

Slide 13 - Quizvraag

Waarom is feedback ontvangen altijd lastig?
timer
0:30
A
Het roept in je hersenen boosheid en verdriet op.
B
Het roept in je hersenen adrenaline op.
C
Het roept in je hersenen angst en verdediging op.
D
Het geeft je hersenen een positieve impuls

Slide 14 - Quizvraag

Hoe kun je het beste reageren op die gevoelens?

timer
0:30
A
Aan gevoelens moet je gewoon toegeven.
B
Je moet je gevoelens beheersen en erover nadenken.
C
Tegen zulke gevoelens moet je blijven vechten.
D
In de verdediging gaan

Slide 15 - Quizvraag

Situaties
Lees op de volgende pagina's de vijf situaties en  bedenk of jullie feedback zouden geven in zo'n geval. Bedenk steeds een reden om WEL feedback te geven, maar ook een reden om dat NIET te doen.

Slide 16 - Tekstslide

Situatie 1 
Je zit in de klas. De leerkracht legt iets uit wat je niet begrijpt. De uitleg gaat snel en een beetje rommelig. Het is nog steeds erg onduidelijk. Eigenlijk snap je er niets van

Slide 17 - Tekstslide

Situatie 2 
Je broer of zus draait keiharde muziek, terwijl jij die 'moeilijke'  toets wil leren. Je kan je slecht concentreren op je huiswerk.

Slide 18 - Tekstslide

Situatie 3 
Je bent een toets aan het maken. Vraag 3 is moeilijk, oneerlijk zelfs. De vraag gaat over iets wat je niet moest leren.

Slide 19 - Tekstslide

Situatie 4
Je vrienden willen een weekend weg. Jij hebt geen zin om te gaan omdat het vorige keer daar uit de hand liep. Je hebt al drie keer gezegd dat je niet mee wilt. Ze vragen het nog een keer.

Slide 20 - Tekstslide

Situatie 5
Je wil je slb-er wat vragen, maar omdat ze het druk heeft snauwt ze naar je dat je je vragen maar even uit moet stellen. 

Slide 21 - Tekstslide

Aan de slag!
Oefenen met jullie eigen casussen a.d.h.v. een rollenspel.
Bereid de casus voor in tweetallen.
Een ander uit de groep geeft vervolgens feedback.

Slide 22 - Tekstslide